Blauw water(6)
Zo vlug ze kan gaat Lisa de trap op, naar Anouks slaapkamer. Er is een telefoon in de slaapkamer, maar een diepverborgen intuïtie vertelt haar dat ze op de proef wordt gesteld. Dat zodra ze het toestel van de houder zal nemen, Kreuger Anouk daar voor zal laten boeten. Waarschijnlijk heeft hij op dit moment de telefoon beneden in zijn hand en wacht hij op de waarschuwende klik.
Ze kan niet naar de slaapkamer gaan en bellen, ze kan niet eens op zoek gaan naar een wapen. Er ligt hier boven genoeg om zich mee te verdedigen: scharen, een zakmes, een losse plint met spijkers eraan, zware voorwerpen, van alles. Maar zolang Kreuger zich in de buurt van Anouk bevindt kan ze er niet mee de kamer in komen. Ze kan evenmin het risico lopen dat hij haar fouilleert.
Snel pakt Lisa de inhalator en de Ventolin van Anouks nachtkastje. Haar hand begint door al die bewegingen weer te bloeden. In de badkamer vindt ze een rol verband, watten en een tube Betadine in het medicijnkastje. Als ze zich omdraait, botst ze tegen Kreuger op.
Ze slaakt een gil. Hoewel hij een vrij smal postuur heeft, vult Kreuger met zijn lengte de hele deuropening. Zijn aanwezigheid doet de badkamer opeens heel klein lijken. Lisa schuifelt achteruit, maar eindigt al snel tegen de muur.
Kreuger kijkt naar de spullen in haar handen. ‘Wat heb je daar?’
‘Ik wilde mijn hand verbinden. Hij blijft maar bloeden.’
Met een hoofdbeweging geeft Kreuger aan dat ze mee moet komen en Lisa gehoorzaamt. Hij knikt naar de slaapkamer, en na een korte aarzeling gaat Lisa naar binnen.
‘Ga zitten.’
Er is geen stoel, hij kan alleen het bed bedoelen. Slecht op haar gemak neemt Lisa plaats op het randje. Kreuger laat zijn lange lichaam naast haar zakken. Dichtbij, veel te dichtbij.
Hij pakt haar hand, gooit de sok op de grond, smeert wat Betadine op haar hand en legt er een steriel gaasje op. Vervolgens doet hij er een pluk vette watten op en begint haar hand te verbinden. Het lijkt erop dat hij weet wat hij doet, want twee minuten later is haar hand professioneel verbonden.
‘Dank je.’ Lisa weet niet hoe ze moet kijken, onbehaaglijk met de intimiteit van het moment.
Kreuger geeft geen antwoord. Hij staat op en Lisa volgt automatisch.
Ze staan tegenover elkaar naast het grote bed waar ze zoveel gepassioneerde uren in heeft doorgebracht met Menno, en het zweet breekt Lisa uit. Als hij maar niet… Zie je wel, hij kijkt naar het bed. En naar haar. Ze moet proberen zijn gedachten af te leiden.
‘Dat heb je beslist eerder gedaan. Je lijkt wel een arts.’ Ze houdt haar verbonden hand omhoog.
‘Ik heb een cursus ehbo gedaan,’ klinkt het nors.
‘Aha. Dat kan nooit kwaad.’
‘Het is noodzakelijk als je kinderen krijgt. Ze kunnen stikken in hun speelgoed, in het water vallen of zich ergens aan openhalen.’
Lisa’s knikje is goedkeurend. Hij heeft dus kinderen. Kinderen voor wie hij zich zo verantwoordelijk voelt dat hij er een ehbo-cursus voor heeft gevolgd.
‘Mama!’ klinkt Anouks klaaglijke stemmetje beneden.
Hun ogen ontmoeten elkaar, die van Lisa vragend, die van Kreuger geïrriteerd.
Desondanks knikt hij haar toe, en ze glimlacht even om uitdrukking te geven aan haar dankbaarheid. Zo is de situatie, dat ze toestemming moet vragen om in haar eigen huis naar beneden te gaan en dat ze daar dankbaar voor moet zijn, bedenkt ze terwijl ze de trap afloopt.
Kreugers voetstappen zijn vlak achter haar.
‘Ik heb dorst!’ zegt Anouk zwakjes zodra ze de woonkamer binnenkomen.
‘Ik zal water voor je pakken,’
In de keuken houdt ze een glas onder de kraan en doet alsof ze niet merkt dat Kreuger haar vanuit de woonkamer in de gaten houdt. Als ze met het glas water in de hand naar Anouk loopt, negeert Lisa hem. Ze laat haar dochter drinken en zet daarna de inhalator aan haar mond. Eén druk op het knopje en de Ventolin stroomt Anouks luchtwegen in.
Kreuger slaat hen zonder iets te zeggen gade.
Het korte intieme moment boven heeft Lisa een beetje meer zelfvertrouwen gegeven. Als hij van plan was hen te vermoorden, had hij dat allang gedaan.
Net als ze zich afvraagt hoe het verder moet, wordt de rust in huis verstoord door het schrille geluid van de bel.
5
Al ruim een halfuur heeft ze het ontkend, maar nu kan ze het onbehagelijke gevoel dat ze verdwaald is niet langer onderdrukken. Het heeft geen enkele zin om nog langer zomaar rond te rijden. Met een zucht buigt Senta zich naar het dashboardkastje toe, klikt het open en haalt de wegenkaart eruit. Niet dat ze verwacht er veel aan te hebben, want ze heeft geen idee waar ze zit. Maar misschien kan ze herleiden waar het is misgegaan, en dan dezelfde weg terugrijden.
Uitgespreid neemt de kaart een groot deel van het stuur en dashboard in beslag. Mistroostig kijkt ze erop neer. Ze heeft dat ding niet nodig, ze heeft al zo’n vermoeden waar het is misgegaan: bij het kruispunt waar ze richting Appeltern had gemoeten. Waarschijnlijk had ze een afslag verder moeten nemen. De snel opkomende mist ontnam haar het zicht op de verkeersborden, maar ze dacht wel te weten welke kant ze op moest. Deze dagen wisselt het herfstweer enorm, het ene moment is het prachtig zonnig, het andere moment regent het of is het mistig.