Moord op afspraak(21)
‘Deze vrije vrouw met donkere huidskleur is in voor iedereen die ademt,’ lachte Connie. ‘Ik heb een nieuwe stapel reacties gehad van een aantal antwoordnummers waarop je had geschreven. Zin om ze te bekijken?’
‘Allicht.’
‘Wil je nog wat koffie? Na die akelige Austin ben je daar vast wel aan toe.’
Nona wist dat haar glimlach deze keer bijna moederlijk was. Connie scheen niet te weten dat sommige feministen het afkeurden om koffie voor de baas in te schenken. ‘Graag.’
Vijf minuten later kwam Connie terug. ‘Nona, Matt is aan de telefoon. Ik zei hem dat je in vergadering zat en hij antwoordde dat het van groot belang was je te spreken.’
‘Ongetwijfeld.’ Nona wachtte tot de deur dicht was en nam een slok koffie voordat ze de hoorn opnam. Matthew, dacht ze. Wat betekende die naam? Godsgeschenk. Zonder enige twijfel. ‘Hai, Matt. Hoe gaat het met jou en de koningin van het bal?’
‘Nona, kun je niet eens ophouden met die hatelijkheden?’ Had hij altijd zo klaaglijk geklonken?
‘Nee, dat is echt onmogelijk.’ Verdomme, dacht Nona. Na bijna twee jaar deed het nog steeds pijn om met hem te praten. ‘Nona, ik heb eens nagedacht. Waarom neem je het huis niet van me over? Jeanie vindt het niet prettig in de Hamptons. De huizenmarkt is nog steeds slap, dus ik zal je matsen met de prijs. Je weet dat je altijd van je ouwelui kunt lenen.’
Matty de Klaploper, dacht Nona. Zijn huwelijk met het kindbruidje had hem hiertoe verlaagd. ‘Ik wil het huis niet,’ zei ze kalm. ‘Als we dit kwijt zijn, ga ik iets voor mezelf kopen.’
‘Nona, je bent dol op dit huis. Je doet het alleen maar om mij te straffen.’
‘Tot kijk.’ Nona verbrak de verbinding. Je hebt het mis, Matt, dacht ze. Ik hield van het huis omdat we het samen hadden gekocht en er de eerste avond zeekreeft hadden gekookt en we er ieder jaar iets anders deden om het tot een nog groter festijn te maken. Nu wil ik helemaal opnieuw beginnen. Zonder herinneringen.
Ze begon de nieuwe stapel reacties door te lezen. Zelf had ze meer dan honderd brieven verstuurd aan mensen die onlangs advertenties hadden geplaatst, met het verzoek haar over hun ervaringen te vertellen. Voorts had ze de eindredacteur, Gary Finch, ertoe bewogen de mensen aan te sporen schriftelijk melding te maken van de resultaten van contactadvertenties die ze hadden geplaatst of beantwoord en de reden waarom ze ermee waren opgehouden.
Het resultaat van de oproep via de televisie bleek onverwacht groot te zijn. Een relatief klein aantal schreef opgetogen over het ontmoeten van ‘de fijnste mens ter wereld, en we zijn inmiddels verloofd’ of ‘... wonen samen’ of ‘... zijn getrouwd’. Vele anderen toonden zich teleurgesteld. ‘Hij zei dat hij ondernemer was. In werkelijkheid was hij bankroet. Bij onze eerste ontmoeting probeerde hij al geld van me te lenen.’ Een verlegen, blanke vrijgezel schreef: ‘Ze zat me tijdens het hele diner te bekritiseren. Zei dat ik lef had om mezelf in de advertentie aantrekkelijk te noemen. Mijn hemel, wat gaf ze me een minderwaardig gevoel!’
‘Ik kreeg midden in de nacht obscene telefoontjes.’
‘Als ik thuiskwam van mijn werk, zat hij voor mijn deur coke te snuiven.’
Verscheidene brieven waren niet ondertekend. ‘Ik wil niet dat u weet wie ik ben, maar ik ben ervan overtuigd dat een van de mannen die ik via een contactadvertentie leerde kennen, degene is die bij mij heeft ingebroken.’
‘Ik nam een bijzonder aantrekkelijke veertiger, een man met een leidinggevende functie, mee naar huis en betrapte hem toen hij probeerde mijn zeventienjarige dochter te zoenen.’
Nona voelde zich terneergeslagen bij het lezen van de laatste brief. Hij was afkomstig van een vrouw in Lancaster, Pennsylvania. ‘Mijn tweeëntwintigjarige dochter, een actrice, verdween bijna twee jaar geleden. Toen ze onze telefoontjes niet beantwoordde, zijn we naar haar flat in New York gegaan. Het was duidelijk dat ze daar in geen dagen was geweest. Ze schreef op contactadvertenties. We zijn ten einde raad. Er is geen enkel spoor van haar gevonden.’
O God, dacht Nona. O God, laat er alstublieft niets met Erin aan de hand zijn! Ze begon met trillende handen de brieven te sorteren, waarbij ze drie stapeltjes maakte van de interessantste: Tevreden, Teleurgesteld en Ernstig probleem. De laatste brief hield ze apart om aan agent d’Ambrosio te laten lezen. Om één uur bracht Connie haar een sandwich met ham en kaas. ‘Er gaat niets boven een beetje cholesterol,’ merkte Nona op. ‘Het heeft geen zin tonijn voor je te bestellen als je dat nooit eet,’ antwoordde Connie.
Tegen tweeën had Nona brieven gedicteerd aan potentiële gasten. Ze maakte voor zichzelf een notitie om een psychiater of psycholoog in het programma uit te nodigen. Ik zou iemand moeten hebben die een samenvattende analyse kan maken van de contactadvertentie in al zijn facetten, besloot ze.