Wraak & verlangen(95)
Maar ja, aan de andere kant was er nooit een gezamenlijke toekomst voor hen weggelegd geweest, dacht ze nuchter en somber. Hij wist het niet, en ze zag geen reden om het hem te vertellen, maar ze was zich er maar al te pijnlijk van bewust dat ze hoogstwaarschijnlijk nooit een baby zou krijgen. Nu mocht hij dan nog niet zo staan te trappelen om zich te binden, maar op een dag zou hij zijn adellijke titel, zijn voorouderlijk kasteel en eeuwen geschiedenis willen doorgeven aan een kind, zijn eigen kind. Het was begrijpelijk dat hij een vrouw wilde die hem kinderen kon schenken. Ze kon geen rol spelen in zijn toekomst.
Alhoewel haar afwezige blik hem niet ontging, trok hij haar tegen zich aan met de zekere handen van een man voor wie sensualiteit een kunst was. ‘Je ziet er ongelukkig uit,’ bromde hij.
‘Dat ben ik niet…’ verzekerde ze hem, waarna ze zijn stropdas lostrok en het bovenste knoopje van zijn overhemd losmaakte.
Hij pakte haar hand en drukte een kus op haar handpalm. Daarna keek hij weer in haar ogen en zag dat ze nog steeds verdrietig stonden. ‘Waarom ben je treurig?’
‘Dat is een geheim… Het interesseert je vast niet –’
‘Doe toch maar een poging.’ Zodra ze had duidelijk gemaakt dat ze iets voor hem achterhield, was zijn nieuwsgierigheid gewekt.
‘Nee, sommige dingen zijn privé,’ fluisterde ze. Met een vingertop streek ze langs zijn harde, mannelijke kaak. Een vage blauwachtige schaduw van een stoppelbard lag over zijn gebronsde huid, waardoor zijn sensuele mond nog aanlokkelijker overkwam.
Hij boog zijn hoofd en liet zijn tong uitdagend langs haar gezwollen onderlip gaan. Zijn aanraking deed haar naar adem happen, en haar benen werden slap. ‘Als je geheim te maken heeft met een probleem, zou het heel goed kunnen dat ik het voor je zou kunnen oplossen.’
Krachtig kneep ze haar ogen dicht om de tranen tegen te houden die zijn aanbod had opgewekt. Ze vond het geweldig dat hij zo zelfverzekerd was en voor alles een oplossing dacht te hebben. Om het maar niet te hebben over de zeer traditionele aanname dat het zijn plicht was om zich met haar zorgen te bemoeien.
‘Dit probleem is niet op te lossen,’ mompelde ze.
‘Vertrouw me nu maar…’ Maar op het moment dat hij het zei, vroeg hij zich af of haar geheim wellicht te maken had met haar onvruchtbaarheid. Daaraan wilde hij niet denken. Nooit eerder had hij zijn ogen willen sluiten voor een probleem, maar nu wilde hij niet eens stilstaan bij de vraag waaróm hij er niet aan wilde denken.
‘Nee…’ Haar stem klonk gedempt, want ze verborg haar betraande gezicht tegen zijn overhemd en deed haar best om de sterke emoties de baas te worden.
Het had geen enkel nut om hem te vertellen dat ze onvruchtbaar was. Bovendien kon ze de gedachte niet verdragen dat hij medelijden met haar zou hebben. Nog erger zou het zijn als hij haar daarom zou gaan zien als een minder vrouwelijke vrouw en dus ook minder aantrekkelijk. Mensen hadden de neiging om vruchtbaarheid te associëren met allerlei andere vrouwelijke eigenschappen.
‘Eens zul je me vertrouwen, gatita,’ verzekerde hij haar, waarna hij haar optilde. Hij drukte haar tegen zijn harde borst en kuste haar hartstochtelijk. Haar ribben werden bijna gekneusd, en ze kreeg nauwelijks lucht binnen, maar ze had deze uiting van mannelijke kracht en beschermende aandacht voor geen goud willen missen.
Voorzichtig legde hij haar op het bed, waarna hij zijn stropdas losmaakte en zich uit zijn jasje bevrijdde.
‘Heb je echt niemand gehad?’ vroeg ze verlegen.
Haastig trok hij zijn overhemd uit. ‘Voor het eerst in mijn volwassen bestaan, heb ik als een celibatair geleefd,’ bevestigde hij glimlachend.
Ze schopte haar schoenen uit en leunde achterover tegen de kussens in de houding van een verleidster uit vroegere tijden, met gekromde rug, boezem naar voren en haar knieën iets opgetrokken om haar benen het best te laten uitkomen.
‘Je hebt de verleidingspose geoefend,’ constateerde hij geamuseerd.
Langzaam bewoog ze haar schouder, waardoor het bandje van haar jurk omlaag gleed en een glimp van haar borsten zichtbaar werd.
‘En die moeite heeft geloond,’ voegde hij er op een heel andere toon aan toe. Ineens schoot hem iets heel anders te binnen. ‘Je hebt dit toch niet gedaan voor… een andere man, hè?’
Geschokt keek ze hem aan. ‘Natuurlijk niet!’
Hij kon weer ademhalen. ‘Ik had hiervoor al meer dan een week geleden moeten terugkomen.’
‘Misschien was je er toen nog niet aan toe.’
Was hij sowieso toe aan de enorme complexiteit die zijn eens zo gemakkelijke en kalme bestaan had verstoord? Hij had hier niet voor gekozen, maar nu had hij ten minste weer het gevoel de zaak in de hand te hebben. Met onbeschaamde bezitterigheid observeerde hij haar. Hoe was het mogelijk dat hij haar ooit alleen maar knap had gevonden? Haar hoge jukbeenderen waren heel apart, haar heldere, groene ogen waren ronduit prachtig en haar roomblanke huid was glad en perfect.