De Hoeders Van Het Verbond(140)
'Het paleis kent verschillende alarmniveaus. Een lokaal alarm gaat slechts in een begrensd gebied en in de alarmcentrale af. Het generaal-alarm is veelomvattender. Dan gaan binnen en buiten alle sirenes af. Alle deuren en poorten sluiten automatisch. Alle schijnwerpers, inclusief de rode en oranje zwaailichten op het hek, gaan aan. De politie wordt gealarmeerd. In ongeveer vijf minuten hebben ze het paleis omsingeld, de hoofdwegen vanuit Santo Domingo afgesloten en wordt al het vertrekkende verkeer vanaf de luchthaven tegengehouden.'
'Kort samengevat hebben we drie minuten om de kist van het mausoleum naar de auto te brengen en anderhalve minuut om het park uit en naar de stad te rijden', zegt de Conservator. 'Gaan we er via de westelijke poort uit?'
'Ja', zegt Beatriz. 'Daar staat Carlos vannacht op wacht.' Ze knikt tegen de Conservator, die het deurtje van het alarmpaneel opent.
'De sirene zal een enorm kabaal maken', zegt hij. 'Ben je klaar, Beatriz?'
'Ja.'
Ze toetst de code in.
De Conservator legt zijn vinger op de schakelaar die de cameraverbinding verbreekt.
Beatriz telt van vijf terug.
'Nu!'
Het schot
1
Het alarm krijst doordringend.
'Snel!' roept Beatriz. Ze doet de deur open en jaagt de Conservator en mij voor zich uit het mausoleum in.
De echo van de sirene weerkaatst tegen de muren, de vloer en het hoge plafond van het gewelf en vormt disharmonieuze, aritmische golven.
De kaarsen flakkeren en werpen een diffuus licht en drukke schaduwen op de marmeren zuilen.
'Go! Go! Go!'
We rennen - en hinken - over de glanzende marmeren tegels de vijf treden van het podium op.
Alsof we alle drie hetzelfde denken, blijven we even eerbiedig voor de mummie staan.
Mozes ... Kroonprins Thoetmosis ... De ongehoorzame prins ...
Het in linnen doeken gewikkelde lichaam ziet er heel breekbaar uit. De gekruiste armen rusten op de ingezakte borst. Het lichaam te verplaatsen lijkt grafschennis, alsof we zijn duizendjarige slaap verstoren.
Beatriz legt het deksel op de kist. De Conservator en zij sluiten tegelijk de sloten.
'Opschieten!' roept ze door het gehuil van het alarm heen.
We pakken de gouden handgrepen - Beatriz en de Conservator voor en ik achter - en tillen de kist uit de sarcofaag.
Ik was bang dat hij zwaar zou zijn, maar hij weegt bijna niets.
2
We proberen de kist zo loodrecht mogelijk te houden en gaan van het podium af. Het geluid van onze voetstappen verdrinkt in het lawaai van de sirene. De Conservator houdt de deur van de achterste kamer open voor me. Die valt achter ons dicht.
Mijn oren piepen. De sirene huilt op een frequentie die op het gehoor en het verstand gaat werken.
We trachten de kist zo horizontaal mogelijk de steile trap af te krijgen. De Conservator en Beatriz tillen de kist boven hun hoofd terwijl ik voorovergebogen loop, waardoor de bodem slechts een paar centimeter boven de treden hangt. De kruk sleep ik achter me aan. Hij komt met een klap op elke tree terecht.
Ik verwacht de hele tijd een bewaker tegen te komen. Of nog erger: Esteban en Hassan.
In de veiligheidssluis is de sirene een irritant geluid op de achtergrond. Beatriz scant haar oog en we wachten op het groene licht.
Niets.
'Kunnen ze ons hier in de sluis opsluiten?' vraag ik.
'Uiteraard', zegt Beatriz. 'Het hele systeem wordt aangestuurd vanuit de alarmcentrale.'
'Het duurt altijd even', zegt de Conservator. Even ...
Eindelijk wordt het lampje groen. Beatriz toetst de code in. We horen het gezoem van de elektromotoren die de sloten ontgrendelen en dan zijn we in de kelder.
Met de kist tussen ons in haasten we ons door de gang. Een van de tl-lampen aan het plafond begint te knipperen. Onze schoenen klepperen op de vloer. Mijn hart bonkt in mijn oor.
Als de Conservator zijn hand op de klink legt om de deur naar de garage te openen, zie ik al een schietklaar peloton voor me.
Maar de garage is leeg en ruikt vaag naar diesel en motorolie. Aan het plafond hangt een ouderwets alarm te piepen dat me doet denken aan de bel op school, als de pauze was afgelopen.
We dragen de kist naar het bestelbusje met het Coca-Cola-logo. Beatriz opent de achterklep.
3
Hassan zit op een van de klapstoeltjes achter in de bestelbus te wachten.
Zijn gezicht is uitdrukkingsloos. Hij lijkt op een directeur van een bankfiliaal in een buitenlands dorp, ver weg van de doorgaande wegen. Zo'n directeur die je geheel volgens de regels, en met verwijzing naar de instructies, weigert het geld te geven waar je zo om verlegen zit, omdat de vereiste handtekeningen niet op de formulieren staan.
Zelfs in het schemerdonker van de bestelbus glimt zijn kale, schedel. Zijn snor is keurig geknipt en gekamd. Hij draagt een wit overhemd, een blauwe stropdas en een grijsblauw kostuum.
De Conservator, Beatriz en ik staan bewegingloos. Geen van ons zegt iets. We staren Hassan aan en wachten op de dingen die komen. Ik grijp het gouden handvat van de kist stevig vast.