Biljonairs & Baby's 10(27)
Natuurlijk had Mick hem geplaagd met zijn plotselinge afkeer van routine.
‘Deze nieuwe levensinzichten hebben zeker niet iets te maken met een zekere kinderboekenschrijfster, hè?’
Simon keek hem boos aan. ‘Bemoei je er niet mee.’
‘Ha, dat doet het wel.’ Mick volgde hem, terwijl hij de deur uitliep richting de lift. ‘Wat heeft ze gezegd dat je zo heeft geraakt?’
Hij was precies genoeg geërgerd door wat Tula gisteravond had gezegd dat hij Mick alles vertelde. Hij besloot met: ‘Ze kon per uur mijn dagindeling op haar vingers aftellen, verdorie.’
Mick lachte, terwijl de liftdeuren dicht gleden. ‘Ik wilde dat ik je gezicht had kunnen zien.’
‘Bedankt voor je steun.’
‘Kom op, Simon,’ zei Mick nog steeds grinnikend. ‘Je moet toegeven dat je jezelf in een aardige sleur hebt begraven de afgelopen jaren.’
‘Er is niets mis met een strak schema.’
Mick leunde tegen de muur. ‘Zolang als je jezelf de ruimte geeft om op adem te komen.’
‘Kies je partij voor haar?’
Grijnzend zei Mick: ‘Absoluut.’
Binnensmonds mopperend bij de herinnering liep Simon de trap op, achternagezeten door de nu onnatuurlijk aandoende stilte. Jarenlang had hij daarvan genoten. Nu, terwijl Tula en de baby pas een paar dagen in huis woonden, werkte de stilte claustrofobisch. Het voelde alsof de muren op hem afkwamen.
‘Belachelijk. Geniet gewoon van de rust nu het nog kan,’ sputterde hij.
Hij liep door naar zijn kamer en passeerde daarbij de kinderkamer. De jongen was er niet, maar de herinnering aan hem hing er in de vorm van de lucht van babypoeder en die niet te omschrijven maar zo kenmerkende geur van baby’s.
Hij stapte naar binnen en liet zijn blik over de volle planken glijden waarop luiers, speeltjes en knuffels netjes gerangschikt stonden. Hij lachte in zichzelf en bekeek ook de kast. Binnenin hingen shirtjes en jasjes op kleur bij elkaar. Piepkleine schoenen stonden strak in het gelid als soldaten op de vloer eronder.
Hij wist dat er in het ladekastje pyjama’s, korte en lange broeken, sokken en extra beddengoed lagen. Een fleurige quilt lag over het voeteneind gedrapeerd, en op de boekenplanken stonden kinderboeken netjes op alfabet.
Tula mocht dan zelf goed gedijen in chaos, maar hier in de babykamer was het vredig. Alles was netjes, rustig, veilig en… perfect. Hij had schilders in huis gehaald die de kamer in een neutrale, beige teint met een crèmekleurig randje hadden geverfd, maar Tula had het veroordeeld als veel te saai om de innerlijke creativiteit van de baby te prikkelen. Het had niet lang geduurd of er hingen tekeningen van eenhoorns en regenbogen aan de muren, en boven de wieg een mobile met sterren en planeten in primaire kleuren.
Hoofdschuddend ging Simon in de schommelstoel zitten en pakte doelloos een boek van de plank. Lonely Bunny ontdekt een tuin.
‘Lonely Bunny,’ las hij hardop voor met een zucht. Nadat hij haar verhaal had gehoord, kon hij zich Tula voorstellen als een eenzaam, klein meisje met grote blauwe ogen dat probeerde vriendjes te worden met een eenzaam konijn. Terugdenkend aan hoe haar moeder had gereageerd op de angsten van haar dochter, fronste hij.
Hij voelde… te veel voor Tula.
Het boek openslaand las Simon de bladzijde met de auteursrechten en stopte. Haar naam stond vermeld als Tula Barrons Hawthorne.
Hij fronste, terwijl hij terugdacht aan de tijd dat hij met Nathans moeder, Sherry, uitging. Nu herinnerde hij het zich weer. Ze had hem verteld dat haar oom in dezelfde tak van zaken zat als hijzelf.
‘Jacob Hawthorne.’ Simon haalde langzaam en diep adem, en voelde de oude boosheid weer in zich oplaaien.
Jacob Hawthorne was al jarenlang een nagel aan zijn doodskist. Hij loerde met zijn discountwinkelketen op de locaties die Simon voor zijn eigen bedrijf wilde. Drie jaar geleden nog was Jacob Simon te slim af geweest bij het verwerven van een toplocatie die Simon had willen gebruiken voor de uitbreiding van zijn zaak.
Die handeling had Simon maanden gekost, in die zin dat hij al die tijd had moeten zoeken naar een ander geschikt pand voor de uitbreiding.
Om nog maar te zwijgen over het feit dat Jacob verscheidene Bradley-warenhuizen had opgekocht toen Simons vader druk bezig was om het bedrijf om zeep te helpen. De oude man had daar misbruik van gemaakt en de situatie daardoor verergerd. Verrek, hij was er bijna in geslaagd om het Bradley-huis in handen te krijgen.
Toen Simon het bedrijf had overgenomen, had hij jaren nodig gehad om het weer op te bouwen.
Jacob Hawthorne was meedogenloos. De oude man runde zijn bedrijf als een leenheer en gaf er niet om wie hij moest verpletteren om zijn zin door te drijven.
Toen hij met Sherry uitging, had hij het een leuke gedachte gevonden om een lid van de Hawthorne-familie te versieren, omdat hij wist dat die ouwe woest zou zijn als hij het zou hebben geweten. De relatie was echter al snel geëindigd. Maar nu had hij een zoon met die vrouw, wat zijn zoon tot familie van Jacob Hawthorne maakte.