Spoor(115)
Iemand fluistert tegen Quinn: ‘Het is het nummer van een advocatenkantoor in Durbanville. Smuts, Kemp en Smal.’
‘Stuur maar vast een van de achtervolgingsteams die kant op.’
‘Oké,’ zegt de mannenstem door de telefoon.
Milla’s stem: ‘Ik sms je het telefoonnummer van hun centrale en de naam van de betreffende adjunct-directeur. Ze hebben vanochtend ingebroken in mijn appartement en mijn laptop en al mijn dagboeken gestolen. Die wil ik terug, Gus.’
‘Jissis,’ fluistert iemand in de Operations Room.
Quinn steekt zijn hand op om stilte te vragen. Het is de rust in Milla Strachans stem die hem het meest dwarszit.
‘En dan zoek ik iemand die de microfoons die ze hebben geplaatst kan komen weghalen.’
‘Fok, Milla,’ zegt de man die ze ‘Gus’ noemt. En dan een korte, harde lach.
‘Ik wil dat je weet dat er grote kans is dat ze dit gesprek afluisteren,’ zegt Milla, ‘maar dat maakt eigenlijk niet uit. Ik wil mijn spullen terug, en hoe openlijker het proces om ze te krijgen, hoe beter. Gus, ze mogen zich niet kunnen verstoppen.’
‘Een kort geding is openbaar. En als je wilt, kan ik een van mijn maatjes bij Media24 bellen, maar dan moet je er rekening mee houden dat het morgen in de krant staat.’
‘Laat ik eerst Barend bellen en hem waarschuwen dat zijn moeder in het nieuws komt.’
Masilo vertelt Mentz over het telefoontje van Miss Jenny naar advocaat Kemp en sluit af met: ‘Ze heeft hem mijn naam ge-sms’t. Ik denk dat het persoonlijk is, omdat ik degene ben die haar van Beckers wandaden heeft verteld.’
En dan wacht hij op de uitbarsting, maar die komt niet.
Mentz staart hem aan. Lang. Dan zegt ze kil: ‘De Amerikanen liegen tegen ons.’
Hij moet even omschakelen. ‘Waarover?’
‘Over het weer op de Noord-Atlantische Oceaan. Het is een vertragingstactiek, Tau. Het heeft iets te maken met het feit dat Becker hun Osman heeft gegeven, of dat ze nog niet hebben opgespoord wat er van Becker is gestolen. We zullen Becker moeten vinden. En snel.’
‘Miss Jenny is de weg naar hem toe.’
‘En die bitch belt haar advocaat,’ zegt Janina Mentz, maar op berustende toon.
‘Ik had het moeten zien aankomen toen ze me te lijf ging,’ zegt Masilo en hij wrijft weer over zijn jukbeen. ‘Ik heb me vergist.’
‘We hadden het moeten zien aankomen bij haar aanstelling. Ze had de moed om uit haar huwelijk weg te lopen.’
Masilo denkt aan het gerucht dat Mentz tien jaar geleden ook een ongelukkig huwelijk met een vreemdgaande man achter zich had gelaten, en hij vraagt zich af in hoeverre de directrice zich met Milla Strachan identificeert.
==
Operatie Shawwal
Transcriptie: afluisteren, M. Strachan. Daven Court nr. 14, Davenportstraat, Vredehoek
Datum en tijd: 7 oktober 2009. 23.19 uur
LB: Waarom heb je zo lang gewacht?’
MS: Dat vraag ik me ook elke dag af. Maar toen... Ik denk dat het... Er zijn zoveel redenen. Ik wist niet hoe een fatsoenlijk huwelijk eruitzag, ik kende alleen dat van mijn ouders en wist dat dat niet normaal was. Maar wat is normaal? Ik bedoel... als ik om me heen keek, had iedereen zo’n huwelijk, de man met zijn carrière, de vrouw thuis, klagend over gebrek aan aandacht. Twee werelden, dat was de standaard die iedereen aanvaardde. Iedereen gaat gewoon door. Maar het is meer dan dat. Als je depressief bent, als je geen zelfvertrouwen meer hebt, als je in die dwaling leeft, als je geen zingeving en doel hebt, dan glipt elke dag gewoon door je vingers. Het is ook de sleur, zo geestdodend. Je denkt niet, je voelt eigenlijk niets, ik weet niet... als je het nog nooit hebt meegemaakt is het waarschijnlijk moeilijk te... Ik... Het is zo’n geruisloos, sluipend proces, als een kreeft in een pan kokend water, je raakt eraan gewend, je merkt het niet. En zelfs als je... Ik denk dat Christo al tien jaar geleden zijn eerste echte affaire had, maar toen was ik te naïef. Of misschien wilde ik het gewoon niet... ik besefte het pas vorig jaar, toen... God, het is allemaal zo vreselijk burgerlijk.
LB: Als je er liever niet over wilt...
MS: Nee, dat wil ik juist wel. Ik denk dat het moet, ik heb er al in mijn dagboek over geschreven, maar als ik het nu teruglees, is het zo... zielig. Ik... Alle tekenen waren er, ik was alleen... blind is niet het juiste woord. Afgestompt? Afwezig? Ik weet niet, ik was zo vreselijk in mezelf gekeerd... Hij stond die avond onder de douche, hij moest weer weg voor een zakendiner, zijn mobiel lag op tafel, beneden. Toen hoorde ik het sms’je binnenkomen. Ik weet nu nog niet waarom ik keek, dat had ik nog nooit... Het was zo ordinair. Over wat ze met Christo wilde doen, die avond. Ik weet nog dat ik dacht dat het aan het verkeerde nummer was gestuurd, dat het niet voor Christo bestemd was. Ik bedoel, onze seks... toen we het nog deden, was zo... netjes.