Reading Online Novel

Dazzle(180)



'Tjee, ik heb nooit zo'n hond gehad.'

'Ik ook niet. Daarom voel ik me niet waard jou nu te hebben. Ik ben er niet aan gewend zo'n goede hond te hebben.'

'Het huwelijk is niet hetzelfde als een hond hebben.'

'O, nee? Wat is het dan?'

'Dat weet ik nog niet zeker. Misschien heb je gelijk. Mijn eerste huwelijk was zoiets als een nare hond te hebben en mijn tweede huwelijk leek meer op het houden van een zeldzame vogel, en mijn derde huwelijk, nu ik erover nadenk, leek meer op het hebben van een renpaard.'

'Ben je eerder getrouwd geweest?'

'Driemaal.'

'Waarom heb je me dat nooit verteld?'

'Je hebt er nooit naar gevraagd.'

'Je jokt het!'

'Misschien... misschien ook niet.'

'Nou, het kan me ook niets schelen. Zelfs al had je nu drie andere echtgenotes, dan zou ik nog met je trouwen.'

'Ik kan je geen schrik aanjagen?'

'Geen kans.'

'Jazz,' zei hij dringend, 'wanneer ga je...'

'Casey,' viel Jazz hem snel in de rede terwijl ze haar haar losmaakte en nat en wel omlaag liet vallen. 'Ik heb geen handdoek. Mag ik mijn haar met jouw badjas droog wrijven?'

'Probeer het maar,' zei hij en het drong tot hem door dat ze hem aldoor in de rede viel als hij meer vastomlijnde plannen voor hun huwelijk wilde maken. Waarschijnlijk lag er een speciale klank in zijn stem die Jazz waarschuwde dat hij ernstig wilde praten. Nog niet éénmaal sinds ze erin had toegestemd met hem te trouwen, hadden ze de toekomst in detail besproken. Het leek erop dat, nadat ze erin had toegestemd met hem te trouwen, hem nu wilde veroordelen tot in het oneindige te wachten.

Jazz ontweek het aldoor weer. Ze zei dat ze met hem zou trouwen ook al had hij nog drie vrouwen, maar ze wilde niet zeggen of ze dat deze week, dit jaar of de eerstkomende tien jaar wilde doen. Kwam dat door Mike's dood ? Of was ze alleen bang voor de laatste stap, de datum vaststellen? Deze fantastische vrouw - of was ze nog een kind? - was erin geslaagd dertig jaar alleen te blijven. Het was duidelijk dat ze bang voor het huwelijk was. Ze ontglipte nog steeds aan zijn vingers, als een exotische vis in een groot aquarium, en ze hadden nog geen enkel vast plan voor de toekomst gemaakt. Ze wisten beiden - ze móest het weten - dat ze niet eeuwig zo op de haciënda konden blijven wonen. Misschien werd Jazz gealarmeerd door het woord 'wanneer', overpeinsde Casey. Hij moest het op een andere manier proberen, haar ermee overvallen.

Hij wachtte geduldig terwijl Jazz de onderkant van zijn badjas gebruikte om haar haar te drogen. Het kriebelde en het was niet zo gemakkelijk voor hem onbewogen te blijven, en dat moest ze weten. Plotseling sloeg hij toe en nam haar hoofd tussen zijn beide handen.

'Vraag. Huwelijk. Wanneer?'

'O, schat, niet nu! Ik zit vol ideeën! Er zijn zoveel dingen waar ik aan moet denken. Ik kan me niet concentreren op de toekomst van twee mensen terwijl ik met duizenden mensen bezig ben,' zei ze lachend, maar het hield geen belofte in.

'Hoeveel duizend?' Casey wendde zich met een ijzige blik van haar af, maar ze nam er geen notitie van. 'En waarom?'

'Nou ja,' zei Jazz en ging dromerig tegen hem aan liggen. 'Ik ben aan het peinzen geweest -je hebt er geen idee van wat ik allemaal heb overwogen, vanaf het ogenblik dat we naar die Schildwachtrotsen op zoek gingen. Ik heb twee plannen gemaakt: Plan A, wat we moesten doen als we ze nooit vonden, en Plan B, wat we moesten doen als we ze wel vonden.'

'En als we ze nooit hadden gevonden?' Tegen zijn eigen wil in liet Casey zich door haar meeslepen, want haar stem had de macht hem geheel in beslag te nemen.

'Ik wilde me niet op Plan A concentreren, want dat was te erg. Je weet hoe je soms iets van je kunt afschuiven omdat het te verschrikkelijk is? Zoiets was dat. Dus concentreerde ik me op Plan B. Eerst overwoog ik wat mijn vader zou hebben gedaan als hij nog leefde en ik ontdekte iets.'

Jazz ging overeind zitten en keek in de vlammen. 'Hij had maar voor de helft gelijk. Hij wilde het land, zoals het is, voor eeuwig zo handhaven, en dat kan één familie in deze tijd niet meer doen. In zijn tijd... misschien... maar nu niet meer. De familie Kilkullen kan geen vijfentwintigduizend hectare land alleen bezitten, tenzij het zo afgelegen ligt dat niemand er wil wonen. Maar in Californië, waar zoveel mensen willen wonen, is het niet eerlijk. We moeten delen... maar op een goede manier.'

'Ik had nooit gedacht dat ik jou nog eens het woord "delen" zou horen zeggen.'

'Ik heb het me tot nu toe nooit echt voorgesteld. Maar nu... ik geloof dat het deel van het land dat kan worden ontwikkeld, het deel is dat ten zuiden van de Tweelingrotsen ligt... daar liggen ongeveer tienduizend hectare. Je zou daar, laten we zeggen ongeveer drieduizend of vierduizend hectare vanaf kunnen nemen en er een nieuwe stad bouwen waar ongeveer zestig- tot zeventigduizend mensen kunnen wonen. Ze zouden dan toch nog aan alle kanten door open land omringd zijn.'