Reading Online Novel

Geen tijd voor een kus(150)



Hij voelde zich een beetje misselijk, maar misschien kwam dat gewoon door de honger. Hoewel hij eigenlijk wel beter wist... Voor alle zekerheid nam hij toch maar een bord muesli. Je wist maar nooit, misschien zou het helpen. Hij durfde echter niet het risico te nemen om bij haar op de veranda te gaan zitten, terwijl hij het opat. In plaats daarvan at hij staande, geleund tegen het geïmproviseerde aanrecht.

‘Kun je over twee minuten klaar zijn?’ vroeg hij toen het moment waarop ze samen in de auto zouden stappen, niet langer kon worden uitgesteld.

‘Komt in orde,’ antwoordde Jena. Ze sprong met een sierlijke beweging op uit haar stoel en zette de zwartomrande bril af. Toen boog ze haar hoofd, haalde met een snelle beweging allebei haar handen door haar haar, maakte er een knot van en zette die op miraculeuze wijze vast met een speld. Op een paar zilverblonde strengen na, die eraan wisten te ontsnappen en sierlijk om haar gezicht dansten.

Toen ze de kamer binnen kwam, realiseerde hij zich dat hij die twee minuten volledig had verspild. Haastig pakte hij zijn slaapzak en begon hem op te rollen. ‘Ik heb met Greg afgesproken dat ik zaterdag weer bij hen langskom. Is het goed als ik mijn spullen zolang hier laat liggen?’

Terwijl hij onhandig stond te prutsen aan het koordje van zijn slaapzak, hoorde hij Jena iets mompelen dat met een beetje goede wil voor een bevestiging kon doorgaan. Even later hoorde hij haar voetstappen op het trapje van de veranda. Tegen de tijd dat hij zelf in de auto stapte, had hij zich weer een beetje in de hand. Maar dat was direct weer voorbij toen hij zag wat ze aanhad: een nauwe driekwartbroek die een paar fraai gewelfde kuiten bloot liet. Hij kuchte en drukte zijn hand tegen zijn borst in een vergeefse poging zijn hart tot bedaren te brengen.

‘Als je mij zo meteen je bibliotheekkaart geeft, ga ik direct even een paar boeken lenen. Dan heb ik de rest van de dag iets om over na te denken.’

Iets om over na te denken? Hoezo, iets om over na te denken? Hij kon het wel uitschreeuwen van frustratie. Had de afgelopen nacht dan helemaal niets voor haar betekend?

Hij mompelde iets onverstaanbaars, waarna hij zich krampachtig op het verkeer concentreerde. Het was misschien wel een goed idee als ze een tijdje uit het ziekenhuis wegging, want de manier waarop zijn lichaam op haar nabijheid reageerde, was funest voor zijn gemoedsrust.

Toen ze uiteindelijk op de parkeerplaats van het ziekenhuis waren gearriveerd en hij haar zijn bibliotheekkaart wilde geven, kwam hij tot de ontdekking dat hij zijn portefeuille in de hut had laten liggen.

‘Misschien kun je Rhoda’s kaart even lenen,’ stelde hij voor. Met een beetje geluk zou hij later op de dag een uurtje de tijd vinden om zijn portefeuille op te halen.

‘Natuurlijk kun je mijn kaart lenen,’ zei Rhoda hartelijk, toen Jena vijf minuten later in het kantoortje van de hoofdzuster stond. ‘En als je toch naar de bibliotheek gaat, zou je dan gelijk wat nieuwe kerstversiering voor de ziekenzalen willen kopen? Het meeste wat we nog hebben, kan zo in de vuilnisbak.’

Nadat Jena had gecontroleerd of de bouwwerkzaamheden op de eerste verdieping naar wens verliepen, stapte ze in haar auto en reed weg. Eerst zou ze haar was naar de wasserette brengen, dan naar de bibliotheek gaan en daar na de boodschappen voor Rhoda doen. Ze had er echt behoefte aan even bij Noah uit de buurt te zijn, en na te denken over een paar vragen die haar bezighielden. Bijvoorbeeld waarom ze zich helemaal niet schuldig voelde dat ze zomaar een ochtend vrij nam.

Omdat het werk dat ze deed haar opeens niet meer zo belangrijk leek? Dat kon toch niet! Tot nog toe was het werk bij de televisie haar juist enorm goed bevallen, en toen ze dit karwei in Kareela kreeg aangeboden, had ze het gevoel gehad dat de wereld voor haar open lag. Dus waarom was het nu net of het iets van zijn glans voor haar had verloren?

Met een zucht parkeerde ze haar wagen voor de deur van de wasserette.





Noah was de dag begonnen met het doorlezen van een voorstel om het ziekenhuis uit te breiden met een hospitium voor terminale patiënten. Daarna belde hij de woninginspecteur, die hem verzekerde dat het huis van zijn tante geschikt was bevonden voor de huisvesting van zijn jonge beschermelingen. Omdat het te laat was om de verhuizing dezelfde dag nog te organiseren, besloot hij er eerst zelf een paar dagen te gaan bivakkeren en de jongelui in het weekend over te brengen.



Nadat hij zijn ronde langs de patiënten had gedaan, reed hij terug naar het meer om zijn portefeuille op te halen. Nu hij er toch was, nam hij maar direct ook zijn slaapzak, zijn toiletspullen en zijn kleren mee terug. Even overwoog hij om zijn draagbare koelkast en zijn voedselvoorraad voor Jena achter te laten, maar toen herinnerde hij zich haar verontwaardiging over de douche die hij had laten aanleggen. Hij kon maar beter alles meenemen, als hij tenminste niet wilde dat ze weer zo tegen hem tekeerging! Hoewel hij dat eigenlijk prefereerde boven de beleefde vriendelijkheid waarmee ze elkaar die morgen hadden bejegend. En dat, terwijl hij eigenlijk iets heel anders had gewild...