1
Maandag, 18 februari
Het was donker in de kamer. Hij zat in de stoel, met zijn armen om zijn opgetrokken benen. Het gebeurde weer. Charley zou niet in de geheime schuilplaats blijven. Charley wilde met alle geweld over Erin nadenken. Nog maar twee, fluisterde Charley. Dan is het afgelopen.
Hij wist dat protesteren geen zin had. Toch werd het steeds riskanter. Charley begon roekeloos te worden. Charley wilde de aandacht trekken. Ga weg, Charley, laat me met rust, smeekte hij. Charleys honende lach galmde door de kamer. Als Nan hem nou maar aardig had gevonden, dacht hij. Als ze hem vijftien jaar geleden maar had uitgenodigd voor haar verjaardag... Hij had zoveel van haar gehouden! Hij was haar gevolgd naar Darien, met het cadeautje dat hij in een supermarkt voor haar had gekocht: een paar dansschoenen. De kartonnen schoenendoos was eenvoudig en goedkoop geweest, en hij had zich zoveel moeite getroost om hem te versieren door op het deksel een schets van de schoenen te maken.
Haar verjaardag, twaalf maart, viel in de voorjaarsvakantie. Hij was naar Darien gereden om haar met het geschenk te verrassen. Bij zijn aankomst brandde overal in haar huis de verlichting en werden auto’s door bedienden weggezet. Hij was er langzaam langsgereden, geschokt en verbijsterd toen hij studenten van de universiteit van Brown herkende.
Nog steeds schaamde hij zich bij de herinnering dat hij als een klein kind had gehuild toen hij omkeerde en naar huis terugreed. Later had de gedachte aan het verjaarscadeau hem op andere gedachten gebracht. Nan had hem verteld dat ze iedere morgen om zeven uur, weer of geen weer, ging joggen in de bossen bij haar huis. De volgende morgen was hij daar aanwezig om haar op te wachten.
Tot op de dag van vandaag herinnerde hij zich levendig haar verbazing toen ze hem zag. Verbazing, geen bIijdschap. Ze was blijven staan − hijgend, haar zijdezachte blonde haren verscholen onder een gebreide muts, een schooltrui over haar joggingpak en haar voeten gestoken in Nikes.
Hij had haar gefeliciteerd met haar verjaardag, toegekeken terwijl ze de doos opende en geluisterd naar haar huichelachtige dankwoord. Hij had zijn armen om haar heen geslagen. ‘Nan, ik hou zoveel van je. Laat me zien hoe mooi je voeten eruitzien in die schoenen. Ik zal ze voor je vastmaken. We kunnen hier samen dansen.’
‘Rot op!’ Ze duwde hem weg, smeet de doos naar hem toe en wilde hem joggend passeren.
Het was Charley die haar was nagerend, haar had vastgegrepen en haar op de grond had gegooid. Charleys handen knepen haar keel dicht tot haar armen niet langer zwaaiden. Charley schoof de dansschoenen aan haar voeten en danste met Nan, terwijl haar hoofd slap tegen zijn schouder hing. Charley legde haar op de grond, met een van de dansschoenen aan haar rechtervoet, terwijl hij de Nike weer aan haar linkervoet schoof. Sindsdien was er een lange tijd verstreken. Charley was een vage herinnering geworden, een schimmige figuur die zich ergens in de spelonken van zijn geest verschool... tot twee jaar geleden. Toen was Charley begonnen hem aan Nan te herinneren, aan haar smalle, gewelfde voeten, haar slanke enkels, haar schoonheid en gratie wanneer ze met hem danste... Iene-miene-munne-meen, ik pak de danser bij zijn teen. Tien varkensteentjes... Dat spelletje speelde zijn moeder altijd met hem toen hij klein was. Dit varkentje ging naar de markt, dit varkentje bleef thuis...
‘Doe het tien keer,’ smeekte hij altijd wanneer ze ophield. ‘Eén voor elk varkensteentje.’
Zijn moeder had zoveel van hem gehouden! En toen was ze veranderd. Nog steeds hoorde hij haar stem: ‘Wat doen die tijdschriften in je kamer? Waarom heb je die dansschoenen uit mijn kast gepakt? Na alles wat we voor je hebben gedaan! Wat stel je ons teleur!’
Toen Charley twee jaar geleden weer opdook, beval hij hem om contactadvertenties te plaatsen. Heel veel advertenties. Charley dicteerde de tekst voor de speciale advertentie.
Nu lagen er zeven jonge vrouwen begraven op het terrein, ieder van hen met een dansschoen aan de rechtervoet en aan de linkervoet haar eigen schoen of laars of sportschoen... Hij had Charley gesmeekt hem er een tijdje mee te laten ophouden. Hij wilde het niet meer. Hij had Charley gezegd dat de grond nog bevroren was en hij ze niet kon begraven, dat het riskant was hun lijken in de vriezer te bewaren... Maar Charley had geschreeuwd: ‘Ik wil dat die laatste twee ook worden gevonden. Ik wil dat ze precies zo worden aangetroffen als ik dat met Nan liet gebeuren!’
Charley had deze laatste twee op dezelfde manier uitgezocht als de anderen na Nan. Ze heetten Erin Kelley en Darcy Scott. Beiden hadden gereageerd op verschillende contactadvertenties die hij had geplaatst. En wat belangrijker was: ze hadden beiden gereageerd op zijn speciale advertentie.
Van alle reacties die hij had ontvangen, waren hun brieven en foto’s Charley opgevallen. De brieven waren amusant, de cadans van de taal aantrekkelijk, bijna als Nans stem, met die zelfspottende geestigheid, die droge, intelligente humor. En dan die foto’s... beide waren op verschillende manieren uitnodigend.