Moord op afspraak(11)
Boxer kneep zijn ogen samen. ‘Gisteren was er nog niets met haar aan de hand.’
‘Gisteren?’
Zware oogleden gleden voor fletse ogen. Wijkende lippen werden bevochtigd door een tong. Zijn voorhoofd fronste tot grillige rimpels. ‘Nee, ik vergis me. Ik heb haar dinsdag gezien, in de namiddag. Ze kwam binnen met boodschappen.’ Zijn toon werd braaf. ‘Ik bood aan ze voor haar naar boven te brengen.’
‘Dat was dinsdagmiddag. Heeft u haar dinsdagavond zien uitgaan of thuiskomen?’
‘Nee, niet dat ik weet. Zeg eens, ik ben geen portier, hoor. De bewoners hebben hun eigen sleutel. Bezorgers moeten de intercom gebruiken om te worden binnengelaten.’
Darcy knikte. Hoewel ze wist dat het zinloos was, had ze op de bel van Erins flat gedrukt voordat ze had gebeld voor de conciërge. ‘Toe, ik ben bang dat er misschien iets mis is. Ik móét bij haar naar binnen. Heeft u uw loper?’
Het verwrongen lachje keerde terug. ‘U moet goed begrijpen dat ik normaal gesproken geen mensen in een flat laat omdat ze dat toevallig willen, maar ik heb u bij Erin Kelley gezien en weet dat u bevriend met haar bent. U bent net als zij... chic, knap.’
Darcy negeerde het compliment en liep de trap op.
De trappen en portalen waren schoon, maar somber. De vlekkerige muren hadden een blauwgrijze kleur en de tegels op de treden waren oneffen. Het betreden van Erins flat was als de overgang van een grot naar daglicht. Toen Erin hier drie jaar geleden in trok, had Darcy haar geholpen met verven en behangen. Ze hadden een bestelbusje gehuurd en waren langs openbare verkopingen in Connecticut en New Jersey op strooptocht naar huisraad gegaan.
Ze hadden de wanden spierwit geverfd. Over de bekraste, maar gepolijste parketvloer lagen her en der kleurrijke Indiase tapijten. Boven een divanbed, dat was bedekt met felrode velours en voorzien van talloze sterk contrasterende kussens, hingen ingelijste museumposters.
De ramen keken uit op de straat en hoewel de lucht bewolkt was, was de lichtsterkte voortreffelijk. Onder de ramen bevond zich een lange werktafel, waarop Erins benodigdheden keurig op een rij waren gerangschikt: lasbrander, handboor, vijlen en buigtangen, ringklemmen en veertangetjes, soldeerblok, duimstokken, boortjes. Het had Darcy altijd gefascineerd om Erin aan het werk te zien, terwijl haar slanke vingers vaardig delicate edelstenen hanteerden.
Naast de tafel stond Erins enige verkwisting: een hoge kast met tientallen smalle laden. De onderste laden van het negentiende-eeuwse medicijnenkabinet waren nep en verborgen een kluis. Een leunstoel, een televisietoestel en een goede stereo-installatie completeerden de gezellige kamer.
Darcy’s eerste indruk zorgde voor een gevoel van opluchting. Alles stond hier nog op zijn plaats. Met Gus Boxer in haar kielzog liep ze vlug naar de kleine keuken, een vierkant hokje zonder ramen, die ze in een heldergele kleur hadden geverfd en gedecoreerd met ingelijste theedoeken.
De smalle gang leidde naar de slaapkamer. Het bed van tin- en koperwerk en een smalle toilettafel waren de enige meubelstukken in dit vertrek, dat niet groter was dan een bergruimte. Het bed was opgemaakt. Alles was normaal.
In de badkamer hingen schone, droge handdoeken aan het rek. Darcy opende het medicijnkastje. Haar geoefende blik registreerde de aanwezigheid van Erins tandenborstel, cosmetica en crèmes.
Boxer werd ongeduldig. ‘Niets aan de hand volgens mij. Tevreden?’
‘Nee.’ Darcy ging weer naar de zitkamer en liep naar de werktafel. Het antwoordapparaat meldde twaalf ingekomen gesprekken. Ze drukte de weergavetoets in.
‘Hé, ik weet niet of...’
Ze onderbrak Boxers protest. ‘Erin wordt vermist. Dringt dat goed tot u door? Ze wordt vermist. Ik ga deze boodschappen afluisteren om te horen of ze me misschien enig idee geven waar Erin zou kunnen zijn. Daarna ga ik de politie bellen en naar meldingen van ongevallen informeren. Ze kan wel bewusteloos in een of ander ziekenhuis liggen! U mag hier blijven of u mag, als u het druk heeft, weggaan. Wat wordt het?’
Boxer haalde zijn schouders op. ‘Ik neem aan dat het wel in orde is u hier alleen te laten.’
Darcy keerde hem haar rug toe en pakte een notitieboekje en een pen uit haar tas. Ze hoorde Boxer niet weggaan toen de boodschappen doorkwamen.
Het eerste gesprek was binnengekomen op dinsdagavond, om kwart voor zeven. Een zekere Tom Swartz. Bedankt voor de reactie op zijn advertentie. Ontdekte onlangs een geweldig restaurantje, niet duur. Konden ze een dinerafspraak maken? Hij zou terugbellen.
Erin had op dinsdagavond afgesproken met Charles North, om zeven uur in een kroeg nabij Washington Square. Om kwart voor zeven was ze ongetwijfeld al vertrokken, dacht Darcy. Het volgende gesprek was om vijf voor halfacht binnengekomen. Michael Nash. ‘Erin, ik heb bijzonder genoten van onze ontmoeting en hoop dat je van de week tijd hebt om eens met me uit eten te gaan. Als je kunt, bel me vanavond dan even terug.’ Nash liet zowel zijn privé- als zijn praktijknummer achter.