Geen tijd voor een kus(88)
Cassie bedacht opnieuw hoe vlot McCall leugens uit zijn mouw schudde. Ze duwde hem weg en keek hem recht aan. ‘Daar ga je weer,’ zei ze beschuldigend. ‘Ik weet niet zeker of ik dat talent van jou om geloofwaardige leugens te verzinnen wel prettig vind.’
Toen hij glimlachte, vergat ze haar woede echter. Door de sensatie die hij in haar opwekte, vergat ze zelfs bijna dat ze in levensgevaar verkeerde.
‘Het is een talent waarvan ik, tot ik hier kwam, niet wist dat ik het had,’ zei hij bescheiden. ‘Maar zelfs ik ben geïmponeerd.’
‘Dat zou je niet moeten zijn,’ zei Cassie vinnig. ‘Het is een gevaarlijke gewoonte. Hoe denk je dat bij voorbeeld een vrouw met wie je serieuze plannen krijgt, zich zal voelen als ze erachter komt? Ze zal zich afvragen of ze wel een woord kan geloven van wat je zegt.’
McCall glimlachte opnieuw, en Cassies hart begon sneller te kloppen.
‘Ik denk dat ze altijd zal weten wanneer ik de waarheid spreek,’ verklaarde hij.
Cassie had het gevoel dat hij dat op een bepaalde manier bedoelde, maar misschien was dat gewoon verbeelding. Ze stond op het punt de auto weer te starten, toen ze McCalls hand op haar schouder voelde.
‘Ik rij wel,’ zei hij. ‘Ik loop om de auto heen, en jij schuift op.’
Dit herinnerde Cassie er weer aan dat ze een doelwit was, en ze begon te rillen. ‘Dit is belachelijk,’ zei ze toen McCall achter het stuur zat. ‘Je bent niet eens een echte lijfwacht, en toch werp je je als doelwit op. Als die maniak op de auto schiet en jou raakt, zal ik verantwoordelijk zijn voor jouw dood. Denk je dat ik dat op mijn geweten wil hebben?’
‘Ik ga niet dood en jij ook niet,’ deelde McCall haar mee. ‘Laat dat maar eens goed tot je doordringen. Nu er een vierde dode is, zal Dave meer assistentie kunnen krijgen. Er staat al een politieman op wacht bij je huis, en twee andere in burgerkleding zullen je familie naar een bungalowpark in de buurt van jullie strandhuis volgen, waar ze veilig zullen zijn. Zodra we bij je huis zijn, zal ik Dave bellen over het ontsmettingsplan. Als we vannacht in je huis blijven slapen, blijft er een agent surveilleren. Morgen trekken we in een motel.’
‘Dus je hebt dit allemaal geregeld sinds Joe is overleden?’ vroeg ze, terwijl ze de oprit naar haar huis op reden.
‘We gaan naar het strand,’ schreeuwde Ethan zodra ze uitgestapt was. De tweeling rende naar haar toe.
‘Dat weet ik, geluksvogels,’ zei ze met haar armen om de twee jochies heen.
‘O ha, weet je dat?’ informeerde Anne nieuwsgierig. ‘Heeft mama je verteld dat het hele huis vergeven is van de termieten? Het is nog een wonder dat het dak niet boven ons hoofd ingestort is. Enfin, we moeten een paar weken weg, en ik hoop maar dat ik niet te veel overgangsproefwerken mis.’
Cassie was blij dat de tiener de smoes bleek te geloven.
‘Waar blijven jij en McCall eigenlijk?’ wilde Anne nog weten.
Zo onverschillig mogelijk antwoordde Cassie dat zij en McCall hun intrek zouden nemen in een motel.
‘Aparte kamers, hoop ik,’ zei het meisje met een ondeugende grijns.
Op dat moment verscheen Abigail met een koffer. Ze zette die neer om haar dochter te omhelzen. Tot McCalls verbazing sloeg ze daarna haar armen om hém heen.
‘Hopelijk weten jij en Dave waar jullie mee bezig zijn,’ fluisterde ze. ‘Ik vertrouw mijn dochter aan jullie toe.’
McCall legde zijn handen op haar schouders en keek haar recht aan. ‘Ik zal mijn best doen,’ beloofde hij. Toen ze knikte, wist hij dat ze begreep dat hij niet meer kon beloven. ‘Ze is voor mij ook belangrijk,’ bekende hij, waarna hij haar een kus op haar wang gaf.
Wat een behoorlijk angstaanjagende gedachte was. Niet alleen omdat Cassie het doelwit van een psychopaat was, maar tevens omdat ze elkaar eigenlijk nog niet goed kenden. Wie weet boezemde het idee dat hij om haar gaf haar wel afgrijzen in. Misschien had ze wel een hekel aan mannen met bruine ogen, en het stond in ieder geval vast dat ze zich ergerde aan zijn leugens.
‘Ga naar binnen. Daar kunnen we afscheid nemen,’ zei Abigail, en ze gaf hem een duwtje.
Hij liep naar de keuken, omdat hij ervan uitging dat de familie daar op hem wachtte.
Cassie omhelsde Anne en vervolgens haar moeder. McCall merkte dat hij ook betrokken werd bij het afscheid. De tweeling omklemde zijn knieën, dus leek het niet meer dan natuurlijk om ze op te tillen, ze naar de auto te dragen en in hun zitjes vast te maken.
Toen de auto de oprit af reed, liet Cassie haar hand in die van hem glijden.
‘Het moet pijnlijk voor je zijn om kinderen om je heen te hebben na wat er met je familie is gebeurd,’ zei ze zachtjes.
Hij kneep in haar vingers, hopend dat ze niet zou merken dat hij een brok in zijn keel moest wegslikken, die ontstaan was toen hij die twee kleine lijfjes had omhelsd.