Reading Online Novel

Onbewaakt ogenblik(55)



                 Ze schrok op toen de telefoon ging. Omdat ze nu toch overal goed warm was, deed ze haar ogen open en maakte aanstalten om uit het bad te stappen.

                 Ze zou de telefoon nooit bereiken.

                 ‘Dag, Loretta. Weet je nog wie ik ben?’

                 De man stond over haar heen gebogen. In zijn beide handen hield hij een staaf metaal met twee afgeplatte uiteinden.

                 Ze zou gegild hebben als hij haar niet met de staaf onder water had geduwd. Voor een vrouw op leeftijd was Loretta redelijk sterk, maar dat was lang niet sterk genoeg. Ze sperde haar ogen steeds wijder open en terwijl haar lichaam begon te schokken, greep ze de staaf beet, zodat er een plens water over de rand van het bad spatte. Uiteindelijk moest ze echter wel diep inademen, haar longen vulden zich met water en daarna duurde het niet lang meer.

                 Hij tilde de staaf op en keek eens aandachtig naar het gezicht van de overleden vrouw. Haar verschrompelde lijf bleef op de bodem van de badkuip liggen, haar levenloze ogen staarden hem aan. De telefoon rinkelde niet meer en het was stil in huis. Hij liep de kamer uit, zocht naar Loretta’s portefeuille en liep ermee naar de badkamer. Het geld dat Michelle de vrouw had gegeven, vijf briefjes van twintig, zat netjes weggestopt in een vakje. Hij haalde het eruit.

                 Hij stak de staaf onder Loretta’s lijk door en tilde haar het water uit. Met zijn in een handschoen gestoken hand maakte hij haar mond open en propte het geld erin. Daarna duwde hij haar kaken op elkaar en liet haar los, zodat ze weer naar de bodem van de badkuip zakte. De uiteinden van de bankbiljetten staken uit haar mond. Het was geen fraai gezicht, maar voor een chanteur vond hij het een heel passend einde.

                 Daarna zocht hij een tijdje naar het voorwerp dat ze al die jaren geleden had meegenomen, maar het was er niet. Zou hij na al die tijd dan toch nog achter het net vissen? Was Loretta misschien toch degene die het laatst lachte? Maar zij lag dood in een badkuip vol water, met een prop bankbiljetten in haar mond. Dus wie lachte er nou eigenlijk? Hij pakte de ijzeren staaf en verliet het huis via dezelfde route waarlangs hij was gekomen.

                 De Buick startte en reed ratelend weg. Dat hoofdstuk uit zijn leven, dat losse eindje, was eindelijk voorbij. Hij moest Michelle Maxwell maar een bedankbriefje sturen, en misschien nog wel een paar andere dingen ook. Hij zou er nooit achter zijn gekomen wie de vrouw eigenlijk was als de Secret Service-agente niet hiernaartoe was gekomen om vragen te stellen. Loretta Baldwin had geen deel uitgemaakt van het oorspronkelijke plan. Ze was niet meer dan een buitenkansje, een onverwachte mogelijkheid die veel te mooi was om er geen gebruik van te maken.

                 Voorlopig had hij niets meer in Bowlington te zoeken. Hij wenste Loretta Baldwin een eeuwigheid in de hel voor al haar misdaden. Ongetwijfeld zou hij haar daar op een gegeven ogenblik wel tegenkomen, en wie weet, misschien zou hij haar daar dan helemaal opnieuw kunnen vermoorden.

                 Stel je voor! Dat was nou een interessante gedachte!





•22•

                 Lusteloos wierp King zijn lijn uit en hij haalde die daarna langzaam weer in. Het was nog maar een uur na zonsopgang, maar hij stond al op zijn steiger. De vissen wilden niet bijten, maar dat deerde hem niet. De weidse bergketen leek somber peinzend toe te kijken op zijn ongeïnspireerde pogingen.

                 Joan had ongetwijfeld verschillende ingewikkelde motieven voor haar aanbod. Bij welke daarvan speelde hij meer dan alleen een financiële rol? Waarschijnlijk bij geen enkele. Over het algemeen waren Joans plannen alleen maar gericht op het bevorderen van haar eigenbelang. In elk geval wist hij nu waar hij aan toe was met de vrouw.

                 Bij Jefferson Parks was King minder zeker van zijn zaak. De marshal leek oprecht, maar dat hoefde niet meer dan een façade te zijn. Dat was bij politiemensen vaak zo, wist King. In zijn tijd als rechercheur bij de Secret Service had hij dat spelletje zelf ook wel gespeeld. King twijfelde er niet aan dat degene die schuldig werd bevonden aan de moord op Howard Jennings, wie het ook mocht zijn, de volle laag zou krijgen, en hij wilde er heel zeker van zijn dat hem dat niet zou overkomen.