Moord op afspraak(22)
Vincent d’Ambrosio arriveerde om kwart voor drie.
‘Hij weet dat hij vroeg is,’ zei Connie tegen Nona, ‘en hij wil best wachten.’
‘Nee, dat hoeft niet. Laat hem maar binnen.’
In minder dan een minuut vergat Vince d’Ambrosio de buitengewoon ongemakkelijke zit van het groene tweezitsbankje in Nona’s kantoor. Hij beschouwde zichzelf als iemand met veel mensenkennis en hij mocht Nona onmiddellijk. Ze had een eerlijke en prettige manier van doen. Haar uiterlijk beviel hem. Niet knap, maar aantrekkelijk... vooral die grote bedachtzame bruine ogen. Ze droeg nauwelijks of geen make-up. De grijze strepen in haar donkerblonde haar vond hij eveneens mooi. Alice, zijn ex-vrouw, was ook blond, maar haar zonnige lokken waren het resultaat van geregelde bezoekjes aan Vidal Sassoon. Nou ja, ze was nu tenminste getrouwd met een man die zich dat kon veroorloven.
Het was duidelijk dat Nona Roberts dodelijk ongerust was. ‘Uw brief komt overeen met de meeste reacties die ik de laatste tijd heb ontvangen,’ liet ze hem weten. ‘Mensen schrijven over ontmoetingen met dieven, klaplopers, verslaafden, rokkenjagers, perverse lieden. En nu...’ Ze beet op haar lip. ‘En nu wordt er iemand vermist die het nooit in haar hoofd zou hebben gehaald om op contactadvertenties te reageren en dat deed om mij een gunst te bewijzen.’
‘Vertel eens wat meer over haar.’
Nona was blij dat Vince d’Ambrosio geen tijd verspilde met holle woorden van geruststelling. ‘Erin is zeven- of achtentwintig. We ontmoetten elkaar acht maanden geleden in het fitnesscentrum. Zij, Darcy Scott en ik volgden dezelfde danscursus en raakten bevriend. Darcy komt over een paar minuten hier.’ Ze pakte de brief van de vrouw in Lancaster en gaf hem aan Vince. ‘Deze is vandaag binnengekomen.’
Vince las hem vlug door en floot zachtjes. ‘Iemand heeft geen aangifte bij ons gedaan. Deze vrouw staat niet op onze lijst. Ze brengt het aantal vermiste vrouwen op zeven.’
In de taxi op weg naar Nona’s kantoor dacht Darcy aan de tijd dat zij en Erin tijdens hun laatste studiejaar waren gaan skiën in Stowe. De hellingen waren met ijs bedekt en de meeste mensen waren al vroeg teruggegaan naar het hotel. Op haar aandrang maakten zij en Erin nog één afdaling. Erin raakte een brok ijs, viel en brak haar been.
Toen de ambulancebroeders haar kwamen halen, skiede Darcy naast de brancard mee en vergezelde Erin vervolgens in de ambulance. Ze herinnerde zich Erins asgrauwe gezicht en haar poging om een grapje te maken. ‘Ik hoop dat dit geen invloed heeft op mijn dansen. Ik wil de koningin van het bal zijn.’
‘Dat zal gebeuren.’
In het ziekenhuis werden röntgenfoto’s genomen. Bij het zien daarvan trok de chirurg zijn wenkbrauwen op. ‘Je hebt een lelijke smak gemaakt, maar we lappen je wel weer op.’ Hij glimlachte tegen Darcy. ‘Kijk niet zo bezorgd. Het komt wel in orde.’
‘Ik ben niet alleen bezorgd. Ik voel me zo verdraaid schuldig,’ had ze tegen de arts gezegd. ‘Erin wilde die laatste afdaling niet meer doen.’
Nu, terwijl ze Nona’s kantoor betrad en werd voorgesteld aan agent d’Ambrosio, besefte Darcy dat ze precies dezelfde reactie onderging. Dezelfde opluchting dat iemand de leiding nam, hetzelfde schuldgevoel dat ze Erin had overgehaald om samen met haar op die advertenties te reageren.
‘Nona vroeg alleen maar of we ze wilden bekijken. Ik was degene die Erin ertoe aanzette,’ liet ze d’Ambrosio weten. Hij maakte aantekeningen terwijl ze vertelde over het telefoontje op dinsdag, over Erins mededeling dat ze met een zekere Charles North had afgesproken in een café nabij Washington Square. Ze zag de verandering in d’Ambrosio’s houding toen ze sprak over het openen van de kluis, over het overhandigen van het Bertolini-halssnoer aan Jay Stratton en over diens bewering dat er diamanten ontbraken.
Hij vroeg haar naar Erins familie.
Darcy staarde naar haar handen.
Herinner je je nog dat je op Mount Holyoke aankwam, die eerste dag van je eerste studiejaar? Erin was er al, met haar koffers keurig opgestapeld in een hoek. Ze hadden elkaar taxerend bekeken, beiden tevreden met wat ze zagen. Erin had grote ogen opgezet toen ze mama en papa herkende, maar ze was niet van haar stuk geraakt.
‘Darcy stuurde me van de zomer een kennismakingsbrief, maar het was niet tot me doorgedrongen dat Barbara Thorne en Robert Scott haar ouders waren,’ had ze gezegd. ‘Ik geloof dat ik geen film van u heb gemist.’ Daarna voegde ze eraan toe: ‘Darcy, ik wilde me niet installeren voordat jij hier was. Ik dacht dat je misschien een voorkeur voor een kast of bed zou hebben.’ Denk aan de blik die mama en papa wisselden. Ze dachten: wat is die Erin een aardig meisje. Ze nodigden haar uit met ons te gaan eten.