Witte Engel(9)
Austin, die niet kon praten, die zelfs zijn hoofd niet heen en weer kon bewegen, was gedwongen om zwijgend deze schunnigheid over zich heen te laten komen, als was het niet meer dan een goochelact in Las Vegas.
'O, je zult deze best mogen als ik haar oproep, ' zei de Witte Engel. 'Je zult haar in haar feeksengezicht kijken en dan zul je haar naam weten. Je hebt haar ongetwijfeld als kind al eens gezien. '
De Witte Engel tuitte zijn lippen 'Onze jeugd is waar we gevormd zijn, zeggen ze. En als dat zo is, zul je wel nieuwsgierig zijn naar de mijne. Ik ben echter bang dat ik je dat niet kan vertellen. Daar zou mijn herinnering voor nodig zijn, en herinnering is een valse vriend. Herinnering haalt niet naar boven wat er gebeurd is; het herschept het verleden tot de meest geschikte versie voor onze huidige behoeften. Vergeet die herinnering dus maar; berg ze op in een koffer aan het voeteneinde van je bed, alsof ze nooit bestaan heeft. ' Hij hield zijn hoofd schuin. 'Begrijp je hier iets van, Robert? Ik hoop echt dat dat het geval is. '
De Witte Engel bracht zijn gezicht tot vlak voor dat van Austin. 'Wat mijn aanklacht betreft, natuurlijk ben ik schuldig. Ik neem de volle verantwoordelijkheid voor wat ik heb gedaan. En voor wat ik nog ga doen. Daar gaat het om. Mijn zelf is alles wat ik heb. Het is alles wat ik ben of ooit zal zijn. Mijn ouders heb ik al lang geleden verworpen. Ik verbrandde een foto van hen en toen waren ze weg. ' Hij bracht zijn vingertoppen bij elkaar. 'Poef!' Alleen morgen bestaat, als een lamp die brandt in de nacht. En het zal een verschrikkelijke morgen zijn, dat kan ik je verzekeren. Het einde van de wereld zoals wij die kennen, metafysisch gesproken natuurlijk. Ik weet dit met een zekerheid die in mijn ziel gekerfd is, want ik ben de boodschapper, de gezalfde, de Witte Engel. '
Hij zweeg even en liet zijn blik bijna liefdevol over Austins gezicht gaan. 'Het lot heeft mij jou geschonken voor mijn doeleinden - of misschien heb ik het lot de gelegenheid gegeven om zijn gang te gaan. Jij zult me wel begrijpen als ik jou mijn geheim vertel, hè, Robert? Ja, ik geloof dat je het zult begrijpen, want, weet je, je bent er zo nauw bij betrokken.
Ik zal je om te beginnen vertellen waarom ik de ogen van Cotton nodig heb. ' Hij leunde naar voren en begon in Austins linkeroor te fluisteren. Hij deed dat met opzet, want hij wist dat Austin met zijn rechteroor niets meer hoorde.
Terwijl hij sprak, ging Austins goede oog langzaam dicht. Onder het ooglid vormde zich één enkele traan. Hij welde op, ondanks zijn krampachtige pogingen hem tegen te houden, en gleed langzaam omlaag langs zijn wang, tot hij de kin bereikte, waar hij bleef hangen, trillend als een spinnenweb in een bries.
'O, ja. ' De Witte Engel schepte de traan op zijn vingertop. 'Ik wist dat je het zou begrijpen. ' Hij likte de druppel op, genoot van de zoutige smaak, en draaide toen Austins laptop om zodat hij weer naar hem gericht stond. 'Nu weet je wat ik van plan ben, en waarom. Het wordt tijd om de duivel op te roepen. '
Toen rechercheur Kowalchuk de scherpe klop op de deur hoorde, stond hij net stiekem een sigaret te roken. Het was tegen de regels om binnen een politiebureau een sigaret op te steken, zelfs als het zo vervallen was als dit, maar Kowalchuk was zo kwaad dat hij dacht: Krijg allemaal de klere. Hij was al kwaad sinds die bijgoochem van een assistent-D. A. hem het vertrek uit had gewerkt alsof hij een hoop stront in het toilet was. En dat alleen omdat hij en Christopher holmaten waren.
Kowalchuk nam nog een diepe haal en schudde vol afkeer zijn hoofd. Tekort aan mankracht of niet, hij had hier meer mannen moeten hebben. Het was gewoon misdadig wat de burgemeester het korps aandeed; hij perste hen uit als rotte sinaasappelen. Kowalchuk droomde al van zijn pensioen op de Florida Keys: een hete zon, prachtig lichtblauw water, terwijl hij op de voorplecht van een kleine boot stond en een flinke vis omhooghaalde...
Er werd opnieuw geklopt, dit keer dringender. Onze steraanklager wilde daar toch zo graag alleen binnen zijn? Laat hem er dus maar zo lang mogelijk van genieten. Kowalchuk zoog sigarettenrook in zijn longen en liet die weer langzaam door zijn neusgaten ontsnappen. Romero was halverwege een van zijn gigantische Snickers-repen, die zo zoet waren dat Kowalchuks tanden er pijn van deden. Borrows was naar het toilet en stond zich waarschijnlijk af te rukken. Dat was het enige waar Borrows goed in was, voorzover Kowalchuk wist, en dat was dan aan hém toegewezen. Nog een reden voor Kowalchuk om pisnijdig te zijn. Waren die bureaucraten van het korps gek of alleen maar simpel? Voor mensen als hij, die gewoon hun werk wilden doen, waren ze in ieder geval een ramp.
Hij nam nog een laatste, lange trek van zijn saffie, schoot de filter tegen de vuile vloer en ontsloot, met één hand op de kolf van zijn in het holster hangende dienstrevolver, de deur.
De rook ontsnapte uit zijn half geopende mond toen hij de openbaar aanklager met zijn bovenlichaam over de tafel zag liggen. 'Wat is er verdomme -?'