Reading Online Novel

Dazzle(13)



'Nog iemand vertegenwoordigen ?' riepen ze alle drie uit terwijl ze moeizaam uit hun lage stoelen omhoogkwamen. Ze kwamen om haar bureau heen staan en staarden haar woedend van jaloezie aan.

'Kalm aan, jongens. Houd je gemak. Jullie hoeven er niet zo'n ophef over te maken,' zei Phoebe met een zachte stem vol voldoening die ze zo goed mogelijk verborg. Ze hief bevelend haar kleine handen op en dat had hen tot zwijgen moeten brengen, maar dat gebeurde niet. Het ging precies zoals ze had gedacht. Een soort familiejaloezie, en dat tussen zogenaamde volwassenen. Deze reactie had ze al verwacht. Wat zouden ze toch zonder haar moeten beginnen als ze al op deze manier reageerden wanneer ze maar dachten dat ze een klein deel van haar aandacht aan anderen zou schenken?

'Wat bedoel je; waarom mogen we er geen ophef over maken? In hoeveel stukken denk je jezelf te kunnen opdelen?' vroeg Mel die woedender was dan hij ooit op Sharon was geweest.

'Je hebt aan ons drieën al je handen vol! Je zult het veel te druk krijgen!' schreeuwde Pete. 'En dan zitten wij met de gebakken peren.'

'Het is niet eerlijk, Phoebe, en dat weet je best,' zei Jazz beschuldigend.

'Ik heb jullie nog niet gezegd wie die fotograaf is,' zei Phoebe kalm. 'Ik heb het over Tony Gabriel.' Ze keek hen met haar liefste en onschuldigste lachje aan. Ze waren allemaal zo heerlijk gemakkelijk te doorzien.

'Gabe - maar - die zit toch in Europa? Of het Midden-Oosten?' vroeg Pete die opeens een opgewonden klank in zijn stem kreeg.

'Tony Gabriel? Hoe ken jij Tony Gabriel?'zei Mel en zijn woede veranderde in ontzag.

'Ik ken iedereen,' zei Phoebe zelfvoldaan. 'De laatste vijf jaar heeft Gabe Parijs als basis gebruikt, maar nu komt hij terug. Hij wil hier een thuisbasis hebben. De meeste tijd is hij weliswaar weg, maar jullie begrijpen nu wel waarom ik hem niet heb geweigerd.'

'Tjongejonge, Gabe hier. Geweldig. Fantastisch! O, wat wil ik graag eens met hem praten,' zei Pete.

'Ik heb altijd al kennis met hem willen maken,' zei Mei. 'Tony Gabriel, tjongejonge, die heb ik altijd toch zo enorm bewonderd.'

'Dat is dan geregeld en kunnen we het voor deze maand hierbij laten.' Phoebe stond op terwijl Mel en Pete naar de deur liepen.

'Momentje nog!' zei Jazz. 'Deze vergadering is nog helemaal niet afgelopen!' Haar stem trilde van woede en ze stond kaarsrecht. 'Geen sprake van, Phoebe, dat flik je me niet. Haal het niet in je hoofd Gabriel hier binnen te halen.'

'Wat heb jij?' riep Phoebe stomverbaasd uit. Mel en Pete zwegen, verbouwereerd over de verandering die plotseling van Jazz een engel der wrake had gemaakt. Wat had ze? Gabe was een levende legende, een van de echt groten; dat vond iedereen in hun wereldje.

'Ik heb niets. Ik ben alleen de enige van ons die even nadenkt. Tony Gabriel is een grote lastpak. Hij haalt alles naar zich toe, pikt alles in, bederft alles voor anderen - hij is een misdadiger die toevallig nog niemand heeft vermoord.'

'Jazz, je bent stapelgek!' sputterde Phoebe tegen.

'Het kan me geen donder schelen wat jij denkt, Phoebe. Toen wij dit gebouw samen kochten, hebben we afgesproken dat als één van ons ertegen was dat er een andere fotograaf bij kwam en hier ruimte kreeg, het dan niet zou doorgaan. En ik ben ertegen. Er hartstikke tegen. Jullie kunnen geen enkel - en ik herhaal - geen enkel stukje ruimte verhuren of lenen aan Gabriel. Als hij een voet binnen de deur van Dazzle zet, bederft hij alles voor ons allemaal. Ik kan jou er niet van weerhouden hem te vertegenwoordigen, Phoebe, dat is jouw zaak, maar als je het doet zoek ik een andere vertegenwoordiger. Dat kost me niet meer dan een telefoontje. En dat meen ik, Phoebe. Vergis je niet.'

'Maar, Jazz, wat-‘

'Ik ben niemand enige uitleg verschuldigd. De keus is aan jou.' Jazz draaide zich om, liep weg en gooide de deur van het kantoor met een smak achter zich dicht.

In den beginne schiep de duivel de agent en de agent schiep de vertegenwoordiger, dacht Jazz terwijl ze de trap naar haar studio opstormde.





Hij is natuurlijk te laat, dacht Phoebe Milbank met een voor haar ongewoon geduld terwijl ze in Market Street nr. 72 op Tony Gabriel wachtte met wie ze een lunchafspraak had. Ze ging soms wel tien keer per week naar dit restaurant. Al haar lunches en diners waren zakelijk en het was hoogst belangrijk om één uitstekend adres te hebben waar altijd op het laatste ogenblik een tafel voor haar beschikbaar was zonder dat men vragen stelde. Zo'n adres dat dicht bij haar kantoor was, waar haar nooit een nota werd gepresenteerd, maar waar een gedetailleerde rekening werd bijgehouden waar zelfs de fooien op stonden. Die rekening kwam dan elke week naar haar kantoor en ging in het dossier voor de belasting. Vijf minuten voor ze kwam kon ze Market Street bellen en dan wist ze - hoe druk het ook was - dat ze daar nog plaats zouden vinden voor de twaalf autofabrikanten uit Japan die ze op het laatste moment mee uit dineren wilde nemen.