De Dochter Van Mistral(224)
'En,' vroeg Nadine aan Marthe die bij de deur van de salon was verschenen, 'wat is er nu weer?'
'Maitre Banette, een notaris uit Apt, is net aangekomen. Hij wil met u spreken.'
'Ik heb nog nooit van die man gehoord. Zeg maar dat ik slaap; stuur hem weg.'
'Dat heb ik al geprobeerd, liefje, maar hij houdt aan. Hij zegt dat het erg belangrijk is.'
'Nou, goed dan.' Nadine zuchtte. Iedereen wist dat je een notaris wel moest ontvangen. Ze had nu al te maken gehad met dood en belastingen; het was niet meer dan natuurlijk dat er ook een notaris kwam opdagen.
De man die binnenkwam, was mollig en had een rood gezicht. Hij droeg een formeel blauw pak en durfde zich waarachtig belangrijk voor te doen, merkte Nadine woedend.
'U heeft een slecht ogenblik uitgezocht om me lastig te vallen, Monsieur.'
'Mag ik u mijn gevoelens van medeleven betuigen, Madame Dalmas? U begrijpt natuurlijk dat ik zodra ik kon moest komen.'
'Dat begrijp ik niet... Maitre Banette, nietwaar? Waarom komt u hier?'
'Madame,' zei hij verwijtend, 'alleen beroepsverplichtingen konden mij noodzaken u in uw verdriet te storen. Maar de zaak van het testament van Monsieur Mistral moet natuurlijk onder uw aandacht worden gebracht. Het is gedeponeerd bij het testamentenregister in Aix, zoals het behoort, maar ik heb een exemplaar voor u meegebracht. Ik begreep dat u het document zoudt willen lezen.'
'Zijn testament?' Nadine ging met een schok overeind zitten. 'Heeft hij een testament gemaakt? Dat heb ik nooit geweten.' Dodelijk verschrikt vroeg ze zich af of de oude man soms geld aan een liefdadigheidsinstelling kon hebben vermaakt. Nee, dat was niets voor hem. Absoluut niet.
'Hij is mij drie jaar geleden komen raadplegen, Madame,' ging Maitre Banette voort. 'Het ging om de wet van 3 januari 1972 ...'
'Wat voor wet? Ik herinner me niets van een toenmalige wet die eigendommen betrof. Mijn eigen advocaat in Parijs zou het me verteld hebben.'
'O, nee, Madame. Het heeft niets met eigendommen als zodanig te maken,' zei Maitre Banette die boos aan het worden was. 'In 1972 heeft de Franse regering het voor het eerst mogelijk gemaakt om kinderen uit overspelige verbintenissen wettelijk te erkennen. Monsieur Mistral heeft toen Mademoiselle Fauve Lunel wettelijk erkend.'
Nadine was sprakeloos. Maitre Banette ging door. 'Verder is er dat testament van hem, een heel vreemd document. Hij was een moeilijk mens om te adviseren, Madame. Eerst wilde hij zijn hele bezit aan Mademoiselle Fauve Lunel nalaten. Ik heb hem uitgelegd dat dit volgens de Franse wetten onmogelijk was. Het meeste dat hij voor haar kon doen was zijn nalatenschap tussen zijn twee kinderen verdelen...'
'Verdelen!'
'Madame, u kunt er verzekerd van zijn dat het niet mogelijk is alles in twee gelijke helften te verdelen, nee, artikel 760 van de successiewet maakt dat heel duidelijk. Mademoiselle Fauve Lunel heeft slechts recht op de helft van hetgeen zij zou erven als zij wettig was geweest, dus vijfentwintig procent van de hele nalatenschap in plaats van vijftig procent. U, Madame, behoudt vijfenzeventig procent van hetgeen er na aftrek van de belastingen overblijft.' Hij zweeg en wachtte of Nadine iets zou zeggen, maar toen ze dat niet deed, ging hij door en verdiepte zich in zijn taak. 'Het testament is op een manier geschreven die ik niet kan goedkeuren, Madame. Ik heb Monsieur Mistral mijn mening gezegd, maar het spijt me te moeten opmerken dat hij mijn raad niet wenste op te volgen.'
'Fauve,' zei Nadine met een giftige stem. 'Altijd Fauve.'
'Juist, Madame. Er schijnt een ... een ... speciale voorkeur voor dat kind te zijn geweest.'
'Wat heeft hij gezegd?' vroeg Nadine. 'Kom, geef mij die papieren.'
'Madame!' Hij hield de papieren beschermend tegen zijn omvangrijke borst gedrukt. 'Het is alleen omdat Mademoiselle Fauve Lunel niet in Félice is ... ik heb inlichtingen ingewonnen ... dat ik naar u ben gekomen zonder op haar aanwezigheid te wachten. Zij moet worden ingelicht en gevraagd te verschijnen, maar intussen vond ik het juister u van de inhoud van het testament op de hoogte te stellen, omdat ik niet weet waar ik haar kan vinden.'
'Lees dat ding voor, verdomme,' viel Nadine woedend uit.
'Madame, dat is precies wat ik van plan ben,' zei hij verwijtend en schraapte zijn keel.
' "Ik, Julien Mistral, wens al mijn werk aan mijn meest geliefde en dierbare dochter, Fauve Lunel, na te laten. Daar de wet mij dit echter verbiedt wens ik dat zij de serie La Rouquinne krijgt die ik van mijn vrouw, Kate Mistral, heb teruggekocht; de koopakte is aan dit document gehecht. Ik wens dat mijn dochter Fauve Lunel alle schilderijen krijgt die ik heb gemaakt van haar en haar moeder Théodora Lunel, de enige vrouw die ik ooit heb liefgehad. Ik wens vooral dat Fauve de Cavaillon-serie krijgt; zij was daarvoor mijn inspiratie. Door Fauve leerde ik eindelijk, maar tot mijn grote spijt te laat, de belangrijkste lessen van mijn leven. Als mijn geliefde dochter Fauve het wenst, dan zou ik graag willen dat zij het huis La Tourrello krijgt met al het land dat erbij hoort. Als ze dat niet wil aanvaarden, geef ik order dat het verkocht wordt en de opbrengst aan mijn nalatenschap wordt toegevoegd.