Lokroep(7)
‘Ik heb een paar eieren gekookt,’ zei Gemma met volle mond. Aan de gele kruimels op haar kin te zien was ze zelf net een ei aan het wegwerken. ‘Ik heb ze alle twaalf gekookt, dus neem jij er ook maar een paar.’
‘Dank je.’ Geeuwend ging Harper aan de keukentafel zitten.
Gemma stond naast de geopende vaatwasser en sloeg haastig een glas sinaasappelsap achterover. Toen ze klaar was, zette ze het glas in de vaatwasser, naast haar vuile bord. Ze was al aangekleed – ze droeg een vale jeans en een T-shirt – en haar haren waren samengebonden in een paardenstaart.
‘Ik moet naar de zwemtraining,’ zei Gemma terwijl ze de keuken uit liep.
‘Waarom zo vroeg?’ Harper leunde achterover in haar stoel zodat ze door de geopende deur kon zien hoe Gemma haar schoenen aantrok. ‘De training begint toch pas om acht uur?’
‘Klopt, maar mijn auto is kapot, dus moet ik op de fiets.’
‘Je kunt wel met mij meerijden,’ bood Harper aan.
‘Ach nee, laat maar.’ Gemma pakte haar sporttas en controleerde of ze alles bij zich had. Vervolgens pakte ze haar iPod en stopte die in haar broekzak.
‘Je mag niet naar muziek luisteren als je op de fiets zit,’ hielp Harper haar herinneren. ‘Dan hoor je het verkeer niet aankomen.’
‘Laat me toch,’ zei Gemma terwijl ze het snoer met de oordopjes om haar hals deed.
‘Het gaat regenen vandaag,’ zei Harper.
Gemma griste een grijze sweater van de kapstok en hield hem omhoog zodat haar zus hem kon zien. ‘Ik heb mijn hoodie bij me, oké?’ Zonder Harpers reactie af te wachten draaide Gemma zich om en opende de voordeur. ‘Tot ziens!’
‘Fijne dag!’ riep Harper haar na, maar Gemma had de deur al achter zich dichtgeslagen.
Harper bleef nog even in de keuken zitten om langzaam wakker te worden totdat de stilte haar begon te storen. Ze sprong op en zette de radio aan. Haar vader had hem altijd afgestemd op de zender met classic rock, zodat ’s morgens regelmatig de stem van Bruce Springsteen door de keuken schalde.
Toen ze de koelkast openmaakte om iets eetbaars te pakken, viel haar oog op het verfrommelde papieren zakje met haar vaders lunch. Voor de zoveelste keer was hij zijn lunch vergeten. Nu zou ze in haar eigen lunchpauze naar de haven moeten gaan om hem zijn brood te brengen.
Nadat ze had ontbeten, werkte Harper snel de ochtendklusjes af. Ze maakte de koelkast schoon, gooide restjes weg, zette de vaatwasser aan en nam het afval mee naar buiten. Het was dinsdag vandaag en op de felgekleurde klusjeskalender die ze zelf had gemaakt stond in grote blokletters WASSEN en BADKAMER SCHOONMAKEN geschreven.
Harper begon met de was, omdat die de meeste tijd kostte. Terwijl ze bezig was, ontdekte ze dat Gemma een van haar topjes geleend moest hebben en er chilisaus op had geknoeid. Ze moest niet vergeten om haar daar vanavond op aan te spreken.
De badkamer was een ramp om schoon te maken. In het doucheputje vond ze altijd onevenredig veel goudbruine haren. Haar eigen haar was donkerder, ruwer en langer, dus het waren duidelijk Gemma’s haren die voor verstopping in de leidingen zorgden.
Toen Harper klaar was met de klusjes, friste ze zich op en ging naar haar werk. Inmiddels was het, zoals ze die ochtend al had voorspeld, gaan regenen. Een pittige bui, waardoor ze naar haar auto moest rennen om niet helemaal doorweekt te raken.
Vanwege de regen was het iets drukker dan normaal in de bibliotheek waar Harper werkte. Haar collega Marcy wilde het liefst de boeken terugzetten en de kasten opruimen, zodat Harper de klanten moest helpen met het innemen en uitlenen van boeken.
Hoewel de bibliotheek over een automatisch systeem beschikte en de mensen zonder hulp van de medewerkers hun boeken konden terugbrengen en meenemen, waren er altijd een paar mensen die hulp nodig hadden. Of er waren mensen met vragen over boetes en reserveringen, en een aardig oud vrouwtje vroeg hulp bij het zoeken naar dat ene boek ‘met die vis – of was het een walvis? – en dat meisje dat verliefd werd’.
Tegen lunchtijd was het opgehouden met regenen, en meteen was ook het spitsuur in de bibliotheek voorbij. Marcy was tot die tijd met opzet in de achterste rijen bezig geweest met boeken opruimen, maar kwam nu uit haar schuilplaats tevoorschijn en ging naast Harper achter de balie zitten.
Hoewel Marcy zeven jaar ouder was en officieel haar baas, was Harper toch de meest verantwoordelijke van de twee. Marcy was dol op boeken. Om die reden was ze bij deze baan beland. Maar ze zou het prima hebben gevonden om de rest van haar leven met niemand meer te hoeven praten. Er zat ter hoogte van haar knie een gat in haar jeans en op haar T-shirt stond de uitspraak IK LUISTER NAAR BANDS DIE NOG OPGERICHT MOETEN WORDEN.
‘Gelukkig is de drukte voorbij,’ zei Marcy terwijl ze aan een elastiekje van de elastiekbal trok.