Reading Online Novel

Donker genot


Hoofdstuk 1





‘Dit is een geintje toch zeker?’ Neo Stamos staarde naar het certificaat waarop het logo van een lokale liefdadigheidsinstelling prijkte.

Zijn oudste en enige vriend, die bovendien zijn zakenpartner was, Zephyr Nikos, kon dit niet menen. Dat bestond gewoonweg niet. Hij had dat certificaat natuurlijk voor iemand anders gekocht en gebruikte het nu om zijn vriend een beetje te jennen.

‘Geen geintje. Gefeliciteerd met je vijfendertigste verjaardag, filos mou.’ In tegenstelling tot de beginjaren in Amerika, waarin ze enkel Engels met elkaar hadden gesproken om hun beheersing van de taal te vervolmaken, spraken ze tegenwoordig meestal Grieks om hun moedertaal niet te vergeten.

‘Wat moet ik hiermee? Jij als mijn vríénd zou toch beter moeten weten.’

‘Integendeel, juist omdat ik je vriend ben, weet ik hoe hard je dit nodig hebt.’

‘Pianolessen?’ Een jaar lang nota bene. Geen denken aan! ‘Dat dacht ik toch niet.’

Zephyr leunde tegen de rand van Neo’s op bestelling gemaakte mahoniehouten bureau, dat meer had gekost dan hij in het begin in een jaar had verdiend. ‘Nou, ik dacht het wel. Je hebt de weddenschap verloren, weet je nog wel?’

Neo beperkte zich tot een vuile blik omdat hij wist dat elk argument, hoe redelijk ook, enkel zou worden opgevat als een bewijs dat hij niet tegen zijn verlies kon. Als je een weddenschap afsloot, moest je ook de consequenties aanvaarden, dat was immers al jaren hun vaste stelregel. Hij had gewoon beter moeten weten dan er een aan te gaan met zijn doortrapte vriend.

Zephyrs blik verried dat hij drommels goed wist wat er in zijn kameraad omging. ‘Zie het maar als een recept van de dokter.’

‘Een recept voor wat? Om een uur per week te verspillen? Man, ik kan niet eens dertig minuten missen, laat staan een vol uur.’ Neo schudde zijn hoofd. Hij had een exclusief bureau gespecialiseerd in herenmode in de arm genomen om zijn designpakken voor hem te kopen en zo nodig te vermaken, en dat had hij niet gedaan omdat hij een snob was die met zijn rijkdom te koop wilde lopen.

Nee, Neo Stamos had domweg geen tijd om zelf te gaan winkelen.

‘Tenzij jij iets weet waarvan ik nog niet op de hoogte ben…’ Bijvoorbeeld dat een van hun vele projecten was komen te vervallen. ‘Er is echt geen ruimte in mijn werkschema voor pianolessen.’

Weddenschap of geen weddenschap.

‘Er is inderdaad iets waarvan jij geen weet hebt, Neo. Het heet leven en het wordt overal om je heen gedaan, maar jij hebt het zo druk met ons bedrijf dat het aan jou voorbijgaat.’

‘Stamos & Nikos Enterprises ís mijn leven.’

Zephyr schonk Neo een medelijdende blik, ook al had hij zelf niet minder hard gewerkt om het verleden achter zich te laten. ‘Het bedrijf moest ons een betere toekomst geven, een beter leven. Het was nooit de bedoeling dat het ons met huid en haar zou opslokken. Weet je nog wel, Neo? We gingen het helemaal maken. Voor we dertig waren, zouden we de top hebben bereikt.’

‘En dat is ons gelukt.’ Nog geen drie jaar nadat ze in Amerika aan land waren gegaan, hadden ze hun eerste miljoen verdiend. Weer een paar jaar later waren ze multimiljonair geweest, en tegen de tijd dat Neo dertig werd, hadden ze een gezamenlijk vermogen dat in de miljarden liep. Stamos & Nikos Enterprises was voor Neo echter veel meer dan enkel zijn naam in een briefhoofd, het was de spil waar alles in zijn leven om draaide. En dat vond hij prima.



‘Je wilde ooit een groot huis kopen, een gezin stichten. Staat je daar vaag nog iets van bij?’ vroeg Zephyr spottend.

‘Een mens verandert.’ Sommige jeugddromen kon je beter achter je laten. ‘Ik ben dik tevreden met mijn penthouse.’

Zephyr rolde met zijn ogen. ‘Daar gaat het niet om, Neo.’

‘Waar gaat het dan wel om? Dat ik die pianolessen echt nodig heb? Dat geloof je toch zeker zelf niet!’

‘Om je de waarheid te zeggen wel, ja. Altijd dikke stress en nooit eens wat ontspanning, dat is praktisch vragen om een hartinfarct. Als je me niet gelooft, geloof dan je huisarts, want die heeft het je na je laatste keuring ook verteld, dat weet ik toevallig.’

‘Ik sport zes dagen per week. Mijn maaltijden worden samengesteld door een expert op voedingsgebied. Mijn huishoudster houdt zich bij de bereiding strikt aan alle voorschriften, en ik eet regelmatiger dan jij. Lichamelijk is er niets mis met mij, ik ben juist in topvorm.’

‘Je slaapt maar zes uur per nacht en je doet nooit iets wat als uitlaatklep zou kunnen dienen voor alle stress in je leven.’

‘Hallo, ik sport zes keer per week. Noem je dat soms geen ontspanning?’

‘Nee, want dat is gewoon een andere vorm van presteren voor jou. Het is nooit genoeg, jij wilt altijd meer, beter.’