Schaduwjury(134)
Ze bleef even watertrappelen om weer wat op adem te komen, maar begon weer haastig te zwemmen toen ze zag dat ze verder afdreef. Er ging een golf van adrenaline door haar heen en ze raakte bijna in paniek toen ze besefte dat ze nog verder meegetrokken werd. Ze wist wat ze moest doen - je niet verzetten tegen de stroom. Zwem parallel aan de kust om uit de stroom te komen, niet ertegenin.
Maar dat vereiste energie en uithoudingsvermogen. Ze probeerde diep adem te halen en zich te ontspannen, maar ze was zo moe. Ze verzette zich tegen haar paniek en begon parallel aan de kust te zwemmen. Twee minuten. Drie minuten. Vijf.
Ze kreeg wat water binnen en begon te hoesten. De golven leken nu hoger, maar ze wist dat het slechts een illusie was. De kust was nog steeds vaag zichtbaar.
Gedachten over het proces hadden plaatsgemaakt voor slechts één gedachte: overleven. Een gebed en een nieuwe golf van adrenaline gaven haar een paar minuten nieuwe kracht, maar met dit tempo zou het allemaal snel voorbij zijn. Haar armen en benen brandden van vermoeidheid toen het melkzuur zijn tol ging eisen. Ze verzette zich tegen de aandrang om te gaan schreeuwen. Het zou slechts een verspilling van krachten zijn; niemand zou haar zo ver uit de kust kunnen horen.
Ze kon slechts één ding doen. Door blijven zwemmen.
Ze liet haar hoofd weer zakken en bleef zwemmen - voorbij haar vermoeidheid, voorbij de pijn, een slag na de andere, iedere slag moeizamer dan de vorige. In de tijd dat ze wedstrijden zwom, had ze naam gemaakt met haar wil om te winnen. Vanavond zou ze ieder onsje van die wilskracht nodig hebben om te overleven. Ze dacht aan alles wat het leven de moeite waard maakte: haar geloof, haar vrienden, haar cliënten die haar nodig hadden.
Niets hielp. Ze zou deze strijd verliezen.
Maar net toen ze bereid was het op te geven, voelde ze een kleine verandering in de stroom, heel gering - een geleidelijk loslaten van de vingers van de onderstroom. Het was alsof de vuist van de dood door Gods hand werd open gewrongen.
Ze zwom moeizaam verder tot ze helemaal uit de stroom was. Om wat op adem te komen, liet ze zich een paar minuten op haar rug drijven en begon toen aan de opgave om naar de kust te zwemmen. Ze zwom onder de juiste hoek naar het strand, liet zich door de golven meevoeren, ontspande zich tussen de ene en de andere golf en uiteindelijk voelde ze zand onder haar uitgeputte benen.
Ze liep naar het strand toe en liet zich in het enkeldiepe water op haar knieën vallen Zo bleef ze een minuut zitten en probeerde weer op adem te komen. Hoe dichtbij was de dood geweest? Hoeveel minuten zou ze zich nog tegen de stroom hebben kunnen verzetten?
Ze wist dat God haar uit het gevaar gerukt had. In een persoonlijk moment dat niemand anders zou kunnen delen of begrijpen, had Hij haar gered. Maar pas nadat ze haar strijd tegen de onderstroom had opgegeven. Pas toen ze bereid was op te geven en de machtige oceaan zijn slachtoffer had laten opeisen. Op dat moment had ze Hem in beweging voelen komen.
In het zand geknield dacht ze aan een paar Bijbelverzen die haar vader vaak aanhaalde. De woorden van Jezus, hoewel Kelly niet wist waar en wanneer.
Want ieder die zijn leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van Mij, zal het behouden. Wat heeft een mens eraan de hele wereld te winnen als hij er het leven bij inschiet? Wat zou een mens niet overhebben voor zijn leven?
De hele wereld - een carrière als advocaat, een reputatie, nationale roem.
Wat heeft een mens eraan de hele wereld te winnen als hij er het leven bij inschiet? Wat zou een mens niet overhebben voor zijn leven?
Tot haar afschuw realiseerde Kelly zich hoezeer dat nu op haar van toepassing was. Haar trots en haar schaamte hadden haar van God weggedreven. Ze was tegen de behoefte aan berouw en verzoening ingezwommen en ze had geprobeerd zijn gunst te winnen met haar felle campagnes terwijl ze in werkelijkheid behoefte had aan genade en aanvaarding.
Ze knielde daar in het zand en bad God om vergeving.
81
Het eerste wat Kelly zaterdagmorgen deed, was haar vader bellen.'Kunnen we praten?' vroeg ze.
'Natuurlijk, Kei. Wat is er?'
Ze hadden tijdens het proces een paar keer met elkaar gepraat, maar Kelly had het gewoonlijk zo druk dat haar vader meestal een voicemailberichtje achterliet, waarin hij haar vertelde hoe trots hij was op de manier waarop ze de zaak aanpakte.
Gisteravond had ze besloten hem te bellen en hem alles te vertellen wat ze zeven jaar lang had achtergehouden. Maar nu hij echt aan de telefoon was, zag ze er erg tegenop.
'Ik weet dat je morgen moet preken, maar kunnen we elkaar op de een of andere manier spreken? Niet over de telefoon, bedoel ik.'
Kelly wist dat zaterdag de dag was waarop haar vader de laatste hand aan zijn preek legde. Regel 1 in het huis van de familie Starling was: val pa op zaterdag niet lastig. En de rit van Charlottesville naar Virginia Beach zou bijna vier uur in beslag nemen.