Vanuit Het Graf(2)
'Dat weet ik allemaal wel, maar toen je nog bij de politie werkte, heb je zijn huis drie keer doorzocht en nooit iets gevonden.'
'Een paar mensen van het rechercheteam hebben het huis doorzocht. Ik was toen nog jong en net nieuw bij de politie. Dus deed ik braaf wat Gibbons me opdroeg, en dat was voornamelijk speurwerk achter de schermen. Gibbons was de baas. Hij zorgde ervoor dat hij zelf het echt belangrijke werk te doen kreeg. Dat doet er echter niet meer toe,' zei Caleb. 'Waar het om gaat, is dat er een einde aan de moorden kwam toen Purcell dood was. Dat zegt genoeg, lijkt me zo.'
'Na de vondst van Anna's lichaam hielden de moorden ook een paar jaar op,' zei Holly.
'Dat kwam doordat de politie Purcell zo nauwlettend in het oog hield dat hij bijna geen adem meer kon halen. De moorden begonnen weer toen die voogd, John Roach, een kleuterjuf om het leven bracht van de Schwab-basisschool. Bijna iedereen bij het rechercheteam, onder wie Gibbons, geloofde opeens dat we op het verkeerde spoor hadden gezeten. De wens bleek echter de vader van de gedachte.'
'En wat dacht je dan van die vrouw uit Spokane die een paar maanden geleden vermist raakte?' vroeg Holly. 'Hoe wil je dat verklaren als die wurger dood is?'
'Daar is mij niets van bekend,' zei hij.
'Ik heb toevallig pas een krantenberichtje daarover gelezen. De politie had op de vloer van haar auto rohypnol aangetroffen. Van die drugs die ze in bars stiekem bij meiden in hun glas doen om ze daarna zonder weerstand te kunnen verkrachten. Roach zit in de gevangenis, en Purcell is dood, maar in mijn oren klinkt dat helemaal als de wurger.'
Caleb had nog steeds een paar goede vrienden bij de politie. Als zich iets bijzonders had voorgedaan, zouden inspecteur Gibbons of inspecteur Thomas hem hebben gebeld. Deze zaak was voor hen allen van groot gewicht geweest. 'Hebben ze haar lichaam al gevonden?'
'Nog niet.'
'Dan kunnen ze nog niets weten. Dat spul kost maar een paar dollar per pil, en je kunt het overal kopen. Weet je nog dat we ze in die apotheek in Mexico hebben zien liggen?'
'Ja, maar wat doen we nu aan Susan?' vroeg ze met een radeloze klank in haar stem.
Ze hield hem een lokaas voor om hem terug te krijgen in haar leven. Hij zou er echter niet intrappen. Ditmaal niet. Hij voelde niet meer die drang om haar te redden, waardoor hij zich aanvankelijk tot haar aangetrokken had gevoeld. 'Ik weet niet wat ik eraan kan doen.'
'Je bent politieman geweest, in 's hemelsnaam! En een goeie, ook. Ik wil dat je hiernaartoe komt om haar te zoeken, Caleb.'
Hij schoof de muis aan de kant en draaide zijn nieuwe, lederen bureaustoel rond, om door het raam naar het adembenemende uitzicht over de baai van San Francisco te staren. Het weidse panorama van de blauwgroene, golvende oceaan, bespikkeld met een stuk of twintig kleurrijke zeilbootjes, lag voor hem uitgespreid.
'Ik woon tegenwoordig in Californië, Holly.' Om te bewijzen hoe noodzakelijk het was dat hij in zijn nieuwe omgeving bleef, voegde hij eraan toe: 'Volgende week komen ze de nieuwe vloerbedekking hier leggen.'
'Voor Susan kan het om leven of dood gaan!' riep Holly uit.
Weer zo'n overtrokken bewering? Holly's hang naar dramatiek in aanmerking genomen, was dat het waarschijnlijkste... 'Ik ben geen politieman meer. Ik schrijf nu waargebeurde misdaadverhalen. Nogmaals: ik zie niet in wat ik kan doen.'
'Ik weet wel wat jij kunt doen,' zei ze volhardend. 'Ik ben immers tweemaal met je getrouwd geweest. Het is bijna griezelig hoe jij alles kunt opduiken waar je naar zoekt. Dat is een talent. Je bent... Je bent net zo'n journalist die niet te houden is om een verhaal te onthullen.'
Dat was nou niet echt een positieve vergelijking, maar hij kon er weinig tegenin brengen omdat Holly nog steeds aan het woord was.
'Je kunt best komen, als je maar wilt. Je hebt geld genoeg.'
'Het gaat niet om geld,' zei hij.
'Waarom dan?'
Om zijn moeizaam veroverde vrijheid. Hij was zelfs helemaal naar San Francisco verhuisd om ver genoeg bij Holly uit de buurt te komen. Hij was niet van plan weer richting Seattle te gaan, ook al woonden zijn ouders nog steeds op Fidalgo Island, waar hij was opgegroeid en waar hij van hield. 'Ik kan niet weg. Ik zit midden in een nieuw verhaal.'
Ze leek aan te voelen dat hij niet met tranen te vangen was en deed onmiskenbaar haar best om haar emoties te beteugelen. 'Waar gaat het over?' vroeg ze belangstellend.
'Over een jonge vrouw die haar stiefvader heeft vermoord,' antwoordde hij.
Ze snufte toch weer. 'Klinkt gezellig.'
In reactie op haar sarcasme, glimlachte hij wrang. 'Ik verdien er mijn brood mee. Een bepaalde vrouw die ik ken, haatte het om met een politieman getrouwd te zijn en bracht me ertoe mijn droom te laten uitkomen en schrijver te worden.'
'Zo erg is dat toch niet? Nu ben je rijk en beroemd.'
Maar nog steeds gescheiden. En dat bleef zo. Hoezeer Holly ook haar best deed om hem te laten geloven dat ze van hem hield, hij kon niet met haar samenleven. Daarvoor was ze gewoon te geobsedeerd.