Reading Online Novel

Schaduwland(14)



Ik bijt op mijn lip om niet nerveus te giechelen. Ik hoop dat het een losse opmerking is, maar als ik in haar gedachten gluur, zie ik dat ze het echt meent.

‘Wanneer vertrek je?’ Damen probeert het gesprek gaande te houden, want hij heeft het antwoord al opgepikt uit Miles’ gedachten.

‘Binnenkort, maar nog niet snel genoeg,’ zegt Miles met een glinstering in zijn ogen. ‘Maar het grote aftellen is begonnen!’

Damen knikt en kijkt al vriendelijker. ‘Je zult het er geweldig vinden. Iedereen die er komt, wordt verliefd op de stad. Firenze is een prachtige, betoverende plek.’

‘Ben je er geweest dan?’ vragen Miles en Haven tegelijk.

Met zijn blik op oneindig knikt Damen. ‘Ik heb er ooit gewoond, een hele tijd geleden.’

Haven kijkt opnieuw van hem naar mij, met haar ogen half dichtgeknepen. ‘Drina en Roman ook.’

Hij haalt zijn schouders op en zijn gezicht toont geen reactie, alsof hem dat totaal niets zegt.

‘Vind je dat niet een tikkie vreemd? Dat jullie alle drie in Italië hebben gewoond, in dezelfde stad en dan toevallig ook alle drie hier terechtkomen? Zo kort na elkaar?’ Ze schuift haar gebakje opzij en leunt nu nog verder naar voren, op zoek naar antwoorden.

Toch vertrekt Damen geen spier; hij verraadt niets. Hij neemt een slokje van zijn rode drank en haalt zijn schouders weer op, alsof hij er verder niets over te zeggen heeft.

‘Heb je nog tips? Dingen die ik moet zien als ik daar ben?’ Miles wil vooral de gespannen sfeer verbreken, nieuwsgierig is hij niet echt. ‘Iets wat ik niet mag missen?’

Damen doet alsof hij peinst, ook al weet hij het antwoord meteen al. ‘Heel Florence is de moeite waard. Maar sla in geen geval de Ponte Vecchio over – de eerste brug over de rivier de Arno en de enige die na de oorlog overeind is gebleven. O, en je moet echt de Galleria dell’Accademia bezoeken, de kunstacademie waar je Michelangelo’s David vindt, naast nog diverse andere belangrijke werken en vergeet niet...’

‘O, David vergeet ik niet, hoor,’ valt Miles hem in de rede. ‘En de brug, de beroemde kathedraal Il Duomo en al die andere dingen die in elke reisgids in de top tien staan. Maar wat ik wil weten zijn de kleinere dingen, de niet-toeristische plekken waar alle gewone Florentijnen naartoe gaan. Roman vertelde me vol enthousiasme over... nou ja, ik ben de naam even kwijt, maar er moeten diverse minder bekende kunstobjecten uit de renaissance te vinden zijn, schilderijen en meer waar niet iedereen van weet. Heb je niet nog een paar van dat soort tips? Of anders nachtclubs, cafés, winkels?’

Als ik zie hoe indringend Damen naar hem kijkt, voel zelfs ik een koude rilling. ‘Nee, niet uit mijn hoofd,’ zegt hij. Hij probeert vriendelijker te kijken, maar zijn stem verraadt zijn irritatie. ‘Maar een plek waar zogenaamd belangrijke kunstvoorwerpen te zien zijn zonder dat die in de reisgids staat, is hoogstwaarschijnlijk nep. Daar zou ik niet te veel tijd aan besteden; er is genoeg te zien in Florence.’

Miles trekt een schouder op en is alweer druk aan het sms’en. Het gesprek interesseert hem allang niet meer. ‘Het zal wel,’ mompelt hij nog terwijl zijn duimen vlug over de toetsen schieten. ‘Maak je niet druk, Roman geeft me wel een lijstje mee.’





Zes

‘Je hebt aardig wat vooruitgang geboekt,’ glimlacht Damen vol bewondering. ‘Heb je dit jezelf allemaal aangeleerd?’

Ik knik en kijk de grote, lege kamer rond. Voor het eerst sinds weken ben ik tevreden met mezelf.

Damen hoefde me geen twee keer te zeggen dat hij alle protserige meubels wilde wegdoen die hij tijdens Romans zogenaamde heerschappij had verzameld. Het was een mooie kans voor mij om de rij zwartleren tv-stoelen te laten verdwijnen, net als de flatscreens, de biljarttafel met het rode vilt en de verchroomde bar. Het waren toch allemaal symbolen, allemaal tastbare herinneringen aan de meest uitzichtloze periode in onze relatie tot nu toe. Ik concentreerde me er zo enthousiast op al die spullen te laten verdwijnen dat ik eerlijk gezegd geen flauw idee heb waar ze zijn gebleven. Maar goed, ze staan in elk geval niet meer hier.

‘Zo te zien heb je geen lessen meer nodig,’ merkt hij hoofdschuddend op.

‘Daar zou ik niet te zeker van zijn.’ Ik draai me om en glimlach, terwijl ik een pluk van zijn donkere, golvende haren uit zijn gezicht veeg met mijn eigen hand in een handschoen. Ik hoop dat het niet lang duurt voor we het tegengif van Roman krijgen of in elk geval een betere en minder opvallende oplossing kunnen bedenken. ‘Vraag me niet waar al die dingen nu zijn, trouwens. Of hoe ik deze enorme ruimte moet vullen als ik niet eens weet waar je al je oude spullen gelaten hebt.’ Ik grijp net te laat naar zijn hand en frons mijn wenkbrauwen als ik hem naar het raam zie lopen.