Reading Online Novel

Geen tijd voor een kus(149)



Met zijn ene arm hield Noah haar stevig omklemd, terwijl hij met de andere een deken voor hen uitspreidde op de vloer. En toen was de hartstocht waar ze zo lang tegen hadden gevochten niet meer te stuiten. Met koortsachtige haast ontdeden ze elkaar van de resterende kledingstukken. Wat daarop volgde was een wirwar van verstrengelde ledematen, gekreun van genot, gefluisterde vragen en antwoorden, een wilde ontdekkingstocht van wat voor de ander effect had en wat niet, een stijgende spanning die uiteindelijk resulteerde in een explosieve bevrijding.

Daarna lagen ze, nog bevend van emotie, in elkaars armen.

Jena lag genietend tegen hem aan, terwijl ze langzaam maar zeker terugkeerde tot de werkelijkheid. Toen stak ook de twijfel weer de kop op, en de onzekerheid over hoe het nu verder moest.

Spijt had ze echter niet. Niet in het minst. Alleen maar van een gevoel van verlegenheid, vermengd met een lichte paniek.

Ze schoof een klein eindje bij hem vandaan en bestudeerde in het donker zo goed en zo kwaad als het ging zijn gezicht. ‘Nou, dat was leuk,’ zei ze, in een poging de spanning te verbreken.

‘Leuk?’ herhaalde hij met opgetrokken wenkbrauwen. ‘Is dat alles?’

Hij liet zijn vingers luchtig over haar arm glijden, en via haar schouder naar de zijdezachte huid van haar borst. Jena hapte naar adem.

Tergend langzaam voerde hij haar opwinding op, tot ze op haar lip moest bijten om niet te kreunen van verlangen.

‘Is het nog steeds alleen maar leuk?’ vroeg hij, terwijl hij half over haar heen ging liggen. ‘Laat me dan eens zien hoe leuk je het vindt.’

Dit keer was hun liefdesspel langzaam en intens, en zo uitputtend dat de laatste tintelingen van de climax nog niet waren weggeëbd, voordat Jena wegzonk in een peilloos diepe slaap.

Ze werd wakker van het zingen van de vogels en de sensatie van een warm lichaam dat tegen haar rug aan lag. Haar intuïtie vertelde haar dat hij niet meer sliep, maar zich doodstil hield om haar niet wakker te maken.

Ze kroop iets dichter tegen hem aan.

‘Dat is vragen om moeilijkheden, dame,’ bromde hij. ‘We zijn toch al bijna te laat om nog op tijd op ons werk te komen.’

Jena schoof een klein eindje bij hem vandaan. Ze kon het niet opbrengen om zich helemaal van hem los te maken.

‘Het huis van mijn tante is klaar. Dus ik zou vandaag de jongelui kunnen verhuizen en weer mijn intrek nemen in mijn eigen huis.’ Zijn stem klonk dof toen hij die laatste woorden uitsprak.

Er viel een donkere schaduw over Jena’s hart. ‘En ik moet hier blijven,’ zei ze, instemmend met wat hij niet hardop had gezegd, ‘als ik eerlijk wil zijn tegenover Matt.’

Noah sloeg zijn sterke armen om haar heen en trok haar dicht tegen zich aan. ‘Het was een fantastische nacht, Blondie,’ fluisterde hij.

‘En leuk,’ bracht ze hem in herinnering.

Toen maakte ze zich bliksemsnel van hem los en rende naar de achterveranda. Ze was blij dat ze nu een douche hadden, al betwijfelde ze of het koude water in staat zou zijn de herinneringen aan de voorbije nacht van haar af te spoelen.

Of de pijn in haar hart te verdoven.

Om een man die ze nauwelijks kende?

Stel je niet aan, Jena, zei ze vol minachting tegen zichzelf.





Hoofdstuk 11





Noah was niet meer in de zitkamer toen Jena daar tien minuten later, gewikkeld in een grote badhanddoek, weer binnen kwam. Ze wierp snel een blik uit het raam. De jeep stond nog voor het huis, dus waarschijnlijk was hij gaan zwemmen.



Ze kleedde zich snel aan, hoewel ze bang was dat zelfs de dikste laag kleren geen bescherming zou bieden als ze zo dom zouden zijn om elkaar weer te kussen.

Terwijl ze lusteloos in een bord muesli zat te roeren kwam Noah weer binnen.

‘Ik heb even langs het strand gejogd en een kijkje genomen bij Greg en Rose,’ deelde hij mee. Hij haalde wat schone kleren uit zijn tas en verdween naar de achterveranda.

Jena staarde met een somber gezicht naar de deur waardoor hij zojuist was verdwenen. Als dit zo bleef, die beleefde vriendelijkheid, zou ze nog blij zijn als hij was vertrokken.

Maar dan moest ze eerst nog de rit naar de stad zien te overleven zonder gillend gek te worden. Ze hadden samen één nacht doorgebracht, en dat was de afspraak, bracht ze zichzelf in herinnering. Ze liep naar de veranda en gooide haar bord muesli leeg in het gras voor de vogels. Daarna maakte ze een kop koffie en ging, met een blocnote op haar schoot, op de veranda zitten. Ze kon wel vast een beschrijving maken van het verloop van een typische dag in het ziekenhuis. Dat zou de regisseur houvast geven.

Ze ging in één van Noahs stoelen zitten, schopte haar sandalen uit en zette haar voeten op de omheining van de veranda. Toen begon ze driftig te pennen.

Mijn hemel! Ze heeft die bril weer op, dacht Noah toen hij even later de zitkamer binnen liep. Hij keek een ogenblik naar haar, maar schudde toen zijn hoofd. Zelfs al zou hij openstaan voor een nieuwe relatie - wat niet het geval was - dan bleef nog het feit dat zij hem niet in haar leven wilde hebben.