Reading Online Novel

Een nacht in(32)



‘Gina!’ Snel dook hij op haar af. Hij wist haar nog net op te vangen voor ze de marmeren vloer raakte.





Hoofdstuk 8





Pas toen Zahir de deur van Gina’s kamer open duwde en haar naar het bed droeg, besefte hij dat hij gevolgd was. Zijn zus en twee bedienden – nog afgezien van Jamal – en uiteindelijk ook dokter Saffar, de arts die hij had laten halen door Jamal, liepen achter hem aan naar binnen.

Voorzichtig legde hij Gina op het bed, waarna hij haar schoenen uittrok en op de rand van het bed ging zitten. Zijn ongerustheid nam steeds verder toe naarmate haar ogen langer gesloten bleven. Toen hij haar hand in de zijne nam, schrok hij ervan hoe koud die aanvoelde.

Ondertussen kwam de arts aan de andere kant van het bed staan, en hij sloeg zachtjes op Gina’s bleke wangen.

Op dat moment drong het pas echt tot Zahir door dat er naar hen gekeken werd. ‘Wegwezen. Laat ons met rust!’

‘Mag ik blijven?’ Zijn zus had tranen in haar ogen.

‘Natuurlijk,’ zei hij, zonder zijn excuses aan te bieden omdat hij zo kortaf was geweest. Hij kon zich nog maar op één ding concentreren: Gina.

Toen hij weer naar haar keek, ondersteunde de arts haar hoofd en bewoog hij een flesje reukzout onder haar neus. Gelukkig sloeg ze daardoor haar ogen op, zodat hij haar helderblauwe irissen weer zag.

‘Wat is er gebeurd?’

‘Je bent flauwgevallen, liefje,’ antwoordde de arts.

Zijn vaderlijke toon verraste Zahir. De enige die hij tot nu toe zo vriendelijk had bejegend, was Farida.

‘Dat kan soms gebeuren als je erg geschrokken bent.’

‘Ik ben nog nooit eerder flauwgevallen.’

‘Voor alles is een eerste keer, en het is niets om je zorgen over te maken.’

De arts glimlachte weer, en Zahir was jaloers dat híj degene was die Gina gerust mocht stellen. Maar op dat moment richtte ze haar bezorgde blik op hem, en was het zijn beurt om naar haar te glimlachen.

Zachtjes nam hij haar koude hand in de zijne, en streelde die. ‘Wat heb je me laten schrikken,’ zei hij.

Zonder iets te zeggen tuitte ze haar lippen.

Toen Zahir voelde dat ze een kneepje in zijn hand gaf, maakte zijn hart een sprongetje.

‘Helaas moet ik u vragen ons even alleen te laten, majesteit. Ik moet doctor Collins onderzoeken.’ De arts maakte zijn tas open en keek over Zahirs schouder naar Farida. ‘U mag blijven om me te helpen, Uwe Hoogheid.’

In de hal begon Zahir met over elkaar geslagen armen te ijsberen. Buiten stak er een stevige woestijnwind op, die door de kieren tussen de ramen naar binnen kwam en de kroonluchters deed rinkelen.

Na wat een eeuwigheid leek, deed Farida de deur weer open. Haar voorhoofd was gefronst, en ze zag er verdrietig uit. ‘Dokter Saffar zegt dat je weer binnen mag komen.’

‘Is ze gewond?’ wilde hij weten.

Haar frons werd nog dieper. ‘Ze heeft lelijke blauwe plekken in haar hals en op haar sleutelbeen, maar daar heeft de dokter een zalfje voor voorgeschreven. Volgens mij heeft ze op het moment zelf niet gemerkt dat ze pijn had, en was ze vooral emotioneel erg aangedaan door het incident. Maar, Zahir…’

‘Wat is er?’

‘Ik vrees dat de dader Gina heeft aangezien voor mij. We zaten allebei met onze rug naar het kraampje met versnaperingen. Bovendien zijn we even groot, en ze droeg een jurk van mij, en een hidjab. Hafiz was bij ons, en droeg ons familiewapen op zijn tuniek. Bovendien ben ik bekend in Kabuyadir, maar zij helemaal niet. Waarom zouden de rebellen háár willen ontvoeren?’

‘Daar kan ik zo snel ook geen reden voor bedenken.’ Hij balde zijn handen tot vuisten en vloekte. Daarna wreef hij over zijn slapen en staarde hij zijn zus aan. ‘Zo te horen was het een opportunistische actie, die niet van tevoren was gepland. Waarom zou hij anders in zijn eentje hebben toegeslagen, op een druk marktplein? Nee, hij heeft vast ons familiewapen gezien en toen besloten jou te ontvoeren, om bij zijn leider in een goed blaadje te komen. Natuurlijk vind ik het vreselijk dat iemand jou zou willen ontvoeren, maar het maakt me ook woedend dat hij Gina kwaad heeft gedaan, aangezien zij hier helemaal buiten staat.’ Koortsachtig dacht hij na over zijn volgende stap.

‘Ze zal vast snel herstellen. Ze is een sterke vrouw, dat heeft ze vandaag maar weer eens bewezen.’

Hoewel Zahir het met haar eens was, keerde zijn maag zich om bij de gedachte dat die rebel haar zowat gewurgd had. Hij zwoer bij Allah dat hij het de man en zijn leider betaald zou zetten, net als iedereen die met hen omging. Deze keer zou er met Zahir niet te praten vallen.

‘Majesteit, het hoofd van de veiligheidsdienst wacht beneden op u.’ Jamal, die normaal gesproken zo kalm was, haastte zich naar hen toe en zag er zenuwachtig uit.