Reading Online Novel

Lokroep(80)



‘Omdat we voor het vollemaan is een nieuwe sirene moeten hebben gevonden. Zo niet, dan gaan we allemaal dood. Jij mag dan de handschoen in de ring willen gooien, ik geef het niet zo snel op. Ik heb de afgelopen millennia niet overleefd om me door een verwend kreng als jij te laten ombrengen.’

‘Je hebt helemaal gelijk,’ viel Gemma haar bij. ‘Ik ben een verschrikkelijk kreng. Ik begrijp niet wat jullie van me willen. Laat me gaan en kies iemand anders.’

‘Was het maar zo simpel,’ zei Penn. Het klonk alsof ze het echt meende. ‘Het drankje slaat niet altijd aan. Jij bent het derde meisje waarbij we het proberen en het eerste dat in een sirene is veranderd.’

‘Wat bedoel je met aanslaan?’ vroeg Gemma.

‘Als je het drankje hebt ingenomen, kunnen er twee dingen gebeuren. Of je wordt een sirene, zoals jij, of je gaat dood.’

‘Hoe kan het dat ik wel een sirene ben geworden en de andere meisjes niet?’

‘Dat weten we niet precies. Een sirene moet niet alleen sterk en mooi zijn, maar zich ook verbonden voelen met het water.’ Penn haalde haar schouders op. ‘De andere meisjes die we hadden gekozen waren niet sterk genoeg.’

‘Maar jullie tijd is bijna verstreken... Als ik doodga, sterven jullie ook, toch?’ Gemma kneep haar ogen tot spleetjes en keek Penn doordringend aan. ‘Dan kan ik mezelf net zo goed van kant maken.’

‘Hoe wou je dat aanpakken? Sirenen zijn onsterfelijk. Je kunt jezelf niet verdrinken of van een flat afspringen,’ zei Penn. ‘En bovendien komt er zo meteen iemand aan.’

Voordat Gemma kon reageren, klonk Lexi’s stem vanaf de veranda: ‘Hij komt eraan! Ik zie hem. Hij is al op de steiger.’

‘Mooi,’ zei Penn met een glimlach. ‘Hou dan maar op met zingen, want anders komen er nog meer mannen deze kant op.’ Zodra Penn een stap opzij zette, rende Gemma door de geopende deur naar buiten. Ze had geen idee voor wie hun lokroep bedoeld was en wat ze met hem van plan waren. Maar wie het ook was, het kon niet veel goeds opleveren. Ze moest hem wegsturen voordat de sirenen hun tanden in hem zouden zetten.

Toen ze hem op het pad bijna slaapwandelend zag aankomen, bleef ze stokstijf staan. Het was nog erger dan ze had verwacht.

‘Alex.’

Op het moment dat zijn naam aan haar lippen ontsnapte, was Lexi bij hem. Ze sloeg een arm om zijn schouder en nam hem mee over het pad. Thea greep Gemma’s armen vast en hield ze op haar rug, zodat ze niet kon tegenstribbelen.

‘Alex!’ riep Gemma, maar hij gunde haar nauwelijks een blik waardig. Hij werd totaal in beslag genomen door Lexi, die een lied in zijn oor neuriede. ‘Alex! Maak dat je wegkomt hier. Ren voor je leven. Het is een hinderlaag. Ze gaan je vermoorden.’

‘Hou je mond,’ gromde Thea en sleurde haar mee over het pad terug naar de blokhut. ‘Als jij gewoon met ons was meegegaan, had dit helemaal niet hoeven te gebeuren. Het is jouw schuld dat alles misloopt.’

‘Alsjeblieft,’ smeekte Gemma. ‘Laat hem gaan. Alsjeblieft.’

Penn stond te lachen in de deuropening. Gemma probeerde zich los te rukken uit Thea’s greep, maar het was vechten tegen de bierkaai. Thea was tenslotte een drieduizend jaar oude halfgodin en dat was aan haar kracht te merken.

Gehoorzaam liep Alex achter Lexi aan naar het midden van de kamer. Hij kon zijn ogen niet van haar afhouden. Ze draaide langzaam om hem heen terwijl zijn hoofd met haar meedraaide. Toen ze ineens voor hem bleef staan en zijn wangen streelde, boog hij zich naar haar toe om haar te kussen.

‘Alex!’ riep Gemma, maar hij bleef proberen om Lexi te kussen. Als ze haar hoofd niet had weggedraaid, was het hem nog gelukt ook. ‘Wat hebben jullie met hem gedaan?’ riep ze wanhopig uit.

‘Dat heb je zélf gedaan, hoor,’ zei Penn vanaf de andere kant van de kamer. In haar blik lag intense voldoening toen ze zag hoe ongelukkig Gemma met de situatie was. ‘Hij zou hier nooit zo snel geweest kunnen zijn als jij hem niet al eerder in de ban van de sirenen had gebracht.’

‘Waar heb je het over?’ vroeg Gemma. ‘Ik heb hem nooit iets aangedaan.’

‘O jawel.’ Penn glimlachte. ‘Je hebt hem geroepen met je zang. Daardoor is hij ontvankelijker geworden voor onze charmes. Hij kan minder goed weerstand bieden aan onze lokroep.’

‘Het komt door ons lied,’ legde Lexi uit. Ze bleef vlak voor Alex staan, die zijn armen om haar heen had geslagen en haar bewonderend aanstaarde. Tot nu toe had ze al zijn pogingen om haar te zoenen weerstaan. ‘We brengen mannen in trance, zodat ze ons begeren en precies doen wat we zeggen. Op vrouwen kan onze lokroep hetzelfde effect hebben, maar nooit zo krachtig als op mannen.’