De vergeten tuin(8)
Cassandra keek op toen Dot uit de keuken kwam en haar een kop thee overhandigde. ‘Ik begrijp er niets van.’
‘Natuurlijk niet, schatje,’ zei Dot, die zich in de leunstoel naast Phyllis liet zakken. ‘Wij begrepen er ook heel lang niets van.’ Zuchtend schudde ze haar hoofd. ‘Tot we June spraken. Dat was toch op Trevors bruiloft, Phylly?’
Phyllis knikte. ‘In 1975. Ik was boos op Nell. Papa was nog maar net overleden, mijn oudste jongen, Nellies neef, ging trouwen en ze nam niet eens de moeite om te komen. In plaats daarvan ging ze op vakantie. Daarom ging ik met June praten. Ik mag wel zeggen dat ik ouderwets over Nellie heb zitten klagen tegen June.’
Cassandra was in de war. Ze had haar tantes uitgebreide netwerk van vrienden en familieleden nooit goed kunnen bijhouden. ‘Wie is June?’
‘Een nichtje van mama’s kant,’ zei Dot. ‘Die heb je toch wel eens ontmoet? Ze was een paar jaar ouder dan Nell en in hun jonge jaren waren ze de dikste vriendinnen.’
‘Ze moeten wel erg dik zijn geweest,’ zei Phyllis verdrietig. ‘June was de enige aan wie Nell het vertelde toen het gebeurde.’
‘Toen er wat gebeurde?’ vroeg Cassandra.
Dot boog zich naar voren. ‘Papa had tegen Nell gezegd…’
‘Papa had Nell iets verteld wat hij nooit had mogen zeggen,’ zei Phyllis vlug. ‘De arme drommel dacht dat hij er goed aan deed. Hij heeft er de rest van zijn leven spijt van gehad; hun relatie was voorgoed veranderd.’
‘En hij had altijd een zwak voor Nell.’
‘Hij hield van ons allemaal,’ snauwde Phyllis.
‘O, Phyll,’ zei Dot, draaiend met haar ogen. ‘Je kunt het nog steeds niet bekennen. Nell was zijn lieveling, zo eenvoudig was het. Dat was ook het ironische.’
Phyll reageerde niet, dus Dot, blij dat ze de teugels over kon nemen, vervolgde: ‘Het gebeurde op de avond van haar eenentwintigste verjaardag,’ zei ze. ‘Na het feest…’
‘Het was niet na het feest,’ verbeterde Phyllis, ‘maar tijdens.’ Ze wendde zich tot Cassandra. ‘Volgens mij dacht hij dat het een uitgelezen moment was om het haar te vertellen, ze begon tenslotte een nieuw leven en zo. Ze was verloofd, moet je weten. Niet met je grootvader, maar met iemand anders.’
‘O ja?’ zei Cassandra verrast. ‘Daar heeft ze nooit iets over gezegd.’
Phyllis knikte wijsgerig. ‘Het was de liefde van haar leven als je het mij vraagt. Jongen uit de buurt, heel anders dan Al.’
De naam van de laatste sprak ze met een zweempje weerzin uit. Het was een publiek geheim dat de tantes weinig met Nells Amerikaanse man opgehad hadden. Het was eerder een collectieve minachting van een burgerij voor de toevloed van Amerikaanse soldaten in het Brisbane van de Tweede Wereldoorlog, voor manschappen met meer geld, mooiere uniformen en een exotisch accent, die er bovendien nog vandoor gingen met een flink deel van de vrouwelijke bevolking, dan iets persoonlijks. Nell was in het geheel niet beledigd door de afkeuring van haar familie, integendeel. Ze omhulde zich in een korset van perverse tevredenheid. ‘Wat is er dan gebeurd? Waarom is ze niet met hem getrouwd?’
‘Een paar weken na het feest annuleerde ze de trouwerij,’ zei Phyllis. ‘Wat een toestand!’ Ze schudde haar hoofd. ‘We waren allemaal heel dol op Danny en zijn hart was ook gebroken, de arme jongen. Uiteindelijk is hij met iemand anders getrouwd, vlak voor de oorlog. Niet dat het hem veel geluk heeft gebracht, want hij is nooit meer teruggekeerd van de oorlog tegen de jappen.’
‘Had haar vader tegen Nell gezegd dat ze niet met hem moest trouwen?’ vroeg Cassandra. ‘Had hij dat tegen haar gezegd op die bewuste avond? Om niet met Danny te trouwen?’
‘Nee hoor,’ zei Dot minachtend. ‘Pa had Danny heel hoog, geen van onze echtgenoten kon aan hem tippen.’
‘Waarom heeft ze hem dan de bons gegeven?’
‘Dat wilde ze niet zeggen, zelfs niet tegen Danny. We werden bijna gek van dat mysterie,’ zei Phyllis. ‘We wisten alleen dat Nell niet meer met papa wilde praten, en ook niet meer met Danny.’
‘Meer wisten we niet, totdat Phylly met June sprak,’ zei Dot.
‘Bijna vijfenveertig jaar later.’
‘Wat zei June dan?’ wilde Cassandra weten. ‘Wat was er op dat feest gebeurd?’
Phyllis nam een slokje thee en trok haar wenkbrauwen op naar Cassandra. ‘Papa zei tegen Nell dat ze niet van hem en mama was.’
‘Was ze geadopteerd?’
De tantes wisselden een blik van verstandhouding. ‘Dat niet precies,’ zei Phyllis.
‘Eigenlijk had hij haar gevonden,’ zei Dot.
‘Meegenomen.’