Reading Online Novel

Prinses Daisy(9)



Margo Firestone die zich over de reeks hevige avonturen van Francesca, dikwijls met getrouwde mannen, ongerust maakte vroeg haar tenslotte waarom ze niet haar best deed om het leuk te hebben, zoals andere jonge actrices.

Francesca viel verontwaardigd tegen haar uit. 'Mijn hemel, Margo, wie denk je in godsnaam wel dat ik ben — een of andere Janet Leigh of Debbie Reynolds soms, met hun schattige kleine damesbladverliefdheden? En wie wil het nu in vredesnaam leuk hebben — wat een belachelijk woord. Ik verlang méér — en ik weet best hoe sentimenteel dat klinkt, dus je hoeft ook niet tegen me te preken. O, ik baal van acteurs! Maar ik kom nooit iemand anders tegen.'

Ze was net vierentwintig geworden toen ze dat zei en die avond besloot Margo Firestone, dat Francesca verandering van omgeving nodig had. Ze zat veel te veel opgesloten in de kunstmatige wereld van de camera, ze was te rusteloos en te kwetsbaar, en na de dood van haar ouders de laatste jaren was ze gedeprimeerd geworden.

'Als ze mijn dochter was,' zei Margo nadenkend, 'zou ik me hartstikke ongerust maken.'

'Maar ze heeft verleden jaar wel de Oscar gewonnen,' peinsde Matty.

'Dat zou me nog ongeruster maken. Weet je nog wel van Luise Rainer?'

'Toe nou! Dat mag je niet eens zeggen.' Matty klopte het af om de herinnering af te weren aan wat volgens hem de verknoeide carrière van de kwetsbare Oostenrijkse actrice was, die twee Oscars achter elkaar had gewonnen en toen, aan het eind van de dertiger jaren, praktisch uit de rij van belangrijke filmsterren was verdwenen. God verhoede, dat Francesca zoiets overkwam. Of hem.

'Zullen we haar vragen om volgende maand met ons mee naar Europa te gaan?' stelde Margo voor.

'En ik dacht, dat je op tweede huwelijksreis wou,' wierp Matty tegen.

'Ik geloof eigenlijk niet in huwelijksreizen, of het nu de eerste of de tweede is,' zei Margo kordaat. 'Zodra Francesca klaar is met Anna Karenina, laat je haar door je kantoor op de eerstvolgende boot zetten — dan kunnen we haar daar afhalen.'





De avond na de polowedstrijd om half acht was Francesca gereed, onder de koortsachtige leiding van Margo. Ze droeg een door Jean Louis ontworpen lange roze-witte avondjapon. Het lijfje zonder schouderbandjes werd opgehouden door dunne baleintjes en was losjes over haar boezem geplooid. De eerste laag chiffon was donker roze, de volgende een tint lichter tot de vijfde en laatste laag die zuiver wit was. Om haar blote schouders wierp ze een stola van vijf lagen chiffon, net als de rok, die vele meters lang was en hier en daar versierd met tere toefjes bleekroze zijden bloemen. Het geheel maakte een achttiende-eeuwse indruk, zo fantastisch alsof ze uit een schilderij van Gainsborough was gestapt. Francesca had haar lange haar, dat ze geweigerd had voor de nieuwste kroeskop op te offeren, in een grote wrong achter in haar nek opgestoken, waaruit een paar kleine krulletjes even voor haar oren en over haar gladde voorhoofd vielen.

Margo monsterde haar met een blik van bewondering en afgunst. Matty was de zitkamer van Francesca's suite binnengewandeld om zijn cliënte te inspecteren. 'Ik hoop maar, dat die vent zich ook heeft opgedoft, schat.'

'Matty, in Deauville laten ze je niet eens de speelzaal van het Casino binnen als je niet in avondkleding bent,' zei Margo neerbuigend. Ze wist hoe het hoorde voor een eerste afspraak met een prins. Sinds haar vijftiende had ze er een voor zichzelf beraamd.

'Luister eens, schat,' ging Matty onverstoorbaar verder. 'Die vent is een echte prins, daar heb ik naar geïnformeerd. Maar hij staat bekend als een groot vrouwenjager en hij is al een keer gescheiden, dus houd daar wel rekening mee. Je bent nu een groot meisje — ik weet het, ik weet het, dat hoefje me niet meer te vertellen.'

Intussen werd er op de deur geklopt. Matty deed open en zag de chasseur van het hotel daar met een witte kartonnen doos in zijn handen staan.

'Bloemen voorjuffrouw Vernon,' verkondigde hij. Matty nam de doos aan en gaf de man een fooi. 'Nou, hij kent wel alle foefjes,' merkte hij wrang op. Francesca maakte de doos open en zag dat er een driedubbele krans van rozeknopjes in lag, die ze om haar pols kon winden. Toen zag Margo met haar scherpe blik nog een kleiner fluwelen doosje met een blauw lintje erom, dat onder de rozen verstopt zat. Francesca maakte het vlug open en hield verstomd haar adem in. Daar lag, precies in de met fluweel gevoerde binnenkant van het doosje gepast, een kristallen vaasje, dat driekwart met water was gevuld. In het vaasje staken drie takjes met dikke bloemtrossen op gouden steeltjes. Iedere bloem bestond uit vijf ronde turkooizen bloemblaadjes met diamanten roosjes in het midden en bladeren van jade. Ze haalde het er uit en zette het op tafel. Het hele betoverende voorwerp was acht centimeter hoog en had zijn illusie van water te danken aan de helderheid van het rotskristal.

'Wat. . .? Wat is dat?' vroeg ze.