Reading Online Novel

Geen tijd voor een kus(61)







‘Melk of suiker of allebei?’ Cassie wierp een blik op McCall, terwijl ze die vraag stelde en zag dat hij diep in gedachten verzonken was. Gezien de uitdrukking op zijn gezicht waren het geen erg aangename gedachten.



‘Allebei,’ zei hij glimlachend. ‘Ik herinner me dat ziekenhuiskoffie zwart en ongezoet niet te drinken is.’

‘Deze ziekenhuiskoffie wel,’ zei Cassie, terwijl ze hem het melkkannetje en de suikerpot toeschoof. ‘Ik heb er vanaf het begin op gestaan dat er drinkbare koffie wordt geschonken voor zowel het personeel als de patiënten, ook al laat het budget dat eigenlijk niet toe.’

Ze besefte dat ze alleen maar praatte om de spanning te verdrijven die de aanwezigheid van deze vreemde had veroorzaakt. Om nog maar te zwijgen over de onrustbarende lichamelijke reacties die hij had opgewekt.

‘Over budget gesproken,’ ging ze verder, ‘wie betaalt jou eigenlijk? Dave is erin geslaagd het antwoord op die vraag te ontwijken.’

McCall nam er de tijd voor om antwoord te geven. Hij deed melk en suiker in zijn koffie, roerde langdurig en nam een slok voordat hij Cassie boven zijn kopje aankeek. ‘Je bent een onderzoeksproject.’

‘Geweldig! Voor een doctoraalscriptie misschien?’ Ze hoopte dat haar sarcasme hem niet zou ontgaan. ‘Het kan vast niet zoiets belangrijks zijn als een proefschrift.’

Hij grinnikte zo aanstekelijk dat Cassie in de verleiding kwam mee te doen.

‘Nee, geen proefschrift,’ bekende hij, terwijl hij zijn hand uitstak naar de schaal koekjes. ‘Laten we het erop houden dat er geld beschikbaar was voor een speciaal project.’ Hij nam op zijn gemak nog een slok koffie. ‘Het is verbazingwekkend hoeveel geld er beschikbaar is in de vorm van subsidies. De aanvraagformulieren zijn vervelend om in te vullen, maar het is zonder meer de moeite waard.’

De glimlach verdween van haar gezicht. Was zij een speciaal project, en nog gesubsidieerd ook? ‘O,’ zei ze koeltjes.

McCall voelde haar veranderde stemming feilloos aan, maar Dave had besloten McCalls huidige bezigheid als afgestudeerde criminoloog geheim te houden voor zowel Cassie als de rest van de stad. ‘Lekkere koekjes,’ merkte hij minzaam op.

Ze knikte stijfjes.

‘Zullen we het over je rooster hebben?’

Op dat moment werd er op de deur geklopt en kwam er een jonge vrouw binnen, die een omvangrijk afspraken-boek, een kleinere agenda en een pieper tegen haar welgevormde boezem gedrukt hield. Ze deponeerde alles op Cassies bureau en schonk McCall toen een oogverblindende glimlach. ‘Is de pieper voor jou? Ben jij een nieuwe dokter? Ik wist niet dat we er een zouden krijgen, hoewel Cassie er al een hele tijd achteraan zit. Er waren hier vroeger drie artsen, en de vliegende chirurg en gynaecoloog vormen samen niet echt een extra dokter, hè?’

‘Bedankt, Suzy,’ merkte Cassie koeltjes op.

De jonge vrouw knikte naar Cassie en verdween, na McCall nog een glimlach te hebben geschonken.

‘Ik zou willen dat je een dokter was,’ zei Cassie binnensmonds.

‘Feitelijk ben ik er een, hoewel ik geen praktijk meer uitoefen. Ik werk zo nu en dan nog wel als waarnemer. Maakt het dat makkelijker voor je?’

Ze keek hem ongelovig aan. ‘Heb je je werk eraan gegeven?’

‘Dat gebeurt nu eenmaal wel eens,’ zei McCall, die de traumatische herinneringen die dat bij hem opriep, probeerde te verjagen.

‘Ja, bij onverantwoordelijke lui zoals mijn ex-zwager, die ontdekte dat hij meer geld kon verdienen met bergen beklimmen en boeken schrijven over zijn avonturen, dan met patiënten behandelen.’

McCall stond op het punt haar erop te wijzen dat haar zuster kennelijk ook niet vies was van avonturen, maar Cassie was nog niet uitgesproken.

‘En wat was jouw excuus?’ wilde ze weten. ‘Vond je dat je te hard moest werken? Dat je te veel uren moest maken? Wilde je liever je geld verdienden door middel van subsidies dan door je handen vuil te maken als arts?’

Hij probeerde een weerwoord te bedenken, maar ze maakte een handgebaar alsof ze het onderwerp als afgedaan beschouwde.

‘Ik neem aan dat ik niet al te kieskeurig kan zijn,’ zei ze haast tegen zichzelf, voordat ze McCall rechtstreeks aansprak. ‘Ik heb altijd een andere dokter nodig. Mijn arts-assistent gaat over een week met verlof, en ik heb vernomen dat we niet meteen een invaller zullen krijgen.’

‘Maar dat is fantastisch,’ zei McCall. ‘Het maakt alles nog geloofwaardiger. Je zat met je handen in het haar en omdat ik je aanbid, ben ik je meteen te hulp gekomen.’

Met opgetrokken wenkbrauwen vroeg ze: ‘Omdat je me aanbidt?’

Grijnzend keek McCall haar aan. ‘Een geweldige dekmantel, vind je niet?’