Reading Online Novel

Lokroep(75)



Ze liet haar slaapkamerdeur open, zodat ze kon zien wanneer Harper het licht op haar kamer uitdeed. Toen dat gebeurde, bleef ze voor de zekerheid nog een uur in bed liggen.

Zonder het licht op haar kamer aan te doen sloop ze door haar kamer. Ze pakte haar rugzak die aan de deur van de kast hing en hoewel ze het moeilijk vond om te kiezen, stopte ze er uiteindelijk toch enkele persoonlijke bezittingen in.

Ze wist nog steeds niet zeker of ze met de sirenen mee zou gaan, maar thuisblijven was helemaal geen optie. Als ze ervoor koos om te sterven, hoefde haar familie daar geen getuige van te zijn. Ze konden maar beter denken dat ze was weggelopen en nog in leven was. Dan hadden ze tenminste nog hoop. Dat was het enige wat ze haar familie kon geven.

Uiteindelijk stopte ze nog een paar kleren en een ingelijste foto van haarzelf, Harper en hun moeder, die op haar nachtkastje stond, in haar rugzak.

Ze bleef even aarzelend in de deuropening staan en overwoog om een briefje achter te laten. Maar wat moest ze in hemelsnaam schrijven?

Zachtjes sloop ze het huis uit. Even wierp ze een blik op het huis van de buren. In Alex’ slaapkamer brandde licht. Het raam stond open en vaag hoorde ze het geluid van de muziek waar hij naar luisterde.

De hele dag was ze bezig geweest met de voorbereiding voor haar vertrek, maar Alex had ze opzettelijk gemeden. Ze vond het al moeilijk genoeg om haar vader en zus achter te laten.

Met gebogen hoofd liep ze over het gazon. De kortste weg naar de baai was via de achtertuin van de buren. Buiten was de lokroep van het waterlied nog sterker. Ze móést zwemmen.

‘Gemma,’ klonk ineens Alex’ stem achter haar.

Gemma hoorde een hordeur dichtslaan, maar ze liep gewoon door.

‘Gemma!’ riep Alex. Hij rende achter haar aan.

‘Sst!’ Ze draaide zich met een ruk om. ‘Wat doe jij hier?’

‘Ik zag je door het raam.’ Hij bleef vlak voor haar staan. ‘Wat doe jíj hier?’

‘Sorry, ik heb haast.’

‘Je moet ’s avonds niet alleen op pad gaan. Je weet toch dat er een moordenaar rondloopt?’ Hij zette een stap in de richting van zijn huis. ‘Wacht even. Ik haal mijn schoenen en ga met je mee.’

‘Nee, Alex. Ik ga weg. Voorgoed.’

‘Wat?’

In het flauwe maanlicht kon ze zien dat hij schrok.

‘Waar ga je naartoe?’

‘Dat weet ik niet, maar je kunt niet met me mee.’

Hij zette weer een stap naar haar toe, waarop zij een stap terug deed.

‘Alex, ik kan het niet.’

‘Wat kun je niet?’

‘Afscheid van je nemen.’ Ze slikte haar tranen weg en probeerde de pijn in haar hart te negeren.

‘Doe het dan niet,’ zei hij simpelweg. ‘Blijf hier. Bij mij.’

‘Nee, dat kan niet.’ Ze liep verder en toen hij achter haar aan kwam, zei ze: ‘Nee, Alex. Je kunt niet met me mee. Ik wil niet dat je meegaat.’

‘Wat is er dan? Misschien kan ik je helpen.’

‘Nee.’ Ze schudde resoluut haar hoofd en besefte dat er niets anders op zat dan hem te kwetsen. ‘Je snapt het niet, Alex. Ik wíl niet dat je meegaat. Ik vind je niet eens leuk. Je bent saai en duf. Ik had je alleen maar nodig omdat je een auto hebt, maar... eh... nu hoef ik je niet meer.’

Zijn mond viel open van verbazing. ‘Dat kun je niet menen.’

‘Jawel,’ hield ze vol. ‘Laat me alsjeblieft met rust. Ik wil je nooit meer zien.’ Ze draaide zich om en rende zo hard als ze kon van hem weg.

Haar gebroken hart bonsde tegen haar ribben en door de tranen kon ze moeilijk zien waar ze naartoe ging. Maar dat was ook niet nodig, want de lokstem van de zee vertelde haar precies waar ze naartoe moest.





24



Monsters

Pas toen Gemma het water in dook en in een zeemeermin veranderde, verstomde het waterlied. Ze ademde diep in en sloot haar ogen. Ze kon de sirenen niet horen, maar ze voelde dat ze er waren. Ze werd naar ze toe getrokken, net zoals het water haar lokte.

Als dat niet zo was, had ze de sirenen nooit kunnen terugvinden. Want hoewel ze eigenlijk naar de inham had willen gaan, voelde ze dat ze op de een of andere manier in de richting van Bernies Eiland werd getrokken.

Nog voor ze boven water kwam, hoorde ze keiharde muziek over het eiland schallen. Het was Ke$ha. Ze kon zich niet voorstellen dat Bernie van dat soort muziek hield.

Gemma hees zich op de steiger. Dat was nog best lastig met die onhandige staart. Vanaf de steiger zag ze Bernies blokhut door de bomen oplichten als een vuurtoren.

Toen ze weer gewone benen had, zocht ze in haar rugzak naar haar kleren. Ze waren kletsnat, maar alles was beter dan in haar blootje over het eiland te moeten lopen.

Ze nam het slingerpaadje naar Bernies huis. De ramen stonden wijd open. De muziek galmde naar buiten. Gemma wist zeker dat de sirenen binnen waren. Voordat ze het huis inging, besloot ze eerst stiekem door het raam te kijken wat ze aan het doen waren.