Een zee van verlangen(11)
Hij bewonderde haar intens, en hij voelde zich in zijn trots gekrenkt door het pijnlijke bewustzijn van zijn verkeerde oordeel in het verleden toen hij weigerde de verbintenis te accepteren die zijn vader had voorgesteld. Als hij niet zo’n weinig vooruitziende blik had gehad, zou hij nu aanspraak op haar kunnen maken.
‘Het spijt me dat ik je niet onmiddellijk herkend heb, Adriana,’ mompelde hij zacht. ‘Je bent zó ongelooflijk veranderd, dat ik er alleen maar diep ontzag voor kan hebben. Ik veronderstel dat ik nog steeds aan je dacht als aan een kleine meid, maar dat is beslist niet het geval.’ Zijn ogen fonkelden boven een scheve grijns. ‘Vader zei altijd dat je een schoonheid zou worden, maar ik had nooit kunnen denken dat je een godin zou worden.’
Een vage glimlach was het beste wat Adriana met een schijn van kalmte kon opbrengen. Het hielp niet echt dat ze zich nog maar een paar ogenblikken geleden gedwongen voelde blijk te geven van een koele gereserveerdheid. Ze had al zo haar best moeten haar wrok te blijven koesteren tijdens de onzekerheid van de oorlog. Zelfs al had ze het gevoel dat die man zoveel jaren geleden haar hart had gebroken, toch wist ze slechts met moeite haar gekunstelde afstandelijkheid te handhaven. Ze was zó enorm opgelucht dat hij weer thuis was, veilig voor de gevaren van de oorlog, dat ze niets liever zou doen dan zich blij in zijn armen werpen, net als Samantha had gedaan. Maar ze was bang voor zijn reactie als hij zou vernemen welk contract er tijdens zijn afwezigheid was opgesteld, bang dat hij opnieuw uit Randwulf Manor zou vertrekken om zich dan nooit meer te laten zien.
‘Heel vriendelijk van u, milord, maar u hoeft zich niet te verontschuldigen,’ antwoordde ze met een beverig lachje. ‘Het is heel begrijpelijk dat u me niet herkend hebt. Ik was per slot van rekening pas zes toen u wegging. Ik kan slechts gissen hoeveel veranderingen er sinds uw vertrek in uw leven hebben plaatsgevonden, maar naar het uiterlijk te oordelen hebt u de jaren goed doorstaan, ondanks de vele veldslagen die u hebt geleverd.’
‘Ik ben absoluut ouder en heb wat meer littekens,’ gaf Colton toe. ‘Maar tijdens mijn lange afwezigheid van huis heb ik de mensen die ik achterliet meer leren waarderen dan ik vroeger deed. Ik heb vaak gedacht aan het leed dat ik door mijn vertrek heb veroorzaakt en heb het steeds weer betreurd. Maar natuurlijk, zoals wijn die dom verspild wordt, was er geen echte remedie voor de fouten die ik heb begaan. Toen ik mijn paard eenmaal de sporen had gegeven, durfde ik niet meer achterom te kijken naar de verwoestingen die ik achterliet. Ik kon alleen maar hopen dat het me op een dag zou worden vergeven.’
Denkend aan het nieuws dat hij nog te horen zou krijgen, kon Adriana zich slechts afvragen of hij nog steeds spijt zou voelen als hem weer een soortgelijke aankondiging werd gedaan. Jaren geleden had zijn reactie op de voorgestelde verbintenis zo’n diepe indruk op haar gemaakt, dat ze heel ver weg wilde zijn als hij die voor de tweede keer hoorde. ‘Ik deel de enorme opluchting van uw familie, milord, en vind troost bij het feit dat u weer bent waar u thuishoort. Samantha heeft zich dag en nacht zorgen gemaakt sinds het overlijden van uw vader, en ik wist niet wat ik nog moest zeggen om haar hoop te geven.’
‘Jaren geleden noemde je me Colton,’ merkte hij op, en deed een stap naar voren. ‘Valt het je zo moeilijk dat nu ook te doen?’
Adriana besefte dat zijn nabijheid gevoelens bij haar wekte die ze meende te hebben overwonnen. Lang geleden, toen ze nog een kind was, had hij het beeld vernietigd dat ze zich van hem gevormd had. In elk opzicht was hij haar held geweest. Om te voorkomen dat een dergelijk trauma zich opnieuw zou voordoen, moest ze haar zelfbeheersing bewaren, want ze had geen enkele garantie dat ze nu minder gevoelig zou zijn voor zijn charme. Ze kon hem niet toestaan weer hoopvolle verwachtingen bij haar te wekken, tenminste niet tot ze er redelijkerwijs op kon vertrouwen dat hij nu meer medeleven zou tonen dan toen. Pas wanneer ze ervan overtuigd was dat hij haar goedgezind was, zou ze hem haar gezelschap gunnen… en misschien mettertijd haar hart.
‘Vergeef me alstublieft de fouten uit mijn jeugd, milord,’ antwoordde ze. Ze waagde het hem recht aan te kijken terwijl ze een stap achteruit deed. ‘Dat was heel lang geleden, toen ik nog een kind was. Ik kan slechts hopen dat de lessen die mijn moeder me geleerd heeft tijdens uw afwezigheid, me een gepast respect heeft bijgebracht voor lords van uw standing.’
Colton hield zijn hoofd schuin en nam haar een tijdlang aandachtig op. Hij vroeg zich af waarom ze weigerde informeel te zijn nadat hij het haar gevraagd had. ‘Ik moet uit je antwoord afleiden dat je afkerig bent van familiariteit.’
‘Mijn moeder zou verlangen dat ik me aan de etiquette zou houden als ze hier aanwezig was.’