Reading Online Novel

Storm op komst(58)



‘Sigvard?’

‘De grootvader van al onze problemen,’ antwoordde Charlie onheilspellend.

‘Wat deed hij?’ vroeg Jake.

Charlie liet een dramatische stilte vallen. ‘Hij verklaarde de geschiedenis de oorlog.’ Bij die woorden ging er een huivering langs Jakes ruggengraat. ‘Hij zwoer de wereld te veranderen, de wereld te vernietigen, haar in het kwaad onder te dompelen. Om de duivelse kunst te leren maakte hij een lange rondreis langs de grootste wreedheden van de geschiedenis. Hij observeerde met eigen ogen de Spaanse Inquisitie, de heksenprocessen van Salem, de vervolging van de Joden, de christenen, de hugenoten, de uitzinnige moordlust van de Thuggee in India, de islamitische heilige oorlog... Koning Sigvard sloeg het allemaal gade vanuit de schaduw, drukte er waar hij kon zijn stempel op, leerde het vak en beraamde zijn overheersing. Hij begon een campagne van verschrikking. Sindsdien is de Geheime Dienst van de Wakers van de Tijd in een strijd verwikkeld met de Zeldts.’

‘Leeft hij nog?’

‘Hij is tientallen jaren geleden gestorven, in het oude Mesopotamië. Ongelooflijk maar waar: doordat er een dakpan op zijn hoofd viel. Hij kreeg een inwendige bloeding en niet lang daarna was hij dood. Na zo’n opmerkelijke heerschappij, boosaardige loopbaan en een leven van kwaad sterft hij door een huis-tuin-en-keukenongeluk.’

‘Het noodlot heeft het laatste woord, zou je kunnen zeggen,’ peinsde Jake hardop.

‘Verre van, ben ik bang. Hij liet drie kinderen achter. Xander – oftewel de Zwarte Prins, naar wie wij op weg zijn – is de oudste. De tweede, Aldric, verdween op veertienjarige leeftijd. Sindsdien is er niets meer van hem vernomen. De derde is Agata en zij is het ergst van allemaal.’

‘Erger dan haar vader?’

‘Om je een indruk te geven, toen ze vijf was probeerde ze Xander, haar oudere broer, in een bevroren meer te verdrinken. Dat is de reden dat hij tot op de dag van vandaag geen warmte kan voelen. Of wat dan ook. Een andere keer betrapte ze haar hofdame, die een gewaad van haar paste. Ze dwong haar te gaan zitten op een troon van roodgloeiend metaal, met een roodgloeiende metalen kroon op het hoofd en een roodgloeiende metalen scepter in haar hand, totdat ze volledig verkoold was. Nee, Agata Zeldt is beslist de boosaardigste vrouw van de hele geschiedenis.’

‘Waar hebben jullie het over?’ klonk een zacht stemmetje uit de laadbak van de wagen. Jake draaide zich om en zag een slaperige Topaz die zich in haar bed van hooi had opgericht.

‘Niets!’ antwoordde Charlie vlak. ‘Gewoon soufflés.’

Topaz glimlachte warm naar Jake, ging weer liggen en viel opnieuw in slaap.

Jake keek om zich heen naar het maanverlichte landschap en de met sneeuw bedekte toppen aan weerszijden van de weg. Terwijl ze door de nacht voortjaagden naar Kasteel Schwarzheim bekroop hem plotseling een akelig voorgevoel.





18

De roodbonte roos


Ondertussen, in Punt Nul, stond Oceane Noire bij de ingang van de statiezaal haar gasten te begroeten. Slechts één keer viel ze uit de plooi. ‘Mon Dieu!’ riep ze uit toen iemand struikelend de zaal in kwam. ‘Ze heeft die tás bij zich.’ Ze doelde op Rose Djones, die er prachtig uitzag in de empirejapon die Olympe de Gouges haar had nagelaten, maar het effect werd tenietgedaan door haar rinkelende armbanden en kolossale tapijttas. En door het feit dat de jurk zo strak zat dat ze zich er nauwelijks in kon bewegen.

Stipt om kwart voor acht werd er een gong geluid en namen de gasten plaats voor het diner. Er stonden naambordjes op tafel zodat Oceane precies in de hand had wie waar ging zitten. De gastvrouw had zichzelf naast Jupitus Cole neergezet, en Rose in een tochtig hoekje ver weg bij de keukendeur. Oceane had geen idee dat het Rose prima uitkwam; vanwege haar geheime missie wilde ze er toch op een gegeven moment stiekem tussenuit knijpen.

Tijdens het dessert ontstond er enige commotie over de mandarijnen-vijgengelatine, die in de vorm van de gastvrouw was gegoten. Terwijl de gasten aan Rose’ tafel (allemaal zwarte schapen in Oceanes ogen) zich vermaakten door hun miniatuur-Oceane om het hardst te laten trillen, knikte Galliana heimelijk naar haar oude bondgenote. Rose knikte terug, stond op en glipte onopgemerkt de zaal uit.

Zo snel als haar jurk het toeliet ging ze de trap op en de verlaten gangen door naar Jupitus Coles suite. Ze trok handschoenen aan, opende de deur en sloop naar binnen.

De kamers waren precies zo formeel en sober ingericht als Rose had gedacht, met zware meubels, donkere portretten van streng kijkende mensen en een vage maar alles doordringende geur van muffe potpourri.

‘Lieve deugd,’ zei ze, terwijl ze om zich heen keek, ‘het lijkt hier wel een graftombe.’

Ze liep naar het bureau en begon voorzichtig een keurige stapel papieren te doorzoeken. Ze trok twee vellen onder uit de stapel voor Galliana om de vingerafdrukken te vergelijken. Terwijl ze ze opvouwde en in haar zak stopte, zag ze iets in het bureau wat haar adem deed stokken. Ze stak een hand uit en pakte behoedzaam het prachtig bewerkte glazen kistje met de verfijnde gouden scharnieren. Het was niet het kistje dat ze herkende, maar wat erin lag: een enkele roos. Hij was allang verdroogd, maar het opvallende roodbonte patroon was nog duidelijk zichtbaar. Onder in het kistje bevond zich een klein laatje. Toen Rose het opende zag ze een bundeltje handgeschreven notities. Ze hapte vol ongeloof naar adem en plofte op een van de stoelen neer.