Droom in zijde(23)
Ze zat achter in de auto en luisterde naar Sebastian die met iemand aan de telefoon sprak. Hij leek in niets op de man die ze die avond in Mumbai had ontmoet. Nu ze erop terugkeek leek die hele ervaring een luchtspiegeling, want deze man gedroeg zich alsof hij haar zelfs niet zou kussen als zijn leven ervan afhing.
‘…en toen zei papa dat ik dat huis in Holland Park moest kopen, en ik zei…’
Sebastian luisterde niet echt naar de irritante stem van de vrouw. Af en toe veinsde hij belangstelling en knikte hij even, terwijl hij net zo min belangstelling voor de uitgemergelde blondine had die tegenover hem zat, als voor de zwaarlijvige ober die hen naar hun tafeltje had gebracht.
En dat was vreemd, omdat hij tot voor kort de voorkeur had voor blondines – hoe koeler hoe beter. Totdat hij een exotische Indiase prinses had ontmoet, dacht hij stuurs.
Het was te laat geweest om zijn afspraakje af te bellen, en een weerbarstige kant van hem wilde de afspraak nakomen, de grenzen voor Aneesa aangeven. Maar hij had de gewonde blik in die expressieve ogen van haar de hele avond niet uit zijn gedachten kunnen zetten.
Gedwee had ze hem gevolgd toen hij haar zijn ultramoderne penthouse appartement had laten zien. ‘Altijd het penthouse?’ had ze op luchtige toon gevraagd.
En hij had gladjes geantwoord: ‘Dat is het beste.’ Het had zo blasé geklonken dat hij inwendig ineen was gekrompen.
Daniel, de man die zijn huishouden bestierde en aan wie Sebastian zijn leven zou toevertrouwen, had Aneesa onmiddellijk onder zijn hoede genomen. Toen Sebastian wegging waren ze in de keuken Indiase curryrecepten aan het bespreken.
Plotseling werd hij ongeduldig. Abrupt onderbrak hij de vrouw, van wie hij zich met moeite de naam kon herinneren. ‘Het spijt me, maar ik moet weg.’
Haar overdadig met lipstick bedekte mond ging open en weer dicht, waarop er een gevoel van walging door Sebastian heenging. Hij dacht aan die andere mond, met de van nature volle rode lippen, die hij zo graag wilde kussen. Zijn lichaam verstrakte.
Haastig vertrokken ze uit het restaurant. Zonder op de protesten van de vrouw in te gaan, hield hij een taxi voor haar aan en nam afscheid. Vervolgens nam hij zelf een taxi die hem naar huis bracht.
Pas toen hij de voordeur opende en de rust van zijn appartement over zich heen voelde komen, merkte hij hoe snel zijn hart in zijn borst hamerde. Zonder geluid te maken liep hij naar de slaapkamer die hij Aneesa eerder die dag had laten zien. De schemerlamp naast het bed wierp een kring van licht op Aneesa, die half zittend in bed in slaap was gevallen. Er lag een opengeslagen boek naast haar. Sebastian liep ernaartoe en toen hij het oppakte zag hij de titel: het was een boek over zwangerschap en alles wat daarbij kwam kijken.
Met een vreemd gevoel in zijn buik legde hij het weg. Hij keek naar Aneesa. Haar lange wimpers lagen op haar wangen. Hij had haar maar een keer ontmoet, en toch leek het alsof hij haar al zijn hele leven kende.
Haar weer te zien, hier in zijn huis, wetende dat ze zwanger was, was een grote schok die nu pas begon af te nemen. Daarnaast had hij nog allerlei onduidelijke emoties die steeds sterker werden en waar hij niet over wilde nadenken.
Hij voelde zo’n enorme lichamelijke aantrekkingskracht dat het hem angst aanjoeg. Als hij haar zou aanraken zou er een storm losbarsten. Een storm die hij niet wilde meemaken. Er ging een golf van ontroering door hem heen, die hij probeerde te negeren. Hij mocht niet vergeten dat ze hier niet zou zijn als ze niet zwanger was geweest.
Zijn geweten knaagde – zijn afspraakje van vanavond zou evengoed een ramp zijn geweest, ook als Aneesa niet was gekomen. De waarheid deed pijn; al sinds die avond in Mumbai hield hij zich met haar bezig.
Zonder dat hij er iets tegen kon doen, gleed zijn blik naar beneden. Hij voelde zich een voyeur. Hij zag dat haar borsten onder haar T-shirt er voller uitzagen. Kwam dat door de baby? Plotseling gaf de gedachte dat hij Aneesa’s lichaam zou zien veranderen omdat ze zijn kind verwachtte, hem aan de ene kant een euforisch en aan de andere kant een claustrofobisch gevoel.
Geluidloos liep hij de slaapkamer uit. Pas toen hij een halfuurtje later zoals gewoonlijk zijn verloren strijd tegen de slapeloosheid voerde, wist hij de emotie te benoemen die hij had gevoeld toen hij haar bij thuiskomst slapend in bed had aangetroffen. Het was opluchting geweest. Helaas zag hij slechts stormachtige wolken voor zich toen hij zijn ogen sloot.
De volgende ochtend ging Sebastian zoals elke dag tien kilometer hardlopen. Toen hij terugkwam, scheen de zon al volop. Tot zijn verbazing trof hij Aneesa in de keuken aan. Haar haren zaten in een hoge staart op haar hoofd samengebonden, en ze had een joggingbroek en een T-shirt met lange mouwen aan.
‘Jij bent vroeg op,’ zei Sebastian.
Vliegensvlug draaide ze zich om, en hij zag dat er een kleur op haar wangen verscheen. Dat gaf hem een onverklaarbaar tevreden gevoel. Maar ze herstelde zich snel, en hij zag die ietwat gereserveerde houding terugkeren.