Drift(131)
Kraus zakte bijna door zijn knieën. Hij was duizelig, net als eerder op zijn woonboot: een hypo. Hij schoot opnieuw. De bestuurder wankelde. Hij drukte twee handen op zijn buik en liet het pistool vallen, dat op de vloer kletterde. Kraus liep langzaam op de chauffeur af, die als bevroren op het autodek stond. Kraus omklemde zijn pistool met twee handen en gestrekte armen.
‘Niet doen!’ riep iemand van het arrestatieteam.
De man was op zijn knieën gezakt. Zijn overhemd was rood en tussen zijn handen sijpelde bloed. Zijn gezicht was inwit. Hij hijgde. Gromde.
Kraus richtte zijn wapen op het hoofd van de man. Zijn handen trilden. Zijn mond was kurkdroog. Zweet barstte uit zijn poriën.
Kraus zakte in elkaar. Lijkwit.
Een meter of zeven achter hem krabbelde Mahinovic overeind, een hand op haar borst.
‘Ambulances. Snel!’ zei ze. ‘En die kist moet eruit.’
Twee mannen van het arrestatieteam trokken de kist uit de lijkwagen. De agent legde Kraus in de stabiele zijligging. Daarna zakte hij naast zijn hond op het dek.
De mannen zetten de kist op het dek.
‘Er zit een smal gat in het hout,’ zei Mahinovic. ‘Hebben jullie een schroevendraaier of een breekijzer?’
Mahinovic probeerde door de spleet te kijken, maar het was te donker.
‘Lone?’
Ze rook haar transpiratiegeur.
‘Lone?’
Twee ambulances reden het autodek op. Drie mannen en een vrouw sprongen uit de wagens.
Mahinovic richtte zich op. Een man rende het autodek op. Hij had een breekijzer, dat hij als een geweer vasthield. Achter hem renden fotografen en cameramensen.
‘Houd ze tegen! Ik wil niet dat ze filmen en fotograferen.’
De man met het breekijzer plaatste de staaf tussen de deksel en de kist. Hij wrikte. Het breekijzer schoot los. Het arrestatieteam hield de pers tegen. Het ambulancepersoneel stabiliseerde Kraus.
Mahinovic trok het breekijzer uit de handen van de man en zette het in de breedte tussen de spleet en het deksel. Met haar volle gewicht leunde ze op de staaf. De pijn in haar borst ontplofte. De kist kreunde.
‘Help me,’ hijgde Mahinovic. ‘Meer gewicht.’
Twee extra handen drukten het breekijzer naar beneden. De kist spleet open, van boven naar onderen, via de nerven van het hout. Ze plaatste het breekijzer opnieuw en wrikte de kist open. Lone had haar ogen open. Haar voorhoofd en neus waren bebloed. Op haar mond zat doorzichtig tape. Haar handen waren vastgestrikt met plastic strips, net als haar enkels. In haar rechterbroekzak was een bobbel zichtbaar.
‘Lone?’
Mahinovic tikte tegen haar wangen en trok met één beweging de tape van haar mond.
‘Kan iemand hier helpen?’
Een ambulanceverpleegkundige zakte door haar benen en plaatste een stethoscoop op Telanders borst.
‘Ze leeft.’
Mahinovic staarde naar Lone.