Reading Online Novel

Siciliaanse verovering(53)



Hij gleed uit bed, zachtjes om haar niet te wekken. De mannetjes trokken spontaan nog wat extra spijkerschoenen aan. Hij kreunde en zette koers naar de badkamer. Hij moest douchen, scheren, wat drinken om althans weer een beetje mens te worden voordat hij met Elisa kon praten en haar kon vertellen wat hij werkelijk voor haar voelde.

Ze ontwaakte door een zachte streling over haar borsten. Ze opende haar ogen en keek op. Salvatore zat fris gedoucht bij haar, er een stuk beter uitziend dan de vorige avond. Hij droeg een kamerjas, verder niets.

Ze keek omlaag en zag zijn knokkels zachtjes over haar zachte rondingen gaan. Het laken lag rond haar middel en ze lag in volle pracht voor hem. Met een plots gevoel van kwetsbaarheid tastte ze naar het laken.

Hij hield haar tegen. ‘Nee, amore. Je bent zo mooi, het zou misdadig zijn die perfectie te verbergen.’

Hij klonk zo oprecht bewonderend dat ze moeilijk in discussie kon gaan, maar ze pakte zijn pols zodat de zachte kwelling ophield. ‘We moeten praten.’

‘Sì.’ Zijn donkerbruine ogen keken diep in de hare. ‘Je haatte me dus niet, is dat de waarheid?’

‘Ja.’

‘Je was gisteravond ontzettend boos. Mijn nonchalance kwetste je en ik weet niet hoe ik dat kan goedmaken.’

‘Je wilde met mijn zus trouwen.’

‘Dat wilde ik niet.’

Hij klonk zo stellig dat ze hem wel moest geloven.

‘Ik begrijp het niet.’

‘Je maakte me bang. Ik vond de gevoelens die ik had als ik bij jou was beangstigend.’

Ze schudde het hoofd. ‘Nee. Niets kan jou bang maken.’

Zelfs geen schutters. Ze zou nooit vergeten hoe ze hem met chantage de kluis in had moeten krijgen.

‘Ma sì. Bang. Jij riep heftige gevoelens in me op die ik mezelf niet wilde toestaan.’

‘Vanwege Sofia.’

‘Mijn eerste reactie op jou deed alles wat ik voor haar voelde verbleken. Je deed mijn zelfcontrole wankelen en vormde een directe bedreiging voor mijn hart.’

Haar ademhaling stokte en kwam er toen als een diepe zucht uit. ‘Dat klinkt alsof je om me geeft.’

‘Ik was als een blok voor je gevallen voordat je Sicilië weer verliet, maar ik kon het niet toegeven. Hoefde het ook niet toe te geven. Ik mocht je verleiden en je stond me al je vrije tijd af. Ik was gelukkig.’

‘En toen vertelde ik je dat ik zwanger was.’

‘En verwoestte ik wat wij hadden uit angst, vanwege oude wonden en een idioot misverstand.’

‘Je bleef proberen me te ontmoeten.’

‘Ik kon je niet laten gaan. Jij bent de andere helft van mijzelf. Zonder jou ben ik niet half levend, maar helemaal dood.’

De oprechtheid en stelligheid van zijn woorden deed haar huiveren. ‘Houd je nog steeds van me?’

‘Meer dan je weet, cara. Meer dan ik kan zeggen.’

‘Maar Annemarie –’

‘Een idee, een rookgordijn voor mijn gevoelens.’

‘Maar ik wist toch helemaal niet wat jij voelde!’

‘Niet voor jou, voor mezelf. Ik loog mezelf voor, wilde mezelf ervan overtuigen dat we alleen maar iets fysieks hadden, en daarvoor betaalde ik de prijs.’

‘De baby.’

‘En jou. In een klap verloor mijn kind en mijn vrouw door mijn trots, in een volmaakte miskleun.’

Ze krabbelde overeind omdat ze hem móést aanraken. Ze nam hem in de armen, maar hij bleef op een afstandje.

Ze kuste zijn gespierde borstkas, genietend van de geur van zijn huid en zijn warmte tegen haar lippen. ‘Ik geef om je. Ik heb je nodig.’

‘Hoe kun je nog na alles wat ik heb gedaan?’ Zijn stem was schor van emotie. ‘Gisteren heb je zo afschuwelijk gehuild.’ De gekweldheid in zijn stem verscheurde haar hart.

‘Gisteravond…’ Ze pauzeerde, zoekend naar woorden.

‘Sì?’

‘Dat ging om meer dan wat jij de afgelopen zomer van me dacht. Het leek wel een dijkbreuk, waarbij alle verdriet tevoorschijn kwam om het verlies van de baby, wat ik steeds geprobeerd had te ontkennen.’ Ze putte kracht uit zijn aanwezigheid en sprak de waarheid uit die haar zo lang had gekweld. ‘Ik heb nooit gerouwd om mijn baby. Er was niemand met wie ik kon rouwen.’

‘Ik zou samen met je gerouwd hebben.’

Eindelijk geloofde ze hem en konden de wonden helen die zo hadden geschrijnd onder zijn onverschilligheid.

‘Ik kon je niet vergeven. Toen niet.’ Ze zuchtte en wilde zijn armen om haar heen. ‘Gisteravond kwam het allemaal bij elkaar.’

Zijn grote lichaam sidderde, en toen sloten twee sterke armen om haar in een greep die duidelijk maakte dat hij haar nooit meer zou laten gaan. ‘Ik ben blij dat je eindelijk kon rouwen, maar ik hoop vurig dat je nooit meer zo’n verdriet hoeft te voelen. Ik voel me er totaal ontmand door.’