Reading Online Novel

Schaduwjury(153)



Mevrouw Tate was ook aanwezig en begroette Jason met een omhelzing. Ze was dikker geworden dan haar man en had wallen onder haar ogen.

Jason ging op een bank zitten alsof het een consult bij de psychiater betrof. De dominee en zijn vrouw namen tegenover hem op twee stoelen plaats en hielden elkaars hand vast.

'We waarderen het dat je gekomen bent,' zei dominee Tate. 'Vind je het goed als we met gebed beginnen?'

Het verzoek had Jason niet hoeven overvallen, maar deed het wel. Hij zette zijn hoed af, zette zijn ellebogen op zijn knieën en boog zijn hoofd. Hij was zo zenuwachtig dat hij nauwelijks een woord hoorde van wat de dominee zei.

Toen dominee Tate gebeden had, vroeg hij hoe het met Jasons schouder was.

Die deed nog steeds verschrikkelijk zeer, maar Jason probeerde net te doen of het weinig voorstelde. 'Och, het is maar een vleeswond,' zei hij in een zwakke poging om humoristisch te zijn.

'Jason, ik begrijp hoe moeilijk het voor je is om hiernaartoe te komen en er met ons over te praten.' Dominee Tate leek dwars door hem heen te kijken en hij kon zijn blik niet afwenden. 'Dit is voor ons nog erg nieuw en maakt veel bij ons los, maar ik wil dat je weet...' hij wachtte even en keek naar zijn vrouw, die instemmend knikte,'we willen dat je weet dat we het je niet kwalijk nemen, jongen.'

Mevrouw Tate depte haar ogen en Jason merkte dat ook de dominee het te kwaad had. 'Je was LeRons beste vriend en hij hield van je als van een broer. Jullie waren nog jong en jullie maakten een vergissing. God koos ervoor om LeRon naar huis te halen. We hebben geleerd dat te aanvaarden.'

De woorden verbijsterden Jason en hij wist niets terug te zeggen. Hij had niet geweten wat hij precies kon verwachten, maar dit had hij zeker niet verwacht. Zijn voorgenomen schuldbewuste praatje leek nu volkomen misplaatst. Wat kon hij zeggen?

Jason was geen emotionele jongen, maar hij moest tegen zijn tranen vechten toen hij zijn verontschuldigingen probeerde aan te bieden.'Hij verdiende een betere vriend dan mij. Ik heb tegen jullie gelogen, hem niet gerespecteerd, heb mijn omgekomen vriend gebruikt als een...' Jason zocht naar het juiste woord en greep terug naar zijn slotpleidooi, 'als een zondebok.'

Hij wilde nog meer zeggen, maar de moederlijke gevoelens van mevrouw Tate kregen de overhand en ze viel hem in de rede. 'Je was nog jong. Je had je hele leven nog voor je. We verwijten je niets.'

'Hoe kan dat nou?' vroeg Jason.

'Wat hebben we aan bitterheid?' vroeg dominee Tate, zijn stem weer beheerst en zelfverzekerd. Hij was nu weer de dominee. 'Zouden we door boos te zijn onze zoon terugkrijgen? Zou hij uit zijn graf opstaan wanneer jij gestraft wordt?'

Jason schudde zijn hoofd, maar dat was voor de dominee kennelijk niet goed genoeg.

'Zou dat gebeuren?' hield hij aan.

'Nee, meneer.'

'Je weet dat dat zo is,' zei de dominee. 'Het is nu eenmaal gegaan zoals het gegaan is. LeRon zou niet gewild hebben dat we jou met een schuldgevoel zouden opzadelen.'

Ze praatten bijna een uur lang met elkaar en haalden ten slotte herinneringen aan LeRon op. In de loop van het gesprek kreeg Jason de indruk dat er een verstikkend gewicht van zijn borst werd weggenomen. Tien jaar lang had hij met schuld en misleiding geleefd. Hij kreeg het gevoel dat hij nu weer kon ademhalen.

Tegen de tijd dat Jason wegging, had dominee Tate hem ervan overtuigd dat LeRon in feite trots zou zijn op het soort procesadvocaat dat Jason geworden was.

'Hij ziet ons nu waarschijnlijk,' stelde de predikant voor, 'en zegt: "Heb je mijn vriend Jason gezien? Hij is de allerbeste.'"

Dominee Tate keek Jason doordringend aan. 'Mag ik een minuutje een preek tegen je afsteken, jongen? Om de een of andere reden kan ik het niet laten om de dominee uit te hangen.'

'Natuurlijk,' zei Jason.

'Loop niet voor de moeilijke zaken weg. De cliënten waar niemand iets mee te maken wil hebben, de mensen die door iedereen opgegeven zijn. Wil je LeRons nagedachtenis eren?'

'Ja, meneer.'

'Zoek dan gerechtigheid, jongen. Dat is waar je goed in bent. Maar laat ik je ten slotte een gedeelte uit Gods woord voorhouden om over na te denken. Ben je er klaar voor?'

Jason knikte.

'"Zorg ervoor dat uw spreken en uw handelen de toets kunnen doorstaan van de wet die vrijheid brengt. Onbarmhartig zal het oordeel zijn over wie geen barmhartigheid heeft bewezen; maar de barmhartigheid overwint het oordeel." Dat staat in Jacobus twee, de verzen twaalf en dertien.'

Het klonk diepzinnig, maar om eerlijk te zijn begreep Jason niet precies wat het betekende. Hij leende een stukje papier en een pen en schreef de tekstverwijzing op.

Hij zou de verzen later, als hij tijd had, opzoeken. Hij zou erover nadenken. Hij zou lezen wat anderen erover zeiden. De wet die vrijheid brengt. Barmhartigheid die het oordeel overwint. De woorden klonken vertrouwd, maar de manier waarop ze aan elkaar geregen waren, creëerde ideeën die vreemd voor hem waren. Als een mysterie.