Reading Online Novel

Het Zevende Kind(75)



Peter bewoog zich zijwaarts dichterbij.

‘Als het erop aankomt, geven ze uiteindelijk altijd wel de pijp aan Maarten,’ klonk de stem van de fabrikant. Opnieuw gelach.

‘Ja, dát was iets wat hij nooit meer zal vergeten,’ stemde de burgemeester in en hief het glas cognac in zijn dikke hand.

‘Zo ongelooflijk elegant gehanteerd door Nordal,’ zei de burgemeester met bewonderende nadruk.

De fabrikant bekeek het gloeiende puntje van zijn lange sigaar en knikte: ‘Ja, nu zijn ze allebei weer op hun plek – zowel het grote als het kleine uitschot.’

De week daarop kreeg Peter het verhaal bevestigd: My’s vader had zojuist aangekondigd dat hij niet van plan was zich opnieuw kandidaat te stellen als vakbondsvertegenwoordiger in de fabriek. De Partij had geprobeerd hem van zijn besluit af te brengen, schreef de krant van Usserød, maar hij had geen andere verklaring gegeven dan dat hij van de post ontslagen wilde worden.

Op hetzelfde moment was Peter het duivelse ultimatum duidelijk, dat rector Nordal klaar had liggen op de dag dat My’s vader op school had moeten komen: Hjalmar kon onverbrekelijk standhouden en zijn zoon in de steek laten – of hij kon zijn zaak de rug toe keren en zijn zoon redden. ‘Als we de beslissing dat we de politie erbuiten houden moeten verdedigen, moeten we discreet, maar verantwoord handelen. U kunt natuurlijk niet als politiek actief en werknemersvertegenwoordiger doorgaan in een positie waarin u te allen tijde riskeert vooraan te staan bij een staking en ontslagen te worden – of misschien zelfs door de politie in de gaten gehouden te worden. U bent alleenstaand vader, en deze jongen heeft u nodig – zeker na dit.’

Peter kon de woorden zo klinkend helder horen en zelfs ruiken, alsof rector Nordal vlak voor hem stond. De woorden bleven hem steeds weer opnieuw opzoeken wanneer hij wakker lag en naar de wind in de iep in zijn gelukkige tuin luisterde, en of het nu het ruisen van de wind in de bladeren was die hem het idee gaf, of de nachtelijke bezoeken van Nordals onwelriekende triomferende geest, kan niemand meer precies zeggen...

... alleen dat hij op een ochtend vroeg opstond en een blocnote pakte en met de voorbereidingen begon die die hele herfst duurden, waarin Denemarken werd getroffen door de oliecrisis en het hele land van karakter veranderde en een nieuwe opstandige rechtse partij in het hart sloot om te protesteren tegen iets, waarvan de bevolking de contouren slechts kon onderscheiden.

De kettingzaag had jaren ongebruikt in de garage gelegen. Peter stopte hem in een grote zwarte tas en fietste diep de bossen van Rungsted Hegn in, waar hij zich drie weken lang voorbereidde op de uitvoering van zijn plan: choken, gas geven, vasthouden, balanceren, druk toevoeren, en het zaagblad stilhouden. Oplettendere ouders zouden het eelt op zijn handen hebben opgemerkt op de plek waar de blaren hadden gezeten, maar niet Laust en Inge, die kranten lazen en brieven schreven, en daarom de meeste tijd met gebogen hoofd zaten.

Slechts drie dagen voor de kerst trof het schandaal de privéschool als een natuurramp: het was op een winterochtend waarop de rector zoals gebruikelijk zijn honden na een nacht van onrustig waken aan de ketting zou leggen, maar voor een keer werd de lucht niet verscheurd door het geblaf van de hazewindhonden en hun zware razende lichamen die tegen het hek knalden. De ene was dood en de ander lag stervend in een hoekje van de binnenplaats met schuim rond de puntige, agressieve onderkaken. Rector Nordal hoorde een gejammer, dat zich misschien meer in zijn hoofd afspeelde dan op het donkere, besneeuwde schoolplein. De trots van de school, de machtige lindeboom, was bij de wortel omgehaald als door een reusachtige, onzichtbare hand. Hij was zijwaarts over de waterpomp omgevallen, en de langste tak had zowel de afdakjes als de ramen van de zuidelijke vleugel van de school gebroken. Nu liepen de politie en brandweerlieden, die de geschokte man had gealarmeerd, doelloos rond tussen glas, puin en takken, terwijl de rector zelf machteloos en met gebalde vuisten achter hen stond en de catastrofe probeerde te bevatten.

Ze vonden een enkel spoor, direct bij de wortel van de boom, waar een sterke motorzaag, naar de zuivere snede te oordelen, het moordende karwei snel en moeiteloos had geklaard. Hier lagen een paar dure, buffelleren handschoenen die men ogenblikkelijk herleidde naar een jongen uit de zevende, die zonder veel tumult door twee politieagenten werd afgevoerd. Omdat niemand kon geloven dat de jongen het alleen had gedaan, haalden ze ook zijn vier beste vrienden naar het bureau. De vergiftigde honden werden op een stuk plastic gelegd en dezelfde kant op gereden, zonder dat de rector ook maar omkeek. Urenlang stond hij onbeweeglijk naar de gevelde lindeboom te staren, en hij stond er nog toen de laatste auto de binnenplaats af reed. Er was iets vreemds en gewelddadigs de privéschool binnengedrongen. Misschien had hij een vermoeden, misschien begreep hij dat hij onverhoeds een geest had uitgedaagd die veel gewelddadiger was dan de zijne – en veel haatdragender dan zelfs hij ooit voor mogelijk had gehouden.