De toneelclub(35)
Haar week ‘ziek thuis’ had Elin niet alleen benut om uit te rusten en bij te lezen. Ze had ook veel aan Sirpa gedacht. En aan punt vijf op haar actielijst. Het was nogal wat om iemand dood te wensen, dat besefte ze terdege. Sirpa was een vreselijk mens, maar wel een mens, van vlees en bloed. Wie was zij om een einde aan dat leven te maken? Dat had ze zich de hele week afgevraagd. En keer op keer had ze zichzelf geantwoord: ik ben Elin van Driel, ik ben minstens evenveel waard als ieder ander en ik ben geen slachtoffer meer. Sirpa ziet mij als een minderwaardig, inferieur schepsel. Ze voelt zich ver boven mij verheven en maakt me, bewust en weloverwogen, het leven zuur. De vraag is niet wie ik ben om haar te veroordelen. De vraag is: wie is zij om mij zo te behandelen? En hoe lang laat ik haar daar nog mee doorgaan?
Niet lang. Maar voorlopig zou ze zich gedeisd houden. Ze had meer tijd nodig. Om na te denken, om voorbereidingen te treffen en niet in de laatste plaats om moed te verzamelen. Ze voelde dat ze bij een breekpunt was aanbeland. Een periode van omslag, waarin zaken helder werden en waarin ze keuzes moest maken die bepalend waren voor de rest van haar leven. De opwinding die ze daarbij voelde maakte haar ook ongeduldig. Maar ze moest niets overhaasten, waarschuwde ze zichzelf. Het had geen zin nu fouten te maken en nog jaren op de blaren te moeten zitten. Bij binnenkomst in de repetitieruimte zei ze haar medespelers dan ook vriendelijk gedag. Aan het ietwat overdreven enthousiasme waarmee de anderen haar teruggroetten, was merkbaar dat ze iets anders hadden verwacht. Elisabeth kwam naar haar toe met een bekertje koffie.
‘Hier Elin, word je warm van. Hoe gaat het? Ik heb zo veel aan je gedacht, de afgelopen weken.’
‘Dank je, het gaat goed, hoor,’ zei Elin en ze nam de koffie dankbaar aan.
‘Ik voel me erg vervelend over onze vorige repetitie, Sirpa zei het zo recht voor z’n raap. Vind je het wel oké om een andere rol te spelen?’
Elin glimlachte. ‘Het was geen leuke boodschap, maar ik ben eroverheen gestapt en heb de tekst van Athena goed in mijn hoofd. Maak je maar niet druk, alles komt goed.’
Samen dronken ze hun koffie, tot Sirpa met een luide knal de deur dichtsmeet en daarmee haar entree aankondigde.
‘Hallo allemaal, ik ben er, we kunnen beginnen!’ Met grote passen stevende ze op het podium af, schoof met één hand een stoel opzij en ging voor de groep staan. ‘Ik wil vandaag een doorloop doen. Het complete stuk van begin tot eind, zodat we zien waar de gaten vallen en waar nog verbetering nodig is. Iedereen op zijn plek, graag. Als het goed gaat, houden we halverwege pauze.’
Elin keek naar Sirpa, klaar voor een sneer of een spottende blik. Maar die bleven uit. De hele avond keurde Sirpa haar geen blik waardig. Ook op Elins Athena kwam geen commentaar. Aan het eind van de avond zei ze dat ze niet ontevreden was en dat ze die week thuis zou werken aan de scènes die nog niet lekker liepen. Toen pakte ze haar jas en ging weg.
‘Nou, onze regisseur is niet ontevreden, jongens, daar mogen we blij om zijn!’ riep Kees uit.
‘Ja, maar ik zal ook blij zijn als we klaar zijn,’ zei Jikke die direct kleurde toen ze merkte dat de anderen haar verbaasd aankeken. ‘Oeps, dat moet ik natuurlijk niet zo zeggen,’ mompelde ze.
‘Wat bedoel je dan?’ vroeg Elisabeth.
Beteuterd keek Jikke haar aan. ‘Nou ja, ik vind het leuk om toneel te spelen, en dit is een goed stuk. Maar... ja... de laatste weken gaat het er wel heel serieus aan toe. Kijk, ik ben geen professioneel acteur, dat weet ik ook wel. Ik ben hier voor mijn lol. Maar lol heb ik al een tijdje niet meer.’ Ze maakte een verontschuldigend gebaar. ‘Ja, sorry hoor. Ik maak het natuurlijk nog wel af. Maar ik denk dat ik het daarna even voor gezien houd, wat toneel betreft.’
‘Eigenlijk voel ik het ook zo,’ klonk de zachte stem van Pirette. ‘Ik ben hier om te leren en ik begrijp best dat een regisseur af en toe streng moet zijn, maar de sfeer is de laatste weken erg benauwend. Ik krijg er migraine van.’
‘Nou nou, dames, zo erg is het toch niet?’ Kees leek oprecht verbaasd. ‘Moet je kijken wat we met z’n allen in een paar weken hebben bereikt! Persoonlijk heb ik nog nooit in zo’n goed stuk gestaan. Het is toch geweldig om straks de première te spelen voor publiek? Mijn vrouw en kinderen komen kijken ik heb mijn halve kantoor uitgenodigd. Lachen toch?’ Hij sloeg Pirette joviaal maar iets te hard op haar schouder. ‘Kop op hoor, meissie, maak je niet druk! En trek je niet te veel aan van een opmerking hier of daar. Dat hoort er gewoon bij.’
Pirette wreef over haar schouder en glimlachte, maar Elin zag dat ze het niet met Kees eens was. Het deed haar goed dat twee van haar medespelers hun onvrede over Sirpa eindelijk uitspraken; al was het niet met zoveel woorden, Jikke en Pirette weten het gebrek aan spelplezier en de nare sfeer overduidelijk aan hun nieuwe regisseur. Mooi zo. Ze was dus niet langer de enige. Wacht maar, meiden, dacht ze, over een tijdje hebben jullie geen last meer van dat kreng. En ik ook niet.