Reading Online Novel

Wraak & verlangen(139)



Nee, het was geen goed idee geweest om op Corfu te blijven. Ze zou er beter aan hebben gedaan om terug te keren toen haar zwangerschap nog niet had getoond. Nu haar buik dik begon te worden, maakte ze weinig kans om ergens te worden aangenomen.

Waarom was ze ook zo stom geweest om op stel en sprong weg te gaan, vroeg ze zich af. Nu had ze spijt als haren op haar hoofd. En waarschijnlijk was Rafaello alleen maar blij dat hij er zo gemakkelijk afgekomen was. Per slot van rekening was het hem louter om de seks te doen geweest. Liefde en kinderen stonden bij hem niet op de agenda.

Misschien was het toch verstandiger geweest als ze hem eerlijk had verteld dat ze zwanger was en dat abortus niet bespreekbaar was. Waarom had ze dat niet gewoon gedaan? Daar voelde ze zich vreselijk schuldig over. En wat meer was: ze miste Rafaello – zijn gezelschap, zijn attenties, zijn charme, zijn verlangen naar haar…

De tranen sprongen haar in de ogen. Hoewel al die romantiek hol was gebleken, had ze er zo graag in willen geloven. Er waren horden vrouwen die in die val liepen, maar er zouden vast maar weinigen zijn die dat tweemaal overkwam – en dan nog wel bij dezelfde man! Al die moeite die ze had gedaan om er elegant en beschaafd uit te zien, enkel en alleen om hem een plezier te doen.

Vanuit haar ooghoek zag ze dat iemand aan een van de tafeltjes aan de andere kant van het café had plaatsgenomen. Ze had nog geen twee stappen in zijn richting gedaan, of ze herkende hem. Stokstijf bleef ze staan. Haar hart bonsde in haar keel, en ze voelde haar maag samenkrimpen.

Rafaello draaide zijn hoofd naar haar toe en zette langzaam zijn zonnebril af. Er lag een verbeten trek om zijn mond toen hij haar aankeek.

Waarom glimlachte hij haar niet toe? Waarom keek hij zo… zo verbitterd? Ze had hem toch niets misdaan? Ze was gewoon met stille trom vertrokken; dat was toch zeker geen halsmisdaad? Zoiets zou de meeste mannen een gat in de lucht doen springen!

‘Ga zitten,’ gebood hij.

‘Ik mag niet gaan zitten,’ zei ze met onvaste stem.

Zou hij haar soms ook missen? Was hij misschien hier om haar dat te vertellen?

Ze sloeg haar ogen neer om haar emoties te verbergen en vroeg: ‘Wil je wat bestellen?’

‘Ga als de bliksem zitten, of zeg me waar je woont. Dan gaan we daar meteen naar toe.’

‘Hoe heb je me gevonden?’

‘Via een hele lange omweg,’ antwoordde hij vermoeid. ‘Gelukkig was Sam –’

‘Sam?’

‘Glory… ik moet je iets vervelends vertellen.’

Wat kon dat nu zijn, vroeg ze zich af. ‘Iets vervelends? Ik kan me niet voorstellen wat dat zou kunnen zijn. Wil je nu iets bestellen of niet? Ik heb wel wat beters te doen dan gezellig te staan kletsen.’ Ze draaide zich om en wilde weglopen.

‘Santo cielo!’ Hij schoof zijn stoel naar achteren en greep haar bij de pols. ‘Je vader is ziek geworden.’

Even vreesde ze dat haar hart het begaf.

‘Ik ben gekomen om je op te halen en naar huis te brengen,’ zei hij kalm.

Ze voelde zich beurtelings warm en koud worden en leek niet meer helder te kunnen denken. ‘Ziek… Wat heeft hij dan?’

‘Hij bleek hersentumor te hebben. Hij…’ Rafaello aarzelde.

Een tumor in zijn hersenen? Ze werd duizelig en zocht in paniek houvast bij de dichtstbijzijnde stoel. Het volgende moment werd alles zwart.



Toen ze bijkwam, lag ze op het smalle bed in haar kamertje boven de kroeg. In de deuropening stond de vrouw van de kroegbaas in het Grieks tegen Rafaello te ratelen.

Haar vader was dood, herinnerde ze zich opeens. Dat was wat Rafaello haar kwam vertellen. En discreet als hij was, had hij dat liever niet in een openbare gelegenheid willen doen.

‘Hoe is hij…’ begon ze. ‘Is hij net zo plotseling gegaan als mijn moeder?’

Met een ruk draaide Rafaello zich naar haar om. ‘Je vader is niet dood, hoor,’ haastte hij zich te zeggen. ‘Hij is inmiddels geopereerd. Het was een forse ingreep, maar het is goed afgelopen. Zijn toestand is stabiel, maar daarmee is dan ook alles gezegd.’

Ze merkte dat ze het allemaal niet zo goed kon volgen. Het was of ze volkomen door elkaar geschud was. ‘Hij… Hij leeft dus nog?’

‘Ja, maar hij is nog niet bij bewustzijn.’

‘Ik had hem een paar dagen geleden nog aan de telefoon, en toen was er nog niets aan de hand.’ Ze hees zich overeind.

Rafaello stuurde de andere vrouw weg en ging op de rand van het bed zitten en keek haar ernstig aan. ‘Het is allemaal ook nogal snel gegaan,’ legde hij uit. ‘Het begon met een plotseling opkomende hoofdpijn, die steeds erger werd. Het was een geluk dat Sam thuis was toen je vader van zijn stokje ging. Hij belde direct het alarmnummer. Je vader is per ambulance naar het plaatselijke ziekenhuis gebracht, maar daar stuurden ze hem meteen door naar het regionale ziekenhuis, waar ze over de juiste faciliteiten beschikken.’