Schaduwjury(49)
Maar we vermanen u ook aan de woorden van de apostel Paulus te denken. Niemand die onwaardig is, kan aan het avondmaal deelnemen. Als uw hart niet oprecht is, of als u om de een of andere reden niet wilt deelnemen, kom dan naar voren en sla uw armen voor uw borst. In plaats van deel te nemen aan het avondmaal, zal een van onze ouderlingen of ik met u bidden om een zegen.'
Ze begonnen aan de liturgie, haar vader las voor en de gemeente herhaalde. Het eerste gedeelte van de liturgie bevatte het gebed van berouw.
'Laten we nu onze zonden tegenover God en onze naasten belijden,' zei haar vader.
De gemeente antwoordde gemeenschappelijk: 'Genadige God, we belijden dat wij in gedachten, woorden en werken tegen U gezondigd hebben, door wat we gedaan en door wat we nagelaten hebben.'
Het gebed ging verder, maar die eerste woorden bleven in Kelly's hart haken.
Door wat we gedaan hebben. Door wat we nagelaten hebben.
Vijf jaar lang had Kelly de last van wat ze gedaan en wat ze nagelaten had met zich meegedragen. Ze had het aan niemand beleden, zelfs niet aan haar vader. Ze had niet geprobeerd het in orde te maken met de autoriteiten. God was afstandelijk geworden, haar gebeden onregelmatig en ze was nog maar zelden naar de kerk gegaan.
Ze had het druk. Ze was moe.
En om eerlijk te zijn, ze was van God weggerend.
Toen haar rij ging staan en naar voren liep, bemerkte Kelly dat ze tussen haar twee broers gevangen zat. Zoals altijd liepen ze langs haar vader. Het laatste jaar had ze deelgenomen aan het avondmaal, en had ze haar schuld verdrongen. Ze had de vermaning van de apostel Paulus terzijde gelegd, zodat ze van Kerst zou kunnen genieten, maar later was haar gevoel van schuld weer teruggekomen. Samen met een gevoel van berouw en van hypocrisie.
Door wat we gedaan hebben. En door wat we nagelaten hebben.
Ze stond nu voor haar vader. Hij had een stukje brood in zijn hand en wachtte tot ze haar handen zou ophouden om het symbool van Christus' verbroken lichaam te ontvangen.
In plaats daarvan sloeg ze haar armen voor haar borst.
Haar vader deinsde niet achteruit. Hij legde zijn hand op haar schouder, sloot zijn ogen en vroeg om de zegen van God over haar.
.
Op weg naar huis regelde Kelly's vader het zo dat ze met hem mee reed. Ze vond het fijn dat ze de kans kreeg om een paar minuten met hem alleen te zijn voordat ze weer te maken zouden krijgen met alle drukte in het huis op Kerstavond. Het herinnerde haar aan haar tijd op de middelbare school, toen haar vader haar vroeg in de morgen naar zwemles gereden had, hoewel ze haar eigen rijbewijs had.
'Wat vond je van de preek?' vroeg hij.
'Vijftien minuten. Waarom zou ik hem niet goed vinden?'
'Mensen willen op Kerstavond geen lange preek. Ze hebben alleen maar behoefte aan een geheugensteuntje. Even tijd om op adem te komen en er weer aan herinnerd te worden.'
'Hij was heel goed, pa. Zoals altijd.'
Haar vader hield zijn ogen op de weg gericht. 'Ik ben echt trots op je, Kelly. Je bent een uitzonderlijke jongedame.' Hij wachtte even. Ze verwachtte een maar, en hij stelde haar niet teleur.'Maar je bent altijd hard voor jezelf geweest.'
En dit van een man die weet hoe hij je een schuldgevoel aan moet praten. Haar vader had een vriendelijke, zachtaardige manier van optreden, maar hij wist hoe hij emoties moest aanpakken. Zeker berouw.
'Ik heb een goede leraar gehad.'
Hij keek haar met een begrijpende glimlach aan. Haar vader was te eerlijk om hier tegenin te gaan. Niemand was harder voor zichzelf dan hij.'Is er iets waarover je wilt praten, Kelly?'
Ze liet de vraag even in de lucht hangen. Het was verleidelijk om haar vader alles te vertellen. Na de eerste schrik zou hij het op de een of andere manier begrijpen, wist ze. Maar er was iets wat haar ervan af hield - misschien het verdriet dat het hem zou doen; misschien haar eigen schaamte over wat ze gedaan had; misschien het feit dat de herinnering eraan door de loop van de tijd begon te vervagen en dat ze de wond niet opnieuw wilde openrijten.
'Het is wel goed, pa. Maar ik bevind me momenteel in een situatie dat ik niet aan het avondmaal kan deelnemen.'
Hierop volgde een lange stilte. Het was een oud trucje dat Kelly in haar studententijd had doorgekregen. Haar vader zou gewoon blijven zwijgen tot ze uit eigen beweging zou gaan praten. Vroeg of laat zou ze, gedreven door haar geweten en de oorverdovende stilte, haar bekentenis afleggen. Maar ze was nu ouder. Wijzer. Een advocaat.
'Ik werk eraan, pap. Het is een van die dingen die ik helemaal zelf moet doen.'
27
Toen Jasons vader op Eerste Kerstdag om tien uur wakker werd, nam hij een kop koffie en spoelde vervolgens een paar aspirines weg tegen de hoofdpijn. Toen verontschuldigde hij zich.
'Ik meende niet wat ik gisteravond zei,' slaagde hij erin zacht en met dikke tong te zeggen. 'Het kwam door de drank.'
'Maak je er maar niet druk over.'
'Je hebt werk te doen. Geef ze er goed van langs.'