Zwart Goud 03(7)
Haar hart maakte een sprongetje van schrik. Waarom zou de bestuursvoorzitter haar willen zien? Had ze nu al iets fout gedaan? Nee, dat kon niet. Misschien wilde hij de afspraak die hij met haar baas had gemaakt nog eens met haar doornemen. Dat zou het wel zijn. ‘Ik kom eraan.’
Ze perste haar voeten weer in de vermaledijde schoenen en liep naar het kantoor aan het andere eind van de gang, waar ze werd opgewacht door de secretaresse die ze net had gesproken.
‘Kom maar verder. Ze wachten al op je.’
‘Ze?’
‘Mr. Blair, Mr. Suarez en Mr. Everett. De andere Mr. Everett, bedoel ik.’
Jane ademde diep in. Het was nogal intimiderend om de hele top van het bedrijf zo plotseling te moeten ontmoeten. In haar baan als advocaat had ze voortdurend klanten ontmoet, maar dan wist ze precies wat ze deed. Nu, in haar allereerste undercoverbaan, voelde ze zich toch een beetje als een vis op het droge.
Blijkbaar zag Bren dat ze een paniekaanval nabij was, want ze legde geruststellend haar hand op haar arm. ‘Maak je geen zorgen, ze bijten niet. Waarschijnlijk willen ze je alleen wat details over je onderzoek vragen.’
Jane knipperde met haar ogen. Wist iedereen dan wat zij hier kwam doen? ‘Mijn... Mijn onderzoek?’
Bren knipoogde. ‘Mr. Blair neemt mij met alles in vertrouwen. Ik weet waarom je hier bent, maar je geheim is volkomen veilig bij mij. Als dat niet zo was, werkte ik hier allang niet meer.’ Ze boog zich naar Jane toe en vervolgde zacht: ‘Ze zitten daarbinnen nogal met de situatie in hun maag. Niemand wil geloven wat Jordan Everett lijkt te hebben gedaan, dus daarom willen ze dit onderzoek het liefst zo snel mogelijk achter de rug hebben. Als ik je ergens bij kan helpen, moet je het maar zeggen.’
‘Dank je,’ zei ze, en ze voegde er met meer zelfvertrouwen dan ze voelde aan toe: ‘We zoeken het tot op de bodem uit.’
Bren glimlachte en deed de deur van Mr. Blairs kantoor voor haar open. ‘Succes.’
Jane bedacht dat ze dat, gezien haar knikkende knieën, waarschijnlijk hard nodig zou hebben.
Hoofdstuk 3
Mr. Blair had, net als Jordan, een hoekkantoor, maar dat van hem was twee keer zo groot en veel luxueuzer ingericht. Mr. Blair zat achter zijn bureau. Hij zag er gedistingeerd uit, keurig in het pak, met donker haar dat wat grijs werd bij de slapen. Jane schatte hem begin veertig.
‘Miss Monroe,’ zei hij, terwijl hij opstond. ‘Komt u verder, alstublieft.’
Ze deed wat hij vroeg en hoopte maar dat ze niet zou struikelen.
‘Ik ben Adam Blair,’ stelde hij zich voor, ‘Dit is Nathan Everett, het hoofd van onze pr-afdeling, en dit is Emilio Suarez, onze financiële man.’
Ze schudde de drie mannen de hand. Nathan was donkerder en wat langer dan zijn broer, maar had dezelfde gelaatstrekken. Mr. Suarez was het schoolvoorbeeld van een knappe Spanjaard: lang, donker en sexy. Ze kon niet anders dan concluderen dat de mannen die hier werkten, bovengemiddeld knap waren.
‘Gaat u zitten.’ Adam wees op een lege stoel naast Nathan.
Ze deed wat hij vroeg en merkte dat de sfeer in het vertrek gespannen was. Als advocaat was ze met verschillende mensen in de meest uiteenlopende omstandigheden in aanraking gekomen, en ze had geleerd een situatie snel in te schatten.
Adam nam het woord. ‘Laat ik vooropstellen dat we ons geen van allen prettig voelen bij het instellen van een onderzoek naar een naaste collega,’ begon hij. ‘Uw baas heeft me verzekerd dat u uiterst discreet te werk zult gaan.’
‘Vanzelfsprekend.’ Ze hoopte maar dat hij het nerveuze trillinkje in haar stem niet hoorde.
‘Uw baas heeft me ook uitgelegd dat het de bedoeling is dat u Mr. Everett op het persoonlijke vlak leert kennen. Ik kan niet zeggen dat ik gelukkig ben met een dergelijke werkwijze.’
Nou, daar was ze mooi klaar mee. Ze was nog niet eens met haar onderzoek begonnen, of haar opdrachtgever was al ontevreden. Ze rechtte haar schouders. ‘Als uw verdenkingen kloppen, en Mr. Everett bij sabotage of het aannemen van steekpenningen betrokken is, is het niet waarschijnlijk dat hij de bewijzen daarvoor op zijn kantoor laat rondslingeren. Het is dus zaak dat ik mij op de een of andere manier toegang tot zijn huis verschaf.
Aangezien mijn bedrijf zich niet met illegale praktijken bezighoudt, zal ik daar dus op persoonlijke uitnodiging van Mr. Everett binnen moeten zien te geraken.’
Nathan streek langs zijn kin. ‘Ik vind dat allemaal nogal dubieus.’
Adam keek hem scherp aan. ‘Twee weken geleden praatte je niet eens met je broer, en nu neem je hem opeens in bescherming?’
‘Nee, ik neem hem niet in bescherming. Het lijkt alleen zo achterbaks wat wij hier nu bekokstoven. Zit jij daar dan niet mee?’
‘Natuurlijk zit ik daarmee, maar we hebben geen keus, Nathan. We moeten weten wat er gaande is, en we hebben met z’n allen besloten dat dit de beste manier is om daarachter te komen.’