Een nacht in(8)
Ze beet op haar lip en voelde haar maag samentrekken. Omdat ze had gewild dat haar vader trots op haar zou zijn en omdat ze haar moeder de laatste eer wilde bewijzen, had ze misschien haar enige kans op geluk verspeeld. Het was al erg genoeg dat ze Zahir sinds die nacht niet meer gezien had, maar ze moest er niet aan denken dat hij haar misschien wel verachtte vanwege de keuze die ze had gemaakt. ‘Nee, o, alsjeblieft…’
‘Wat zei je?’
Gina besefte dat ze in zichzelf had zitten praten en keek met een rood aangelopen gezicht naar haar bebrilde erudiete collega. ‘Niets. Ik was gewoon even in gedachten.’
‘Niet te geloven dat je al vaker in Kabuyadir geweest bent. Hoe was het daar?’ vroeg Jake, terwijl hij de borden volgde naar de parkeerplaats.
Gina deed haar ogen even dicht en werd meteen overspoeld door herinneringen: de geur van exotische specerijen en wierook, het geluid van talen die hun oorsprong hadden in het oude Perzische en Byzantijnse rijk, de levendige kleuren van de goederen op de markt en het geurige parfum van de tuin van de familie Hussein, dat werd meegevoerd door de zwoele wind.
Maar vooral herinnerde ze zich Zahirs krachtige gezicht, met zijn ogen die zó donkerbruin waren dat hij haar met één oogopslag al om zijn vinger gewonden had.
‘De schoonheid van dat land valt niet in woorden uit te drukken. Misschien moet je het zelf maar beoordelen, als we er zijn.’
Jake glimlachte terwijl hij de auto parkeerde. ‘Goed, dat zal ik doen. Hoe is het trouwens met professor Collins? Waar werkt hij momenteel aan?’
Jake klonk tegelijkertijd bewonderend en nieuwsgierig, en Gina probeerde een neutraal gezicht te trekken. Normaal gesproken probeerde ze werk en privé strikt gescheiden te houden, maar het was onvermijdelijk dat haar ambitieuze jonge collega nieuwsgierig was. In het begin had hij haar al opgebiecht dat hij een groot bewonderaar van Jeremy Collins was, vanwege wat haar vader had bereikt in zijn lange befaamde carrière.
‘Ik heb geen idee waar hij nu aan werkt, maar de laatste tijd voelt hij zich eerlijk gezegd niet zo goed. Gelukkig heb ik een nieuwe huishoudster voor hem kunnen vinden. Volgens mij is ze heel attent en zorgzaam, dus ik ga ervan uit dat ze goed voor hem zal zorgen zolang ik weg ben.’
Ze hoopte maar dat ze niet zo gespannen klonk als ze zich voelde. Opeens kwam haar vader erg vergeetachtig en broos over, en het zat haar niet lekker dat hij zoveel moeite had met dagelijkse karweitjes die andere mensen gemakkelijk afgingen.
Daarom was ze ook zo blij dat ze Lizzie Eldridge gevonden had, die de perfecte huishoudster voor hem zou zijn. Als alleenstaande moeder van in de veertig was ze nuchter, praktisch ingesteld en vriendelijk. Het had meteen geklikt tussen haar en Gina’s vader. Bij haar was hij in goede handen, dacht ze, terwijl ze haar koffer naar de bushalte reed, vanwaar ze naar het vliegveld gebracht zouden worden.
‘Ik kan niet wachten om het sieraad in het echt te zien,’ merkte haar collega enthousiast op. ‘Die diamant – of de Almas, zoals zij hem noemen – is echt bijzonder. De sjeik zal vast niet arm zijn, dus ik vraag me af waarom hij hem verkoopt.’
‘Dat gaat ons toch niets aan?’ Gina trok haar wenkbrauwen op. ‘Ik vind het een groot voorrecht om de geschiedenis van zo’n juweel te mogen bestuderen, aangezien het al in de zevende eeuw vervaardigd is.’
‘Hm.’ Jake grijnsde. ‘Ik vraag me af hoe hij is, die “sjeik der sjeiks”, zoals hij bekendstaat. Kun je geloven dat we in zijn paleis mogen logeren, in plaats van in een aftands hotel vol vlooien?’
‘Zulke dingen zou ik maar niet zeggen in Kabuyadir, Jake. Dat is nogal respectloos.’
‘Ben je altijd zo braaf geweest, Gina?’ Het klonk plagerig, maar in zijn groene ogen achter de moderne bril lag een vragende blik. ‘Spring je nooit eens uit de band?’
Die vraag vond ze zó ongepast dat ze spontaan begon te blozen. In haar leven was ze één keer uit de band gesprongen. In Kabuyadir, om precies te zijn. Maar op dat moment had het helemaal niet fout geleken. Het had juist heel natuurlijk aangevoeld, omdat ze haar gevoel was gevolgd. Ze had nog geen moment spijt gehad van dat moment waar anderen misschien op zouden neerkijken.
Ze streek over haar netjes opgestoken kapsel en werd weer overvallen door het verlangen Zahir te zien. ‘Ik ben heus niet perfect, Jake. Natuurlijk heb ik mijn zwaktes, net als iedereen. Laten we het daar maar op houden, oké?’
Er zijn van die momenten in een mensenleven waarop je iets ziet wat zo’n indruk maakt op het hart en het verstand, dat je het nooit meer zult vergeten. Het moment waarop Gina de uitgestrekte tuin vol marmer en mozaïektegels van sjeik Kazeem Khan in stapte, was zo’n moment.