Siciliaanse verovering(40)
‘Je kunt je toch omkleden. Ze verwachten ons pas over een dikke veertig minuten.’
‘Ik wil helemaal niet gaan.’
‘Een paar uur geleden wilde je nog bij hem gaan logeren. Waarom heb je zo’n weerzin met hem te gaan dineren?’
Als Salvador niet zo oprecht verbaasd had gekeken had ze hem graag een dreun verkocht.
‘Ik ben er nog niet klaar voor met hem te praten.’
In Salvatores donkere ogen was zoveel begrip te lezen dat haar besluit om emotioneel afstand te bewaren smolt als sneeuw voor de zon. Toegegeven, een middagje met hem de liefde bedrijven had daar natuurlijk ook het nodige aan bijgedragen.
‘Maar ik zal toch bij je zijn, cara.’
‘En dat moet het allemaal eenvoudig maken?’
Niet verrast dat hij zijn wenkbrauwen optrok vanwege haar sarcasme wendde ze het hoofd af om zijn afkeurende blik te ontwijken. Maar niet zien wilde niet zeggen dat ze niets opmerkte, zeker niet zolang zijn geur nog om haar heen hing – zelfs na een lange hete douche.
‘Hij vindt me een slet.’
Ze was vastbesloten eerst met haar vader te praten, en daar was niets aan veranderd. De noodzaak van dat gesprek bleef kwetsend; ze had tijd nodig om zich er mentaal op voor te bereiden.
Hoeveel dochters moesten hun vader uitleggen dat ze geen sletje waren?
‘Ik weet zeker dat Francesco het slachtoffer is van een misverstand.’ Salvatore veegde haar lange haren uit haar gezicht. ‘Misschien heeft hij een uitspraak van je verkeerd begrepen.’
Ze keek hem aan, terwijl ze zich afvroeg of de intense kwetsbaarheid die ze voelde in haar ogen zichtbaar was. Salvatore zag zoveel wat ze verborgen voor hem wilde houden. ‘Wat kan ik nu voor uitspraak hebben gedaan waardoor hij denkt dat ik heel losjes denk over het bedrijven van de liefde?’
‘Ik weet het niet, cara, maar we gaan het tot op de bodem uitzoeken.’
Ze vond het niet de moeite om een punt te maken van het feit dat hij het meervoud gebruikte. Sterker nog, zo gekleineerd als ze zich nog geen minuut geleden had gevoeld, zo blij was ze nu dat hij in dit opzicht aan haar zijde stond.
‘Maar dat is toch gruwelijk, Elisa. Wat haalde je in je hoofd om zo’n risico te nemen?’ Haar vaders gezicht stond alsof de storm elk moment tot orkaankracht kon toenemen. Hij was uit de stoel gesprongen waarin hij in de salon was gaan zitten nadat hij haar en Salvatore had begroet. Geagiteerd ijsbeerde hij door het vertrek, terwijl Salvatore hem alles vertelde wat de afgelopen twee dagen had plaatsgevonden.
‘Hemeltjelief, ik beschouwde het gewoon niet als zo’n groot risico. De juwelen waren in veiligheid gebracht. Niemand kon zelfs weten dat ze in de kluis van Signor Di Adamo lagen.’
‘Zulke dingen houd je niet geheim.’ Hij was weliswaar anderhalve decimeter kleiner, met een gedrongen bouw, maar als typische Siciliaan kon hij minstens even intimiderend kijken als de jongere man. ‘Je had je er nooit zo voor moeten inspannen om die veiling naar Adamo Jewelers te halen. Stel je voor, wat was er wel niet met je gebeurd als ik Salvatore niet had gestuurd om op je te letten?’
Ze beging de vergissing te zeggen: ‘Ik weet het niet.’
Zijn gebronsde gezicht werd bleek. ‘Je kon wel dood zijn geweest, mijn kindje.’
Bezorgd om zijn gezondheid, stond ze op van haar zitplaats naast Salvatore en legde haar hand op de arm van haar vader om zijn rusteloze bewegingen te stoppen. ‘Rustig maar, papa, ik ben in orde, je hebt Salvatore toch gestuurd?’
‘Niet dat ze daar aanvankelijk zo blij om was.’
Met een ruk draaide ze zich om naar Salvatore om hem met haar woedende blik de mond te snoeren.
Hij liet zich achterover vallen op de bank, met de kalmte van een man die geen idee had dat hij maar net was ontsnapt aan de moord en doodslag in haar gedachten.
‘Je luistert niet, hè,’ zei ze knarsetandend. ‘Het lijkt me nauwelijks de moeite er nog over te beginnen.’
Verrassend genoeg begon Francesco te lachen. ‘Het is maar goed dat ik zo’n vasthoudende man hebt gestuurd, want je lijkt in dit opzicht toch enorm op je moeder!’ Hij knipoogde naar Salvatore. ‘Zei ik het je niet? Net zo eigengereid als Shawna. We moeten Onze-Lieve-Heer op onze knietjes danken dat mijn dochter geen andere hebbelijkheden van haar moeder heeft overgenomen.’
Salvatores glimlach bevroor op zijn gezicht. Zijn superioriteit smolt als sneeuw voor de zon toen een besef begon te dagen.
Francesco fronste de wenkbrauwen. ‘Het spijt me, Elisa. Het is niet goed zo onaardig over je moeder te praten.’
Op het verkeerde been gezet, maar met een ontluikend besef schudde ze het hoofd. ‘Maak je geen zorgen. Ik ben niet blind voor Shawna’s tekortkomingen. Ze heeft me per slot van rekening opgevoed.’