Crossfire - 2 Begeerd door jou(108)
Mijn vader was onder de indruk van hoeveel politie er in de stad aanwezig was en vond het net zo leuk als ik om de bereden politie rond te zien draven. We maakten een tripje rond Central Park met paard en wagen, en trotseerden samen de metro. Ik nam hem mee naar het Rockefeller Center, Macy’s en het Crossfire, dat hij een indrukwekkend gebouw vond. Hij moest toegeven dat het absoluut niet onderdeed voor de andere indrukwekkende gebouwen. Maar wat nog het belangrijkst was: we hadden het heerlijk samen. We slenterden, praatten met elkaar en hielden ons grotendeels gewoon met elkaar bezig.
Ook vertelde hij eindelijk hoe hij mijn moeder had ontmoet. Haar chique, gestroomlijnde sportwagentje had een lekke band gekregen en zo was ze bij de garage terechtgekomen waar hij werkte. Hun verhaal deed me denken aan de oude hit van Billy Joel, Uptown Girl, en dat vertelde ik hem. Mijn vader moest lachen en zei dat het een van zijn favoriete nummers was. Hij zei dat hij nog steeds voor zich zag hoe ze vanachter het stuur van haar dure speelgoedautootje gleed en zijn wereld helemaal op zijn kop zette. Ze was het mooiste wat hij ooit had gezien... tot ik er was.
‘Verwijt je haar nog veel, papa?’
‘Vroeger deed ik dat wel.’ Hij sloeg zijn arm rond mijn schouders. ‘Ik zal haar nooit vergeven dat ze je mijn achternaam niet heeft gegeven toen je werd geboren. Maar om dat geld ben ik niet kwaad meer. Ik had haar uiteindelijk nooit gelukkig kunnen maken en ze kende zichzelf goed genoeg om dat te weten.’
Ik knikte. Ik had met ons allemaal te doen.
‘En eigenlijk...’ – hij zuchtte en liet zijn wang even boven op mijn hoofd rusten – ‘... hoe graag ik ook had gewild dat ik jou alles kon geven wat haar echtgenoten je hebben kunnen geven, ben ik gewoon blij dat je dat allemaal krijgt. Ik ben ook niet te trots om te beseffen dat jouw leven beter is door waar zij voor heeft gekozen. En ik maak me niet druk om mijn lot. Ik heb een goed leven waar ik gelukkig van word en ik heb een dochter die me zo verdomd trots maakt. Ik beschouw mezelf als een rijk man omdat er in deze wereld niets is wat ik wil dat ik niet al heb.’
Ik bleef staan en omhelsde hem. ‘Ik hou van je, papa. Ik ben zo blij dat je hier bent.’
Hij sloeg zijn armen om me heen en ik bedacht dat het uiteindelijk misschien wel goed met me zou komen. Zowel mijn moeder als mijn vader leidde een bevredigend leven, zonder degene van wie ze hielden.
Dat kon ik ook.
Ik stortte in een diepe depressie nadat mijn vader was vertrokken. De paar dagen erna gingen erg traag voorbij. Elke dag maakte ik mezelf wijs dat ik niet wachtte op een of ander levensteken van Gideon, maar als ik ’s avonds in bed kroop, huilde ik mezelf in slaap omdat er weer een dag voorbij was gegaan zonder een woord van hem.
De mensen om me heen maakten zich zorgen om me. Steven en Mark deden uitzonderlijk hun best bij de lunch op woensdag. We gingen naar het Mexicaanse restaurant waar Shawna werkte, en ze probeerden met zijn drieën erg hard om me aan het lachen te maken en me te vermaken. Dat lukte ook, omdat ik het heerlijk vond om tijd door te brengen met hen alle drie. Ik haatte het om aan hun ogen te zien hoeveel zorgen ze zich maakten, maar er zat nu eenmaal een gat in mij dat door niets gevuld kon worden. En ik voelde een knagende onzekerheid over het onderzoek naar Nathans dood.
Mijn moeder belde me elke dag om te vragen of de politie alweer contact met me had opgenomen – dat was niet zo – en om me bij te praten wanneer de politie die dag met haar of met Stanton contact had opgenomen.
Ik maakte me zorgen omdat ze zo rond Stanton aan het cirkelen waren, maar ik dwong mezelf te geloven dat mijn stiefvader overduidelijk onschuldig was en ze daarom niets bij hem zouden kunnen vinden. Toch... ik vroeg me af of ze ooit wel iets zouden vinden. Het was duidelijk moord, anders zouden ze het niet onderzoeken. Nathan was niet bekend in New York. Wie kende hij hier nou die hem zou willen vermoorden?
In mijn achterhoofd kon ik het niet laten om te denken dat Gideon het geregeld had. Dat maakte het moeilijk voor me om over hem heen te komen, omdat een deel van me – het kleine meisje dat ik ooit was geweest – Nathan al een hele tijd dood wenste. Ik wilde hem pijn doen zoals hij mij jarenlang pijn had gedaan. Door hem was ik mijn onschuld kwijtgeraakt en hij had mij ontmaagd. Hij had me mijn zelfachting en zelfrespect ontnomen. En uiteindelijk had ik door een pijnlijke miskraam een kind verloren toen ik zelf nog maar een kind was.
Ik worstelde elke dag van minuut tot minuut door. Ik dwong mezelf om naar Parker te gaan voor de Krav Maga, naar de televisie te kijken, te glimlachen wanneer dat gepast was – vooral als Cary bij me was – en elke ochtend op te staan en weer aan een nieuwe dag te beginnen. Ik probeerde niet te denken aan hoe dood ik me vanbinnen voelde. Niets leefde nog voor me, behalve de pijn die voortdurend dof door me heen bonsde. Ik viel af en sliep veel, zonder me uitgerust te voelen.