Wraak en liefde(4)
‘Ja… Ja, dat is zo, maar ik –’
‘En ik ben wel bereid die rol te spelen.’
‘Waarom?
‘Ik heb een vrouw nodig. Jij hebt een man nodig.’
Ze keek hem door samengeknepen oogleden aan.
‘Ik ben eenendertig jaar oud,’ verklaarde hij op pragmatische toon. ‘Ik ben eraan toe om te settelen en een gezin te stichten. Ik ben een typische Italiaan; de wens om een gezin te hebben zit me in het bloed.’
‘Maar je kent me niet eens.’
‘Dat is niet helemaal waar. Ik ken je juist erg goed. Tenzij je de afgelopen jaren enorm veranderd bent.’
Het lag op het puntje van haar tong om te zeggen dat ze inderdaad enorm veranderd was, maar de woorden bleven achter in haar keel steken. Door zich te beroepen op haar geheugenverlies had ze de waarheid met een klein leugentje om bestwil verbogen, en nu zou ze nog meer leugentjes om bestwil nodig hebben om de eerste intact te houden. Er waren veel dingen die ze zich niet meer herinnerde van haar verleden of van het ongeluk, maar Andreas Trigliani was ze niet vergeten. Ze was ook niet vergeten hoe ze hem behandeld had, en het verbaasde haar dat hij nu bereid was haar uit de brand te helpen.
Hij zou toch juist op wraak uit moeten zijn? Ze had zijn mannelijke trots er zo ongenadig van langs gegeven, dat ze zich amper kon voorstellen dat hij haar alles vergeven had, tenzij ook hij enorm veranderd was.
Zijn uiterlijk was in ieder geval wel enorm veranderd. Andreas Trigliani was een adembenemend knappe man, hij zou elke vrouw kunnen krijgen die hij wilde, en dat wierp de vraag op waarom hij zich aan haar zou willen binden.
‘Ik weet niet wat je denkt te kunnen halen uit een eventuele overeenkomst tussen ons,’ zei ze. ‘Ik heb weliswaar een echtgenoot nodig, maar alleen maar een papieren echtgenoot, geen echte. Ik heb Michael, mijn verloofde, een flink bedrag geboden, maar ik vermoed dat dat bedrag jou niet veel zou interesseren.’
Hij liet een lange stilte vallen, een stilte die Gemma als een onzichtbare dreiging om zich heen voelde vallen, een stilte die haar de adem benam. En toen ze de vastberadenheid in zijn diepbruine ogen zag, voelde ze plotseling haar hartslag razendsnel omhoog schieten.
‘Ik trouw met je, Gemma.’ Het was de eerste keer in tien jaar dat hij haar voornaam uitsprak. ‘Maar ik heb wel wat voorwaarden. Als je die niet acceptabel vindt, moet ik mijn aanbod helaas weer intrekken.’
‘V-Voorwaarden?’
‘Ja. Ik wil een vrouw, maar ik wil ook een erfgenaam. Ik zal binnen zes dagen met je trouwen, onder voorwaarde dat je de moeder van mijn kind wordt.’
Hoofdstuk 2
Zijn woorden kwamen als een mokerslag neer op de pijnlijkste emotionele wond die ze had, en ze moest al haar wilskracht aanspreken om zich groot te houden en onaangedaan te blijven overkomen.
‘Dat is me nogal een voorwaarde, zeg,’ wist ze er uiteindelijk uit te krijgen.
‘Dat kan zijn. Het is trouwens ook niet de enige.’
‘Wat zijn de andere?’ vroeg ze met gortdroge mond.
‘Toen mijn vader tien jaar geleden onverwachts overleed, besefte ik dat ik mijn verantwoordelijkheid zou moeten nemen om de familienaam Trigliani voort te zetten,’ legde hij uit. ‘Ik ben de enige zoon. Het is mijn plicht om voor erfgenamen te zorgen. Dus als ons huwelijk niet slaagt, wil ik volledige voogdij over onze kinderen, maar je krijgt natuurlijk gewoon bezoekrecht. Ik heb geen moment getwijfeld toen ik de kans kreeg om terug te gaan naar Australië. Mijn vader zou het zo gewild hebben, hij wilde me zien slagen.’
Ze zag aan zijn ogen dat hij geëmotioneerd was, voor het eerst, en dat deed haar vanbinnen een beetje ontdooien. ‘Had je een goede band met hem?’
‘Mijn vader wilde niet dat ik het soort leven zou leiden als hij. Hoewel hij altijd droomde over het openen van een eigen hotel, heeft hij het grootste gedeelte van zijn leven voor anderen gewerkt en nooit genoeg financiële zekerheid gehad om zelfs maar af en toe vakantie te nemen. Ik heb hem beloofd dat ik alles zou bereiken wat hij had willen bereiken. Dat is ook de reden dat ik tien jaar geleden naar Australië kwam: om van de grond af te leren hoe je een bedrijf leidt.’
Gemma wist als geen ander dat het hem gelukt was een mentor te vinden. Haar vader was op het gênante af complimenteus geweest over de jonge Italiaanse piccolo die met zijn enorme werklust veel van zijn Australische collega’s het nakijken gaf. In eerste instantie had ze het grappig gevonden, maar na verloop van tijd was ze jaloers geworden op de aandacht die haar vader aan Andreas gaf in plaats van aan haar. Met een rancune die haar vandaag de dag van schaamte ineen deed krimpen had ze de aandacht van haar vader weer op zichzelf gericht proberen te krijgen.
‘Ik weet zeker dat er genoeg Italiaanse vrouwen rondlopen die veel geschikter zijn dan ik om jouw echtgenote en de moeder van je kinderen te worden.’