Reading Online Novel

Een zee van verlangen(17)



Felicity keek met een stralende glimlach naar Colton. ‘Grootvader zou het prachtig vinden om uw verhalen over de oorlog te horen, milord. Er gaat geen dag voorbij dat hij niet een vriend, een werknemer of een verre bloedverwant in zijn slaapkamer ontvangt voor een babbeltje, een drankje of een kaartspel. Hij zou opgetogen zijn als u hem zou willen bezoeken.’

‘Ik weet zeker dat het gezelschap van zoveel belangstellenden hem moed heeft gegeven,’ zei Colton. ‘Ik zal hem zeker gaan bezoeken zodra ik gesetteld ben.’

‘Hij is niet de enige die de vruchten heeft geplukt van die bezoeken,’ verklaarde Felicity. ‘Uw zus en lady Adriana waren zo vriendelijk me te inviteren voor het uitstapje vandaag, en ze gaven me het gevoel dat ik echt welkom ben in deze streek.’

Colton lachte geamuseerd toen een herinnering aan zijn jeugd weer bij hem bovenkwam. ‘Miss Fairchild, u bent niet de eerste bent over wie ze zich ontfermd hebben,’ zei hij. ‘Lady Adriana en mijn zus waren al vriendinnen voordat de jongste kon praten, en ik kan uit de eerste hand getuigen dat beide vrouwen altijd op de bres hebben gestaan voor gastvrijheid. Maar ze hebben hun welwillendheid niet altijd beperkt tot mensen. Al zal ik wel op mijn vingers getikt worden omdat ik vergelijkingen maak tussen heden en verleden, ik herinner me nog heel goed dat ze vroeger geregeld gewonde dieren of hun jongen mee naar huis namen en ik veronderstel dat ze lang na mijn vertrek daarin volhard hebben. Toen ik nog thuis was, deden ze altijd hun best de dieren die ze gevonden hadden te verzorgen tot ze beter waren. En als een ervan onverhoopt stierf, huilden ze tranen met tuiten. Eerlijk gezegd, miss Fairchild, bent u slechts een van een vreemde collectie die ze in de loop der jaren mee naar huis hebben genomen.’

‘Colton, schaam je,’ zei Samantha verwijtend. ‘Miss Felicity zal zich beslist ongelukkig voelen met die vergelijking.’

Hij keek naar de blonde vrouw en legde zijn hand op zijn hart. ‘Miss Fairchild, geloof me, ik bedoelde het niet als gebrek aan respect. Er is natuurlijk geen vergelijking mogelijk tussen u en de behaarde en gevederde schepseltjes die mijn zus en haar vriendin onder hun hoede namen. Ik weet zeker dat in uw geval beide dames maar al te blij waren hun gastvrijheid te kunnen uitstrekken tot iemand van hun eigen sekse.’

Hij keek even naar Adriana, die op korte afstand stond te luisteren met haar hand op de trapleuning. Hoewel hij innemend glimlachte, beantwoordde ze zijn blik met een ernst die de herinneringen, die hij zo vaak had geprobeerd te onderdrukken, bij hem terugbracht aan een mager, klein meisje met immense ogen, van wie hij het hart had gebroken. Hoe had hij zo lang geleden kunnen weten dat Harrison haar en haar ouders had binnengelaten en had gevraagd buiten de salon te wachten, waar hij zo fel had geprotesteerd tegen de plannen van zijn vader om een contract te tekenen voor een verbintenis tussen hen beiden?

Hij stak uitnodigend zijn arm naar haar uit, in een verlangen haar in de buurt te hebben. ‘Kom bij ons, Adriana. Zoals je daar staat, doe je me denken aan het kleine meisje dat ik vroeger gekend heb, dat zich altijd op een afstandje hield met een verlangende blik in haar ogen zodra Samantha naar me toe kwam en iets van me wilde. Het leek altijd of dat kleine meisje met haar enorme, donkere ogen, eigenlijk graag bij ons wilde zijn, maar niet zeker wist of ze dat wel kon doen. Doe het alsjeblieft. Ik moet je zeggen dat ik oprecht blij ben je weer te zien.’

Een aarzelende glimlach speelde om haar lippen toen hij haar wenkte. Toen ze eindelijk een beetje onwillig toegaf, legde hij zijn arm om haar schouders. ‘Mijn zus heeft me omhelsd en welkom thuis geheten, Adriana. Mag ik durven hopen dat je blij genoeg bent met mijn thuiskomst om hetzelfde te doen?’

‘Welkom thuis, milord,’ mompelde ze.

‘Kom, omhels me eens,’ drong hij aan, alsof ze nog een kind van zes was. ‘En geef me een kus.’ Hij trok zijn wenkbrauwen op bij haar duidelijke tegenzin. ‘Je bent toch niet bang voor me? Waar is dat kleine meisje gebleven met zoveel durf dat ze de bewondering van mijn vader afdwong?’

Adriana was zich ervan bewust dat alle ogen op haar gericht waren en haalde diep adem om zich te wapenen tegen haar nervositeit. Hoe konden ze begrijpen dat dit de enige man in haar leven was die haar als kind zo diep gekwetst had dat ze het nog niet vergeten was? Ze had zich vaak afgevraagd of die ervaring wellicht de reden was dat ze aanbidders zelfs nu nog niet te dicht bij zich toeliet.

Aarzelend sloeg ze een arm om zijn schouders toen hij zich naar haar toe boog. Ze verbaasde zich over het gelach van de andere edellieden toen haar lippen vluchtig zijn wang aanraakten.

‘Zo is het beter,’ mompelde Colton bij haar oor, voor hij zich terugtrok. Adriana keek op, recht in de fonkelende grijze ogen. Zijn stem klonk hees en zacht. ‘Nu voel ik me echt welkom geheten.’