Reading Online Novel

Gestapo(128)



'Er wordt tegenwoordig veel gestorven,' filosofeerde de Ouwe, 'en wij gaan binnenkort weer naar het front. Het marsbataljon staat gereed.'

'Ik ben een held,' riep Broertje lallend.

Porta viel op het gazon voor het hoofdgebouw neer.

Met enige moeite ontdekte hij dat hij nog kon zitten.

'Laten we iets zingen voor de smeerlappen die nog maffen,' stelde hij voor. 'Ik weet dat kolonel Hinka een griet bij zich heeft. Ik ken haar, maar dat kreng wil hogerop en ze laat zich niet in met een Obergefreiter.'

Zijn zware stem dreunde als een orgel:

Im schwarzen Keller zu Askalon

da kneipt ein Man drei Tag,

bis dass er wie ein Besenstiel

am Marmortische lag.





Bij alle profeten,' vloekte de Légionnaire terwijl hij zijn uitrusting in een hoek smeet, 'dat ik op mijn leeftijd nog weer instructeur moet worden!'

Hij moest de rekruten drillen die uit gevangenissen, kazernes en kampen kwamen en naar ons onderdeel waren overgeplaatst. Sommigen waren nog zo groen als gras.

'Waarom ben je instructeur geworden als je het rotwerk vindt?' vroeg Broertje en hij beet in een homp spek die hij de foerier van de 8ste compagnie had afgekaapt.

De kleine Légionnaire haalde zijn schouders op, stak een van zijn eeuwige sigaretten op, blies de rook door zijn neusgaten en drukte het vurige puntje peinzend op een halfdode bij die zich over de tafel voortsleepte.

'En waarom ben jij soldaat geworden?'

'Dat kan ik je zo zeggen,' antwoordde Broertje met zijn mond vol spek. 'Ik kon kiezen: de slaaf worden van een schijnheilige boer of in het leger gaan. Toen heb ik me op mijn zestiende bij de cavalerie gemeld. Daar wilden ze me niet hebben. Ik was te lang, zeiden ze. Ze hebben me met een paar stompen in mijn gezicht teruggestuurd naar de infanterie. Daar heb ik alle officieren bij het marcheren hels gemaakt. Alleen maar door mijn ene voet voor de andere te zetten. Na een paar uur hadden ze schoon genoeg van me. Ze dachten dat ze een joch dat in een gesticht was opgevoed, wel klein konden krijgen. Daarom hebben ze me op het exercitieterrein zand laten vreten. Dagen later scheet ik nog zand als een worm, maar het beviel me toch beter dan bij zo'n mispunt van een boer. En zo ben ik hier terechtgekomen.'

De Légionnaire knikte.

'Natuurlijk, kameraad. Ik heb geen ervaring met weeshuizen en verbeteringsgestichten, maar wel met de honger en de werkloosheid. Goed, ik ben de Duitse rotzooi op een regenachtige avond in '32 ontvlucht. Ik ben naar Parijs gegaan, omdat ik hoopte daar de zon te vinden. Maar niks hoor, het was er even somber als in Berlijn. Toen heb ik me laten adopteren door een hoer, met wie ik kennis had gemaakt terwijl ik op de Boulevard Saint-Michel stond te wachten op de autobus voor het Luxembourg. Die heeft me Frans geleerd. Vooral in bed. Ik werd haar Jules. Maar plotseling zaten de smerissen me achter mijn broek. Van alle rottige mogelijkheden heb ik de rottigste gekozen, het rekruteringsbureau van het Vreemdelingenlegioen, waar ik door een sergeant werd ontvangen. Hij heeft me schaterend een formulier toegeschoven. Buiten wachtten de smerissen al.

"Wat doe je liever?" vroeg de sergeant. "Bij ons genieten van je vrijheid of je laten opsluiten in het fort Saint-Martin-de-Ré?"

Op dat moment stak één agent zijn hoofd om de deur.' vervolgde de Légionnaire, 'en dat ogenblik heeft over mijn leven beslist. Allah had gekozen. Vier weken later vrat ik zand in de buurt van Casablanca. Ik vergat Jeannette en ik kreeg een andere, die Aisja heette. Hetzelfde temperament. Maar deze woonde in het negerdorp.'

Hij wierp zich op zijn bed dichtbij het raam en brulde een rekruut toe:

'Vooruit, vooruit, smeerlap. Maak mijn uitrusting schoon en een beetje vlug en ik waarschuw je voor de gevolgen als de hele zaak niet glimt als een spiegel wanneer je klaar bent!'

Hij wierp de dodelijk geschrokken rekruut een laars naar het hoofd; het was een grijsaard van drieënzestig, die aan de oever van de Dnjepr, ten noorden van Kiew, de heldendood zou sterven.





VERTREK NAAR HET FRONT


De volgende dag deed zich tijdens een oefening waarbij met scherp werd geschoten, een betreurenswaardig incident voor. Feldwebel Brandt werd dodelijk getroffen, terwijl hij op de schietbaan in de kuil lag. Hij had vier kogels precies middenin zijn voorhoofd. De toezichthoudende officier werd enkele uren vastgehouden, daarna liet men hem gaan.

Terwijl het lijk tussen de lege munitiekisten en het schoonmaakgerei op de vrachtauto werd geladen, zei Broertje tevreden tegen Porta:

'Wat is zo'n lijk toch ongelooflijk zwaar. Je zou denken dat het lichter werd als de ziel er uit was.'

Ze klommen in de laadbak. Porta haalde een pak speelkaarten voor de dag. Ze installeerden zich aan weerskanten van het lijk, dat als tafel dienst deed, Porta haalde een fles drank uit zijn zak, die hij Broertje aanbood.

'We hebben precies op hetzelfde moment geschoten, Julius en ik,' zei Broertje zonder blikken of blozen. 'Daar had hij niet van terug.' Hij dronk en veegde zijn mond af. 'God zij geloofd, met die schoft krijgen we geen last meer.'