Koninklijke verleider(51)
Ghabeyah. Stommeling. Zo had haar informant haar genoemd.
132
Nee, ze ging niet huilen, dat plezier gunde ze hem niet. Ze was in alle opzichten in het nadeel ten opzichte van hem, vooral wat betreft de diepte van haar gevoelens. Ze kon in ieder geval proberen hem op dat punt op gelijke voet achter te laten.
Op bijtende toon zei ze: ‘Ben ik te ver gegaan om je zover te krijgen dat je een onschuldige man hielp zijn onschuld te bewijzen?’
Ze had hem gezien toen hij door een kogel werd geraakt. Zelfs toen had hij niet zo spectaculair gereageerd. Hij deinsde achteruit en bleef toen doodstil staan, een groeiende woede uitstralend.
Ten slotte snauwde hij: ‘Ik ben degene die heel ver is gegaan om een schuldige man te helpen weg te komen met zijn misdaden.’
Even wist ze niet wat hij bedoelde. Net toen het tot haar doordrong, gromde hij tussen zijn tanden: ‘De boel oplichten is zeker een familietrekje van jullie.’
Ze maakte zich wankelend los uit zijn greep. ‘Dat je zo ver zou gaan had ik zelfs van jou niet verwacht.’
‘Zélfs van mij? Wat moet dat betekenen?’
‘Niets. Het betekende allemaal niets.’ Ze kon elk moment instorten. Ze moest maken dat ze hier wegkwam.
Ze tastte naar de trapleuning. Hij greep haar weer beet en draaide haar om zodat ze hem moest aankijken. Zijn gezicht was vertrokken van radeloosheid.
Je ziet wat je wilt zien. Verdriet sneed als een mes door haar hart en beroofde haar van haar laatste restje verstand.
‘Wat is er?’ vroeg ze schor. ‘Is je ego gekrenkt? Je wilt dat ik ga, maar je wilt dat ik je smeek om te mogen blijven? Of wil je nog een beloning voor Todds vrijheid? Aan boord van je vliegtuig? Je mag nog wel een keer, als je nog een fantasie, seks met een onwillige vrouw, van je lijstje wilt afstrepen.’
Een eeuwigheid lang keek hij haar ontzet aan. Toen ging zijn mobiel.
Wankelend keek hij omlaag, alsof hij niet begreep waar het geluid vandaan kwam, wat het was.
Ze rukte zich los, stoof de trap op en rende het hele vliegtuig door. In de laatste rij plofte ze op een stoel neer. De eerste persoon die haar iets 133
wilde aanbieden gebood ze meteen haar met rust te laten. Ze wilde niets.
Ze wilde zich alleen overgeven aan haar verdriet.
En tijdens de hele vlucht naar een thuis dat ze vergeten was, een plek die niet langer een thuis was omdat ze zich voor altijd ontheemd zou voelen, deed ze dat.
‘Talia! Het is je gelukt!’
Talia leunde tegen de deur die ze net had dichtgedaan.
Todd?
Ze draaide zich om en daar kwam hij aangerend. Met tranen in de ogen sloeg hij zijn armen stijf om haar heen.
Ze stond te trillen op haar benen, in haar verwarring niet in staat te beseffen dat hij nu al hier was. Maar hoe…
Ze moest iets gezegd hebben. Hij deed een stap achteruit en hield haar op armslengte van zich af. Zijn ogen, die zo op de hare leken, zochten haar gezicht opgewonden af. ‘Hoe heb je dat gedaan? Mark zei dat je probeerde me vrij te krijgen, maar ik durfde niet te hopen dat het je echt zou lukken.’
Bijna had ze gezegd dat ze haar ziel aan de duivel had verkocht om hem vrij te krijgen, maar dat zou niet juist zijn. Ze had uit eigen vrije wil haar ziel aan de duivel geschonken, zonder er iets voor in ruil te vragen. Todds vrijheid was slechts een draadje in een ingewikkeld, niet te achterhalen web van manipulaties geweest.
Hem hier te zien, als een vrij man, was toch alles waard.
Alleen kon ze nu even niets meer hebben, zelfs de aanwezigheid van de broer die altijd een deel van haarzelf was geweest, was haar te veel. Ze had het gevoel dat elke zenuw in haar lichaam blootlag.
Ze duwde hem weg, haalde haar schouders op. ‘Het doet er niet toe wat ik heb gedaan. Je bent vrij en in ere hersteld, dat is het enige wat telt.’
‘Hoe kun je dat nu zeggen? Ik moet weten of jij jezelf in de nesten hebt gewerkt voor mij.’
‘Het enige wat ertoe doet is dat jij je leven weer kunt oppakken.’
134
‘O, lieve hemel, je hebt iets ergs gedaan, hè?’ Hij greep haar bij de schouders, trillend over zijn hele lichaam. ‘Draai het terug. Ik ga wel weer naar de gevangenis. Ik zit de rest van mijn straf wel uit.’
‘Maak je niet druk, Todd. Ik red het wel.’
De leugen moest van haar gezicht af te lezen zijn geweest, want de tranen liepen over zijn wangen. ‘Alsjeblieft, Talia, maak het ongedaan.
Ik ben het niet waard.’
‘Natuurlijk wel. Je bent mijn broer, mijn tweelingbroer. En wat nog belangrijker is, je bent onschuldig.’
‘Nee, dat ben ik niet.’
Ze dacht dat ze nergens meer van zou opkijken, maar nu staarde ze hem met open mond aan.
‘I-Ik heb al die misdaden begaan waarvoor ik werd veroordeeld. Ik heb rekeningen gehackt die ik ontdekte toen Ghada me een keer haar computer liet repareren. Ze was alleen maar een goede vriendin. Ik heb het hele verhaal over ons verzonnen zodat jij medelijden met me kreeg.