Nachtvlucht(104)
‘Hij heeft een fout gemaakt. Susan leefde nog.’
‘Hij dacht dat ze dood was. Er was geen hartslag meer, zegt hij. In zijn haast heeft hij waarschijnlijk niet goed opgelet. Of haar hartslag was nauwelijks nog meetbaar, dat is ook goed mogelijk. Misschien is ze in shock geraakt.’
Ik balde mijn vuisten en kneep zo hard tot ik pijn voelde. Ik had ergens gelezen dat je lichaam maar op één plek tegelijk pijn kan voelen.
‘Ik kan maar niet begrijpen waarom Ron ons niet heeft ingelicht over zijn vermoedens omtrent Danny,’ zei Nick.
‘Dat heeft hij wel gedaan, alleen tegen de verkeerde persoon, al kon hij dat toen nog niet weten. En zo vreemd vind ik het niet. Lucas was zijn zoon. Ik denk dat hij nooit van plan is geweest om Lucas, Danny of de anderen aan te geven. Het bewijs waar hij naar op zoek was, wilde hij gebruiken om ze te bewegen ermee op te houden. Ron wilde zijn zoon beschermen. Ik geloof dat Ron misschien ergens geloofde dat het zijn schuld was dat Lucas op het slechte pad was geraakt.’
‘Maar waarom is hij zelf op Alex afgegaan?’ vroeg Nick.
‘Heb ik je weleens verteld over die keer dat Ron een moedereend en haar kuikens wilde redden?’
Nick keek me bevreemd aan, maar zei niets en dus ging ik door.
‘Ron moet een jaar of twaalf geweest zijn, ik ongeveer zes. We kwamen uit het zwembad en fietsten naar huis. Bijna altijd namen we de route door het dierenparkje dat er toen nog was. Dat duurde langer dan de route door de winkelstraat, die ik liever nam, maar Ron mocht deze keer kiezen. Er scharrelden nogal wat beesten rond in het parkje. Eenden, herten, kippen en zelfs een paar pauwen. We kwamen de bocht om en zagen hoe een stel jongens, pubers, en dus ouder en een stuk groter dan wij, probeerden een moedereend en haar kuikens te verdrinken. Voordat ik hem kon tegenhouden, kwakte Ron zijn fiets op de grond en stoof op ze af.’
Nick kneep in mijn hand.
‘Hij moest naar huis lopen omdat ze zijn fiets hadden vernield. Hij maakte geen schijn van kans. Snap je wat ik bedoel? Hij ging meteen over tot actie in plaats van na te denken.’
‘Ik moet steeds denken aan die vechtpartij die ochtend op het bureau. Als dat niet was gebeurd… Ron was woedend op Peter omdat hij hem naar huis stuurde.’
‘Denk je dat hij daarom niet meteen na zijn gesprek met Mesut naar jullie is gegaan? Dat zullen we nooit weten, Nick.’
‘Kom, laten we teruggaan,’ zei Nick. ‘Het gaat zo regenen.’ Hij wees naar een grote, grijze wolk die als een vrachtschip langzaam de haven binnenvoer.
‘En Danny?’
‘Alex wilde het een tijdje rustiger aan doen na Rons dood, om zich niet verdacht te maken, maar Danny was het niet met hem eens.’
‘En omdat hij bang was dat Danny gepakt zou worden en zou gaan praten…’
‘Vermoordde hij hem. Dat ongeluk werd hem in de schoot geworpen. Wederom zou niemand hem ergens van verdenken. Hij was immers de politieman die te hulp schoot. Hij dacht dat iedereen dood of bewusteloos was, maar Michiel heeft gezien hoe hij benzine over de auto goot en die in brand stak. Alex heeft zijn vingerafdrukken weggeveegd, is naar de bewusteloze Erik gegaan om zijn vingerafdrukken op de jerrycan aan te brengen en heeft vervolgens de jerrycan in Eriks kofferbak gezet. En dat allemaal in luttele minuten. Behoorlijk koelbloedig.’
‘Waarom heeft Michiel niks gezegd? Dan was Alex al veel eerder gepakt,’ zei ik, plotseling kwaad. We kwamen weer op de weg terecht en ik stampte met mijn voeten om de modder onder mijn schoenen vandaan te krijgen. Mijn broekspijpen zagen donker.
‘Volgens Michiel duurde het even voordat het tot hem doordrong wat hij had gezien. Je moet niet vergeten dat hij behoorlijk in de kreukels lag. Lange tijd geloofde hij dat het een droom was geweest. Want waarom zou Alex Danny willen vermoorden? Hij begreep er niks van. Hij wist immers niets van Danny’s afspraak met Alex. Tegen de tijd dat hij begon te geloven dat zijn hersenen geen rare trucjes met hem uithaalden, durfde hij niks meer te zeggen. Het was Michiels woord tegen dat van Alex, een politieman met een uitstekende staat van dienst en een vlekkeloze reputatie. En toen kwam jij ook nog eens met je beschuldigingen. Het werd Michiel allemaal te veel en daarom ging hij ervandoor. Hij was bang, helemaal na Lian. Het zijn tot slot van rekening nog kinderen, al gedragen ze zich niet altijd zo.’
‘Wisten Lian en hij van de inbraken?’
‘Ze hadden zo hun vermoedens toen sommige jongens met geld begonnen te smijten en af en toe vingen ze iets op, maar ze vroegen er verder niet naar. Lian heeft het een keer geprobeerd, maar kreeg te horen dat ze zich er niet mee moest bemoeien. Volgens mij wilden ze het liever ook niet weten. Wat niet weet, wat niet deert.’
‘Hoe kun je zo je kop in het zand steken?’