Reading Online Novel

Verbroken(120)



                ‘Hebt u uw hoofd gestoten?’

                Lena’s hoofd deed nog steeds pijn van de klap. ‘Ik weet het niet.’

                Will stond nu achter in de kamer. ‘Hebt u dit gezien?’

                Ze moest zichzelf dwingen om de garage in te lopen. Hij wees naar een gat in de muur en met haar blik volgde ze zijn vinger. Het gat was rond met scherpe randen en ongeveer zo groot als een kogel. Automatisch keek Lena naar de voorkant van de garage, waar Frank had gestaan. De baan van het projectiel klopte. Er lag geen huls op de vloer. Ze hoopte vurig dat Frank zo slim was geweest om achter de garage te kijken. De kogel was niet gestopt nadat hij haar hand had geschampt, maar had een gat in de metalen wandplaat geslagen. Hij moest ergens buiten liggen en had zich waarschijnlijk in de aarde geboord.

                ‘Heeft iemand zijn wapen afgevuurd?’ vroeg Will.

                ‘Het mijne is niet afgegaan.’

                Hij keek naar de pleisters aan de zijkant van haar hand. ‘Dus u lag hier op de vloer.’ Hij liep naar het bed en bleef staan waar ze was gevallen.

                ‘Dat klopt.’

                ‘U stond op en zag Frank Wallace op de grond liggen. Lag hij op zijn buik? Op zijn zij?’

                ‘Op zijn zij.’ Lena volgde Will toen hij langzaam naar de voorkant van de garage liep. Ze stapte over tijdschriften heen die tijdens de worsteling alle kanten op waren gevlogen. In een flits zag ze een foto van een ouder model Mustang dat tegen de zijkant van een racebaan kleefde.

                Will wees naar het kartelige metaal dat uit de sleuf van de garagedeur stak. ‘Dit ziet er link uit.’

                Weer opende hij zijn koffertje. Vakkundig plukte hij met een pincet een paar draadjes lichtbruine stof van het scherpe metaal. Frank had een lichtbruine jas, van het merk London Fog; hij droeg hem al zolang Lena hem kende.

                Will reikte haar de bloedtest aan. ‘U kunt hier ongetwijfeld mee overweg.’

                Met bevende handen pakte ze de veldkit aan. In navolging van Will druppelde ze het reagens op het wattenstaafje. Het wekte bij geen van beiden verbazing toen de punt felroze kleurde.

                Will draaide zich weer om en keek de garage rond. Ze hoorde hem bijna denken. Door haar betrokkenheid bij het voorval kon Lena zich bij uitstek een beeld van de toedracht vormen. Tommy had de tafel in haar richting geschoven. Frank was in paniek geraakt of geschrokken of iets dergelijks, maar om de een of andere reden had hij de trekker van zijn pistool overgehaald. Het schot had doel gemist, maar wel een hap uit Lena’s hand genomen. Frank had zijn pistool laten vallen. Waarschijnlijk had de terugstoot van de Glock hem verrast. Of misschien was hij tegen die tijd zo dronken dat hij zijn evenwicht verloor. Hij tuimelde opzij en haalde zijn arm open aan het scherpe metaal dat uit de sleuf van de deur stak. Hij viel op de vloer. Toen Lena overeind krabbelde, klemde hij zijn arm vast. Ondertussen vluchtte Tommy weg over de oprit, met de briefopener in zijn hand.

                Keystone Kops. Een komisch nummer, dat waren ze.

                Hoeveel had Frank de vorige ochtend gedronken? Hij had met zijn flacon in de auto gezeten terwijl Lena keek hoe Allison uit het meer werd gevist. Tijdens de rit had hij drie of vier slokken genomen. En daarvoor? Hoeveel drank had hij tegenwoordig nodig om zijn bed uit te komen?

                Zwijgend pakte Will het wattenstaafje en de flesjes en borg alles weer netjes op. Ze verwachtte een opmerking over de plek waar ze waren, over wat er in werkelijkheid was gebeurd. Maar het enige wat hij vroeg was: ‘Waar is de badkamer?’

                ‘Wat?’ zei Lena verward.