Nanny Slaat Terug(24)
‘Ongelooflijk. Waar kennen jullie elkaar van?’ Ik neem nog een slokje wijn.
‘Ik had een individuele expositie in Bond Street – ik had toen iets met een bassist – en Clark kwam binnen, een échte collectioneur. Hij kocht zonder met zijn ogen te knipperen twee schilderijen, zei dat ik een fantastische investering was en vroeg of ik met hem uit wilde.’ Ze strekt haar rug en verstrengelt haar lange vingers boven haar hoofd. ‘Goed, hij wil dus in Park Avenue wonen. Prima. Ik knoei de hele dag met verf. Als dit zijn droom is, geef ik hem met plezier zijn zin. Nog wat wijn?’
‘Graag.’ Ik hou mijn ongelooflijk lichte glas voor haar op. Waarschijnlijk is het door elfjes geblazen.
‘Ryan had een baan, maar wat deed jij al die tijd?’ vraagt ze.
‘Consultancy – organisatieontwikkeling. Ik ben afgestudeerd in de pedagogiek, maar tijdens de eerste programma’s in het onderwijs waar ik na mijn studie aan meewerkte, liep het gruwelijk uit de hand. Ik bedoel, personeelsvergaderingen die aan Wie is er bang voor Virginia Woolf? doen denken. Waar het ook was, en hoeveel geld er ook beschikbaar was, de volwassenen speelden nooit lief met elkaar. Ik raakte echt geïnteresseerd in hoe je een organisatie doelmatig kunt leiden, zodat de mensen die de organisatie wil helpen, ook echt hulp krijgen.’
‘Goh, ongelooflijk. Ik heb nog nooit een kantoorbaan gehad. Soms snak ik zo naar groepsdynamiek dat ik mensen zou willen betalen om aan mijn aanrecht te komen staan en met me over Lost te praten terwijl ik theezet. Zo, en Stockholm?’
‘Ryan had overplaatsing gevraagd naar een stad waar ik kon afstuderen.’
‘Uppsala?’
‘Ja!’ zeg ik verbluft. ‘Ongelooflijk dat je daarvan hebt gehoord. Het is maar drie kwartier rijden van de koudste plek op aarde.’
‘Ik heb er in 2002 geëxposeerd.’ Ze leunt naar voren op haar knieën, met haar benen nog onder zich. ‘Is het niet fantastisch? Volgens mij was het echt helemaal voorbestemd dat ik je tegenkwam. Eindelijk iemand die het hele Chapin-gedoe begrijpt, maar ook weet dat het niet bepalend is voor wie je wordt. Of inhoudt dat je niet hoeft te werken.’ Ze slaat haar hele glas achterover terwijl buiten een paar kerels om Tanya roepen op een toon die maakt dat ik, als ik Tanya was, het licht uit zou doen en stil op de vloer zou gaan liggen. ‘En toch word ik ziek van al die ongemanierde mensen in het kunstwereldje. Ik ben dol op mijn vrienden, maar ik ben wel drieëndertig. Ik heb niets met mensen die feesten aflopen om iets te jatten.’ Ze trekt abrupt haar benen onder zich vandaan en komt in een vloeiende beweging overeind op die laarzen, als Madonna die yoga doet. Na al die jaren zijn er nog steeds maar weinig mensen zo fascinerend als zij, en als ik een man was, zou ik ook schilderijen van haar kopen en haar dozen importwijn sturen. ‘Ik rammel. Wat dacht je van cheeseburgers?’
Ze neemt me mee naar DuMont Burger, waar ze de beste uienringen bakken die ik ooit heb geproefd. Ze zijn zo groot als donuts en we werken twee burgers weg onder verbazend veel gelach. Vervolgens neemt ze me mee terug naar haar huis, waar ze me een doos pockets met ezelsoren in mijn handen duwt, en daarna laat ze Clarks limousine komen om ons allebei naar huis te brengen.
Wanneer de auto bij het gebouw van de X’en stopt om haar af te zetten, schiet me te binnen dat ik daar overmorgen al een afspraak heb en word ik opeens een beetje misselijk. De chauffeur houdt het portier voor Citrine open voordat de geüniformeerde portier bij de auto is. ‘Gaat het wel?’ vraagt ze. ‘Je ziet opeens zo bleek.’
‘Ik heb hier gewerkt. Op de achtste.’
‘Bij de X’en?’ vraagt ze, en ze trekt een rossige wenkbrauw op. ‘Volgens de portier is zij nogal streng.’
‘O, gelukkig. Ik was al bang dat ze in de afgelopen tien jaar iets milder was geworden. Nog altijd streng. Uitstekend.’
‘Ik zal je de groeten doen als ik haar in de lift tegenkom.’ Ze geeft me een zoen in een laatste vleug kamperfoelie en stapt met een veerkrachtige tred de stoep op.
‘Alleen als je wilt dat ik een dode vis in je brievenbus stop.’
Ze schiet in de lach. ‘Laten we dit alsjeblieft gauw nog eens doen. Je móét me komen helpen bedenken wat we met dit huis gaan doen. Alsjeblieft?’
‘Heel graag,’ zeg ik naar waarheid.
‘Afgesproken! En laat me weten wat je van De zestien lusten vond. Oké, wens me sterkte, mijn eerste nacht hier.’ Met die woorden springt ze uit de auto. De chauffeur sluit het portier. Ik zie haar achter het in messing gevatte glas verdwijnen en even later maakt de limousine zich los van de stoeprand om mij naar huis te brengen. Ik maak mijn BlackBerry open en lees de laatste sms van Ryan: vrgdrng lpt uit. gn zorg, balen. sprk je mrgn. xxx r.