Geen tijd voor een kus(79)
‘Je moet het zelf weten.’ McCall keek op toen hij voetstappen hoorde naderen en glimlachte toen Dave binnenkwam.
Dave knikte tegen hem, maar hij hield zijn aandacht op de andere man gericht. ‘Mr. Ward? Ik ben Dave Pritchard van de plaatselijke politie. Uw auto is uit het water gehaald en lijkt weinig schade te hebben opgelopen. De sleepauto zal hem naar de stad brengen.’ Hij stak zijn hand in zijn zak en overhandigde de ander een kaartje. ‘Hier is het nummer. U kunt het aan uw verzekeringsmaatschappij doorgeven en die met de garage laten onderhandelen, of zelf bellen om te informeren wat er gaat gebeuren.’
‘Ik ga er meteen naartoe,’ verklaarde Mr. Ward. ‘Is er een stomerij in de stad? Al mijn papieren liggen in de auto en de handtas van mijn vrouw. Ik vertrouw die sleepbedrijven niet. Als ze de kans krijgen, stelen ze alles.’
‘Ik denk dat u alles in uw auto zult aantreffen,’ zei Dave kalm. ‘Ik was erbij toen de auto uit het water werd gehaald. De garage is een blok verderop. Als u opschiet, bent u er nog voor de sleepauto.’
‘Ik ga nu. Ik kan niet de hele dag op die dokter wachten,’ kondigde Mr. Ward aan.
‘En je kinderen?’ wilde McCall weten.
‘Die zullen hier moeten blijven,’ antwoordde de man. ‘Er zijn hier vast genoeg verpleegsters die op hen kunnen passen.’
‘Cassie zal blij zijn dat te horen,’ merkte Dave op toen de man het hazenpad koos. Hij keek om zich heen. ‘Waar is ze trouwens?’
McCall knikte in de richting van het hokje, waar het gegiechel van kinderen suggereerde dat ze zich prima vermaakten. ‘Heb je die auto goed bekeken?’ vroeg hij aan Dave.
Dave keek hem nadenkend aan. ‘Wat bedoel je?’
‘Hij lijkt sprekend op die van Cassie. En we reden er pal achter, nadat we waren opgeroepen vanwege een ongeluk een eindje verder. Een telefoontje dat vals bleek te zijn.’
Daves gezicht stond nu nog bezorgder. ‘Ik heb de kapotte band gezien. Hij zag eruit alsof hij was geklapt in plaats van langzaam leeggelopen.’
‘En hoe kan die band op dat gedeelte van de weg zijn geklapt? Cassie en ik reden er vlak achter en we hebben een schot gehoord.’
‘Kan het niet de klapband zijn geweest?’ opperde Dave, hoewel McCall zag dat hij over de alternatieven nadacht. ‘Maar ze heeft pas drie brieven gehad. Lisa en Mrs. Ambrose hadden er vijf gehad.’
‘Vier. Cassie heeft er vier gehad. Gisteravond heeft ze er weer een ontvangen. We hebben het zo druk gehad, dat ik nog geen tijd heb gehad om het je te laten weten. Hij zit in mijn aktetas in de auto. Hij is identiek aan de andere en bevat maar één regel: "Wil je dat ik kom"?’
‘Wil je dat ik kom. Dat is gewoon pervers.’
McCall zuchtte. ‘Hij is pervers. Dat is iets wat we in ieder geval zeker weten, en dat is de reden dat je me hier hebt laten komen.’
Hoofdstuk 7
‘Volgens mij begint hij in paniek te raken, misschien omdat ik op het toneel ben verschenen. Hij had dit "ongeluk" wellicht al een tijdje geleden gepland, maar wilde het later uitvoeren. Mijn komst heeft hem misschien tot spoed aangezet.’
‘Maar je bent gisteren pas gearriveerd,’ protesteerde Dave.
McCall knikte. ‘Je zou dus denken dat het iemand in Cassies omgeving is. Iemand in het ziekenhuis, of iemand met wie ze sinds gisteren in contact is geweest. Dat aantal kan niet groot zijn.’
‘Denk je?’ vroeg Dave glimlachend. ‘Je bent gisteren vrijwel de hele dag in het ziekenhuis geweest, dus alle personeelsleden, alle patiënten en alle bezoekers, plus het merendeel van hun vrienden en kennissen, zijn op de hoogte van je komst. Tegen het einde van gistermiddag had ik al van minstens drie mensen gehoord dat Cassie een vriend heeft die bij haar logeert.’
‘Dat was immers wat we wilden,’ zei McCall somber. ‘Om de man tot actie aan te zetten.’
‘Weet je zeker dat het een man is?’
‘Nee, niet honderd procent. Misschien achtennegentig procent, en het is makkelijker om over een man te spreken. Laten we de zaak niet nodeloos gecompliceerd maken.’
Wat gaan we nu doen?’ wilde Dave weten.
‘Het enige wat ik kan doen, is nog dichter bij Cassie in de buurt blijven,’ antwoordde McCall. Hij huiverde bij de gedachte aan wat haar zou kunnen overkomen. ‘Ik neem aan dat je dat wiel wil laten onderzoeken voordat de band wordt verwisseld, en gaat onderzoeken of er op die bewuste plek op de dam vanuit een hinderlaag op de auto kan zijn geschoten.’ Hij wachtte even en zei toen: ‘Een band van een rijdende auto lek schieten vereist vaardigheid. Ken je goede schutters hier in de stad?’
Dave lachte. ‘Ja, die ken ik, net zoals ik de meeste mensen hier in de stad ken. Je bent hier in de rimboe. Ik ken weinig jongens die niet op een afstand van honderd meter de kop van een dier kunnen raken.’